Ze wonen in hetzelfde blok. Een betonnen blok waar de appartementen klein zijn en naar oude pis ruiken. Dat blok blijft aan je voeten kleven, eens in het blok altijd in het blok. Het blok is gemeen, maar zij spelen er. Ze zoeken elkaar op, maken muziek en dromen van rust tussen de sterren en een ‘huis met een puntdak en een achtertuin’ voor iedereen. (meer…)
Iris van der Ende studeerde in 2012 af in Maastricht als theatraal performer. Als bijbaan werkt ze op de brood- en banketafdeling van een supermarkt. Die omgeving leverde het idee voor een kleine productie. Voor Filiaalmanager (14+) kruipt ze in de huid van haar supermarktbaas. De voorstelling is te zien op Tweetakt in een dubbelprogramma met de oudere monoloog Daniëlle.
Zonder decor of attributen transformeert Iris van der Ende tot supermarktchef. Ze zet haar borst op, verlaagt haar stem, maakt zich breed en hup, daar staat een stevige filiaalmanager. Zo’n man die iedereen kent. Naamplaatje, keurig jasje. Het representatieve baken in de supermarkt.
Van der Ende, voor deze voorstelling gecoacht door Thomas Verbogt, speelt de manager als een rustige man die gezag wil uitstralen. Hij is professioneel vriendelijk tegen de klanten, wijst hen de weg naar de raapstelen, bouwt een band op. Ook voor zijn personeel lijkt hij een innemende baas: hij houdt een praatje, geeft instructies – ‘Iris, zet jij extra taarten klaar?’ – en complimentjes: ‘Top!’
De omzet is goed en dat moet zo blijven. Daarom dirigeert hij zijn personeel met zachte dwang in de richting die hij – of het hoofdkantoor – hen wil hebben. De jongen die zijn werk niet op tijd dreigt af te krijgen, wordt joviaal voorgerekend dat het allemaal wel wat sneller kan. En als Iris zijn instructies om kassadienst te draaien niet opvolgt, krijgt zij er ijzig van langs. Net als de winkeldief die hij tot zijn grote lol te grazen nam.
Iris van der Ende is een groot observeerder. In een klein half uur geeft zij in haar monoloog een raak beeld van het reilen en zeilen in een supermarkt. Filiaalmanager is zeer herkenbaar en werkt daardoor vaak grappig.
Maar meer dan herkenbaar en grappig wordt de voorstelling niet. Filiaalmanager wil over bazen, werknemers en macht gaan. Maar nergens wordt er aan de macht van de supermarktbaas getornd. Het lijkt erop dat Van der Ende de filiaalmanager te veel vanuit het perspectief van de werknemer bestudeert. Daar is op zich niet zoveel mis mee, maar het levert geen drama op.
Dat een manager tussen zijn personeel en het hoofdkantoor in staat, houdt een spanningsveld in. Hij moet een (personeels)beleid uitvoeren waarmee hij het niet per se eens hoeft te zijn. Hij is zelf baas en knecht tegelijk. Dat had drama kunnen geven, maar daar wordt hier volledig aan voorbijgegaan. De filiaalmanager wordt in deze voorstelling geen mens. Het blijft een functie. Het resultaat is een voorstelling zonder angel of drama. Het is wat het is.
Dat Van der Ende wel degelijk de spanning weet op te zoeken, bewijst ze in Daniëlle. Hier wordt een pubermeisje gedwongen te kiezen tussen haar vrienden en haar ouders. Dat levert vijftien minuten vuurwerk op. Daar had Filiaalmanager wat meer van mogen hebben.
Foto: Anna van Kooij