Het langste acrobatenduo ter wereld gaat vanavond niet op. Tall Tales Company: ‘We willen toeschouwers via jongleerpatronen anders naar de omgeving laten kijken. Dat wordt nu misschien hun thuisomgeving.’
Poëtische kleinkunst zou je Marco Martens’ combinatie van ritmische voordracht, muziek en filmbeelden kunnen noemen. Martens combineert zijn kwaliteiten op het gebied van rap, instrumentale muziek en poëzie in de korte voorstelling Harm. Harm bleef in Brabant en werd glazenwasser, de ik-persoon, die dicht bij Martens zelf zal liggen, trok naar Rotterdam, waar hij nog geen vanzelfsprekend thuis heeft gevonden.
Bijna iedereen die het dorp van zijn jeugd verlaat en daar weer eens terugkomt, houdt een wat onbehaaglijk gevoel. Je kiest voor wat beters, dus tegen wat je had. Het dorpsleven was niet goed genoeg en de mensen niet interessant genoeg. Elke keer als je terugkomt, zeg je dat zonder woorden tegen je vrienden en familie die er nog steeds wonen. Het is altijd een beetje verraad om weg te gaan.
Daarover gaat Harm van Marco Martens. Martens groeide op in Maarheze, gebruikte Eindhoven als tussenstap en woont nu in Rotterdam. Op de lagere school zat hij naast Harm, die hij bij een bezoek aan zijn moeder terugziet als glazenwasser. Harm heeft zijn oude klasgenoot gegoogled en weet dat die handig is met taal; misschien moet hij eens meedoen aan Lingo. Ze hebben andere interesses, zoals automotoren, ze hebben andere afslagen genomen in het leven.
Marco Martens rapt in De Nuance en het improvisatiecollectief voor jongeren ‘Ober, er zit een rap in mijn soep’ (sorry, het heet echt zo). Hij speelt in bandjes, manifesteert zich als dichter en geeft (hiphop)les, bijvoorbeeld aan de Herman Brood Academie. Voor zijn voorstelling treden vrienden op die een zachte g, valse gitaren, moeilijk verstaanbare teksten en een kater van de vorige avond met elkaar gemeen hebben. De g en de gitarist van Daniël Dee vormen een uitzondering. Het voorprogramma is nodig omdat Harm maar iets meer dan een half uur duurt.
De tekst van de voorstelling ligt vast, de muziek ook; dit is geen grapgericht cabaret met ruimte voor interactie. Michiel van Iersel en Joris Sedee, die een reputatie hebben als vervaarlijke gitaristen in de punk- en hardcorescene, begeleiden subtiel en interessant. De videobeelden (nergens staat wie ze gemaakt heeft) werken mee aan de impressionistische roadmovie-achtige sfeer. De première ademde nog een sfeer van werk in uitvoering, het kan allemaal best scherper, beeldender en indringender, maar voorlopig is Martens erin geslaagd een intrigerende vorm te vinden voor zijn verhaal over een Brabander met een loyaliteitsconflict.