Veel jonge mensen zullen iets herkennen van de gepresenteerde staat van zijn in ‘4.48 Apocalyps’ van Bush B. and the Baby Cave ***
Kunnen vliegen als een vogel, dat is sinds mensenheugenis de droom van de mens. Vleugels uitslaan en dan – hop – het luchtruim kiezen. In benauwde situaties, waaruit je niet zomaar een uitweg ziet, wordt deze droom sterker en sterker. Zoals in het verhaal van Daedalus en Icarus, vader en zoon die vast zitten op Kreta en alleen kunnen ontsnappen door te vliegen, met fatale gevolgen. Het Vlaamse collectief Nevski Pospect maakte van deze mythe een voorstelling voor kinderen vanaf vier jaar: Hop.
Hop begint behoorlijk interactief. Vanaf binnenkomst worden de kinderen uitgenodigd om de grote tekeningen die op de vloer liggen af te maken. Vervolgens worden de tekeningen – met daarop grote vogels, vliegende fietsen en boten aan ballonnen – als achterdoek opgehangen, gaan de kinderen op kussens zitten en komt de voorstelling langzaam in beweging. Eerst schetsmatig, een man tekent nadenkend krijttekeningen op de vloer. Dan vloeiender, in een labyrint van lijnen zoekt hij vergeefs de weg. Tot een grote rode kist opengaat en er een andere, springerige en speelse man uitkomt. Deze krijgt een kus op zijn hoofd dus hij is de zoon en de ander de vader. Dat de zoon zichtbaar ouder is dan de vader werkt alleen maar vertederend. Met zijn ontwapenende lach en soepele onhandigheid is Ives Thuwis de gedroomde zoon naast de serieuze en zorgzame Gregory Caers. Samen spelen ze spelletjes. Ze maken een klapdans, doen dieren na, spelen wandelende mannetjes met hun vingers. Maar af en toe schrikken ze van een angstaanjagend geluid. ‘Ik wil naar huis,’ verzucht de jongen dan. ‘Dat kan niet,’ antwoordt zijn vader.
Toch proberen ze te ontsnappen. Zoekend, rennend, in een lichtvoetige synchrone choreografie waarin hun wanhoop steeds sterker voelbaar wordt. Vader geeft de hoop op en probeert hun leven weer met grapjes te verlichten. Maar dit pikt de zoon niet, hij wil naar huis.
Vanaf dat moment ontspoort Hop lichtjes. De heftige scènes vol verdriet, angst en woede volgen elkaar te snel op. Daar reageren vooral de jongste bezoekers (die er dicht bovenop zitten) sterk op. Ze gaan praten, bewegen of kruipen op schoot bij hun ouders. Niet vanuit desinteresse, maar dergelijke indringende ervaringen moeten nu eenmaal verwerkt worden. Helaas raakt in de heftigheid ook de heldere verhaallijn een beetje zoek, waardoor de stap naar het wegvliegen van vader en zoon toch nog onverwacht komt.
Die kanttekeningen nemen echter niet weg dat Hop een aaneenschakeling is van grappige, spannende, verrassende en ontroerende momenten. De muziek is subliem geïntegreerd en werkt als sfeerondersteuner maar ook als aangever van de gebeurtenissen. Bovendien: zulke innemende performers die met minimale middelen kinderen en volwassenen zo sterk weten mee te slepen, dat is zeldzaam.