Voor de nieuwe voorstelling van Dood Paard gingen de makers bij hun moeders te rade. Hun interpretaties van Homerus’ Ilias leiden tot een verpletterend mooie voorstelling over oorlog, patriarchale onderdrukking en de manier waarop we verhalen vertellen. (meer…)
‘Mag ik uw legitimatie zien?’ Gelukkig had ik die bij me. ‘Kunt u uw rugzak voor mij openen alstublieft?’ Maar natuurlijk. Zo begon dinsdag de première van Getrouwd … of niet? van de Hongaars-Israëlische satiricus Ephraim Kishon (1924-2005) in de Uilenburgersjoel in Amsterdam.
Ze waren heel beleefd, de twee jonge bewakers met petjes bij de ingang, die ik evengoed voor Marokkaanse Nederlanders had kunnen aanzien. Maar ze vroegen wel door. ‘Bent u al eerder in deze sjoel geweest?’ Ja, dat was ik. Voor een concert van hedendaagse muziek, georganiseerd door een goede vriend. ‘Waarom bezoekt u deze voorstelling?’ Omdat ik was uitgenodigd door Erga Netz, een van de acteurs en gangmakers van deze reprise.
Want dat is het. Kishons Getrouwd … of niet? is één keer eerder opgevoerd in Nederland. In 1966, ter gelegenheid van het vijftigjarige speeljubileum van Sylvain Poons, een Joodse theater- en filmacteur. Poons speelde de hoofdrol: Eli Borozovsky, een luidruchtige, pummelige loodgieter. Getrouwd … of niet? is een huwelijkskomedie uit 1959, in het Westen beter bekend onder zijn Engelse titel The Marriage Certificate.
Ha-Ketubah, in het Hebreeuws. De ketubah is het certificaat van getrouwd-zijn. Borozovsky en zijn vrouw Shifra hebben het nodig omdat hun dochter Ayala wil trouwen met Robert, wiens moeder eerst de ketubah van Ayala’s ouders wil zien alvorens haar goedkeuring te geven. Probleempje: Eli en Shifra werden ooit verliefd op elkaar in een seculiere pionierskibboets, waar men het niet zo nauw nam met het geloof en de voorschriften van Talmoed en rabbinaat.
Eli en Shifra kunnen hun ketubah niet vinden, en proberen dat tegenover Robert te verbloemen met leugentjes en uitvluchten. Hébben zij wel een ketubah? Zíjn zij eigenlijk ooit getrouwd? Deze wezensvragen vormen de lont in een kruitvat van langdurig opgespaarde onlust. Vooral bij Shifra, die in haar boerse, tyrannieke echtgenoot de mooie, gevoelige jongen mist op wie zij ooit verliefd werd.
Daar doorheen denderen de buurvrouw, mevrouw Birnbaum, die stiekem verliefd is op Eli, en Buki, de secretaris van de kibboets waar Eli en Shifra elkaar leerden kennen. De aardse en schaamteloze Buki is de tegenpool van Ayala’s verloofde Robert, een onuitstaanbare frik die ook nog eens onder de plak van zijn moeder zit. Een closetnicht? Dat is wel de suggestie, wanneer we hem gillend zien ronddansen in de bruidsjurk van zijn aanstaande.
Subtiel is het allemaal niet. Wel zeer Israëlisch, in de felheid en luidruchtigheid van de karakters, die van hun hart bepaald geen moordkuil maken. De cast van deze Getrouwd … of niet? bestaat uit professionele Israëlische acteurs, op Netz (Shifra) en Natalie Domovitz Paz (mevrouw Birnbaum) na. Maar die twee kunnen prima meekomen in het geweld van Michael Koresh (Eli Borozovsky), Tomer Pawlicki (Buki) en Maayan Licht (Robert).
Het rondborstige, gepassioneerde spel en de strakke regie (van Roy Horovitz) kunnen niet verbloemen dat Kishons klassieker vandaag de dag wat gedateerd overkomt. In Israël is de tegenstelling tussen seculiere kibboets-socialisten en religieuze Joden allang overvleugeld door de rivaliteit tussen oudere en nieuwere generaties Joodse emigranten naar het heilige land. En tussen Joods-fundamentalistische settlers en Palestijnen op de bezette Westoever van de Jordaan, waar bijna zeventig jaar zionisme is ontaard in een apartheidsstaat.
Erga Netz probeert deze diepe tegenstellingen te overbruggen, hetgeen zeer in haar valt te prijzen. In 2014 organiseerde zij SPOT ON Israel, een festival met de Israëlische theaterdiva Lia Koenig als middelpunt. Het was niet alleen een viering van het Joods-Israëlische theater. Er was bijvoorbeeld ook een randprogramma, waar stevig werd gediscussieerd over de politiek in Israël en op de Westoever.
Alleen is Getrouwd … of niet? geen geschikt platform voor die missie. De reprise trok bijna uitsluitend Israëli’s die in Nederland wonen – daarvan telt ons land er zo’n tienduizend, zo blijkt uit onderzoeken. De voertaal was Hebreeuws, zowel tijdens de voorstelling als daarvoor en daarna, tussen de toeschouwers onderling en tijdens het nagesprek met de cast.
Dat publiek genoot met dezelfde passie als waarmee de spelers acteerden. Daar is niets mis mee. Maar het leek wel een nostalgisch genieten, in een zionistische bubbel die steeds minder te maken heeft met de realiteit in Israël.
Dat alles klemt te meer omdat er nauwelijks een meer historisch beladen plek denkbaar is dan de Uilenburgersjoel. Gesitueerd midden in wat vóór 1940 Amsterdams bruisende Jodenbuurt was. Eerst verwoest door de nazi’s, die de meeste bewoners ontvoerden en vermoordden. Schaamte over, en verdringing van de hoofdzakelijk ijverige medewerking aan deze genocide door het Nederlandse gezag maakte dat de Nieuwmarktbuurt na de bevrijding bijna veertig jaar lang een ontvolkt zwart gat bleef in het hart van de hoofdstad.
Nu staan er een stadhuis, een opera- en muziektheater en talloze dure nieuwbouwappartementen op deze geschonden grond. De Uilenburgersjoel behoort tot de weinige overlevende gebouwen die aan dit beladen verleden herinneren. Pas vanaf 1988 vinden er weer Joodse culturele evenementen in dit gebouw plaats. Nog eens elf jaar later werd het opnieuw in gebruik genomen als synagoge.
Zo’n historische plek verdient shows van een meer actuele waarde dan Getrouwd … of niet?.