In 1997 noemden ze zichzelf De Wëreldbänd. Vijfentwintig jaar later zijn ze uniek in hun soort en staan ze beter bekend als Släpstick, naar hun gelijknamige succesprogramma. In dit vervolg, The Roaring Twenties, doen ze er nog een schepje bovenop. Meer spektakel, meer decor, meer instrumenten. Een heerlijk opzwepend, musicalesk jubileumfeest. (meer…)
Terwijl het publiek de zaal binnenloopt, zijn de mannen van Släpstick al drukdoende met hun volgepakte kerstmarkt op het podium. Mensen uit de zaal lopen de spelvloer op en krijgen glühwein, rijden sleetje of mogen oliebollen vangen. Een pianola dreunt kerstliedjes en de dennenbomen, grote cadeaus en een vuurkorf maken de sfeer af. Ho Ho Kerstshow is begonnen, een heerlijk bombardement van hilarische acts en muzikale hoogstandjes.
De mannen van Släpstick dragen baarden, mutsen, lange jassen en zingen met galmende stemmen hun liederen in een Duits-Engelse mengelmoes. Let it snow, Jingle Bells of Jimmy de Weihnachtscowboy, die zijn Geburtstag samen met zijn Mutti op 25 december viert. De sfeer is nostalgisch en herinnert aan de tijd van de stomme film. Hoewel, als de fotograaf zijn ouderwetse camera van het statief laat vallen, pakt hij toch maar zijn smartphone voor het kerstkiekje. Met clownerie, fysieke komedie, perfect getimede grappen en bovenal hun muzikale virtuositeit blazen de vijf mannen van Släpstick – Willem van Baarsen, Jon Bittman, Rogier Bosman, Sanne van Delft en Jaap Rovers – het variété op een overtuigende manier nieuw leven in.
Na hun succesprogramma Släpstick (1997) dat eindeloos is doorgespeeld, kozen de mannen die titel als naam voor hun gezelschap en in de vervolgshow The Roaring Twenties (2022) is de hun typerende theaterstijl geperfectioneerd. Het thema van Ho Ho Kerstshow ligt nogal voor de hand: kerst, winter en sneeuw, maar de theatrale en vooral muzikale vertaling is uniek in zijn soort. De vijf mannen spelen een absurde hoeveelheid instrumenten – en allemaal op hoog niveau. Die vaardigheid combineren ze met een groot komisch talent.
Zo is er het hilarische duet tussen een vastgevroren zwaan en een schaatser op vioolmuziek van Tsjaikovski. Of het subtiele ritmespel met de bekertjes en lepeltjes, die mooi uitgelicht over de toonbank van een kerststal bewegen. Ook het tapdansende trio doet je van de ene verbazing in de andere vallen. De een danst op klassieke tapdansschoenen, de ander even snel op klompen met een kaas als trommel en de derde danst vloeiend in hetzelfde ritme mee, maar dan op ski’s en met skistokken.
De acts doen nauwelijks voor elkaar onder, maar één blijft onnavolgbaar. De mannen staan naast elkaar op het podium. De een strijkt met zijn stok over de viool in de handen van de ander, die tegelijkertijd blaast op de fluit die de man naast hem weer bespeelt, terwijl hij ook nog met zijn voet een trommel aanstuurt. Zo vormen de vijf multi-instrumentalisten een muzikaal kluwen, dat ook nog een redelijke Radetzkymars weet te produceren.
En, niet te vergeten, de running act van de spelletjesman, die tussen de scènes door het podium oploopt of de zaal inloopt om zijn trucs aan de man te brengen. In een razendsnelle djabbertaal met vet Texaans accent ratelt hij voort, alsof zijn tong op hol is geslagen. De virtuoze techniek, niet alleen muzikaal maar ook fysiek, dwingt respect af. Als het even misgaat – en dat is maar één keer – besef je hoe moeilijk het is om de grappen te timen en bijvoorbeeld precies op het juiste moment over een knuffelrendier te struikelen.
Het gooi- en smijtwerk bereikt een hoogtepunt als de kerstman in een wilde achtervolgingsscène op de vuist gaat met de Sint en het kerstkind gaat huilen. Hoe vijf mannen en een batterij muziekinstrumenten een baby in slaap proberen te zingen? Dat wil niemand weten, maar deze kerstshow is tóch niet te missen!
Foto: Jaap Reedijk