Na het succes van vorig jaar brengt ook dit jaar Hans Klok het circus weer naar de stad. Van mei tot en met augustus zet hij met bevriende artiesten een theatertent op in verschillende steden in Nederland. Met een selectie van koorddansers, messenwerpers, jongleurs en natuurlijk Kloks eigen goocheltrucs krijg je een ouderwetse circusavond in festivalsferen. (meer…)
Podiumbeest Benny Claessens maakte met Hello Useless – For W and Friends een radicale en knotsgekke performance waarin hij al zijn talenten in de strijd gooit. Deze solo is ontroerend en amusant, meestal zeer ontwapenend maar soms ook irritant. An evening with Benny!
Je zou haast vergeten dat hij even later een première moet spelen, zo rustig staat Benny Claessens op de binnenkoer van kunstencentrum Campo sigaretjes te roken en te dollen met zijn vrienden. Een arrogante ‘wie doet mij wat’-houding of net een pretentieloze eerlijkheid? It’s all part of the game, zo blijkt in het ijzersterke begin van deze onemanshow. Benny spreekt de toeschouwers (schijnbaar) improviserend aan en laat zo niet toe dat er een ‘vierde wand’ ontstaat tussen performer en publiek. In zijn onnavolgbare stijl demystificeert hij meteen alle componenten waaruit het theater bestaat. Dat kunstig opgehangen achterdoek? Het hing er op een ochtend zo bij en Benny vond het wel mooi. Die radio op de scène? Gewoon omdat zijn technicus tijdens het opruimen graag plaatjes oplegt. En die grote JOY-letters? Gerecupereerd uit een ander toneelstuk en vooral niet daar omhoog gehangen opdat het publiek zou denken dat het zich dwangmatig moet amuseren. Wat op het spel staat is een vorm van theater waarin alle mogelijke interpretaties meteen ontkracht worden, zodat performer en publiek werkelijk vanuit een nulpunt en een hier-en-nu-mentaliteit alles samen kunnen opbouwen.
Heeft Benny zin om een liedje van Björk te zingen of een pathetisch dansje te doen, dan doet hij dat toch gewoon. Wil hij Orinoco Flow draaien of voelt het publiek de neiging de scène op te wandelen? Niemand zal dit stoppen, want in theater kan alles. Let it happen, let it happen, zo zingt Tame Impala momenteel in zijn grootste hit. Het is ook het adagium van deze performance: neem risico, doe eens zot, celebreer de zinloosheid (hello useless!) en probeer vooral niet krampachtig maatschappelijk relevant te zijn. (Tussen haakjes: de W in de titel verwijst ironisch naar de Vlaamse kunstcriticus Wouter Hillaert, die niet echt fan is van zo’n l’art pour l’art-mentaliteit en voor wie het theater vooral over de wereld moet gaan. Bij de première zat hij niet in de zaal).
De jaloersmakende vrijheid die Benny uitstraalt heeft hij gemeen met andere unieke performers zoals Benjamin Verdonck, Pieter Ampe en Micha Goldberg & Sophia Rodriguez uit de CAMPO-stal. Zo’n radicale houding kan in de sterkste kwartieren memorabele scènes opleveren, maar soms ook momenten waarbij de spankracht inzakt. Zo is er de te lange notebook-scène in het midden van de show, waarin Benny allerlei kindertekeningen uitbeeldt. Hier wordt hij – letterlijk – een poseur en maakt zijn aanvankelijke spontaneïteit plaats voor irritant narcisme. Dit dipje staat in schril contrast met de absolute hoogtepunten van deze solo: de liedjes ‘As Tears Go By’ van The Rolling Stones en vooral ‘Both Sides Now’ van Joni Mitchell, die in de instrumentale versies van cellist Simon Lenski en met de bombastische Antony Hegarty-stem van Benny recht naar je strot grijpen en zelfs fysiek inspelen op je buikgevoel. In deze zangstukken toont Benny zich op zijn meest kwetsbaar en tragisch. Simpelweg bloedstollend.
Hello Useless is een ervaring die je moet meemaken, eerder dan dat je haar kan proberen beschrijven. Hier staat een unieke performer op scène die eigenlijk alles bereikt heeft (vijf jaar bij de Münchner Kammerspiele, ondertussen vast in dienst bij NTGent, drie eigen producties die hij dit jaar mag presenteren), maar die er toch voor kiest om de grenzen te blijven opzoeken van wat theater vermag, op zijn wufte en overrompelende, hilarische en tragische manier. Benny’s back, en daar kunnen we alleen maar blij om zijn.
Foto: Radovan Dranga