Het aller-, allervieste van De vreselijk vieze voorstelling wordt tot het eind bewaard. De held Pierre Jean-Jacques heeft zijn queeste volbracht en langs vele obstakels eindelijk prinses Lavendel gevonden. Nu kan hij met haar trouwen en nog lang en gelukkig leven. (meer…)
Elke morgen wordt een jongen begroet door een vogeltje dat voor zijn raam zit te fluiten. Van lieverlee raakt hij gehecht aan het beest. Wanneer het op een gegeven moment niet meer komt opdagen, is de jongen dan ook overstuur. De rest van peutervoorstelling Fiep Fiep Vogeltje is een zoektocht naar het verdwenen vogeltje.
Illustratrice Fiep Westendorp (1916-2004) mocht graag dieren tekenen: van vogeltjes, honden en poezen tot paarden. Theatergroep Stichting Twee-Ater kiest een van haar getekende vogeltjes als centrale figuur in de peutervoorstelling Fiep Fiep Vogeltje. Als het beestje op een kwade morgen zijn opwachting niet meer maakt, volgt een door Westendorp-tekeningen aangestuurde speurtocht. Een soort on-the-road-verhaal, in een schematisch decor dat vooral bestaat uit de silhouetten van huizen. De jongen gaat de straat op. Ontmoet auto’s, een meisje en een melkboer. Blaast een rode ballon op waaraan hij kan vliegen en krijgt van de postbode een pakje met een schip waarmee hij gaat varen. Helaas weten zelfs de vissen in de zee niet waar het vogeltje is gebleven.
Peuter- en kleutervoorstelling Fiep Fiep Vogeltje onder regie van Judith Sleddens maakt deel uit van het bescheiden Fieperedepiep Festival. Dat is bedacht rond de honderdste geboortedag van Fiep Westendorp, die vooral bekend werd als illustratrice van het werk van Annie M.G. Schmidt. Tijdens het festival is ook de voorstelling Pim & Pom – Fieredepiep (3+) te zien. Verder staat er voor de deur van het theater een ouderwetse rode dubbeldekker met een Westendorp-doolhofje plus een tekenruimte met kleurplaten. In de foyer is gelegenheid tot kleuren en kunnen de kinderen op de foto met de acteurs.
In Fiep Fiep Vogeltje gebruikt solo-acteur Milan Boele van Hensbroek vrijwel geen tekst. Hij humt en neuriet wel en heeft daarnaast een band met geluiden zoals dat van het vogeltje, een uil, verkeer en de zee. Zijn belangrijkste attributen zijn tekeningen van Fiep Westendorp, die hij zogenaamd zelf op het toneel tekent.
Die tekeningen zijn bescheiden van omvang, zeg formaat A5 tot A4. Daarin zit hem meteen de grote zwakte van deze voorstelling. Met de kleine plaatjes in zijn schetsboek, op stokjes en aan magneten, moet Boele van Hensbroek een tamelijk abstract verhaal overbrengen. Daarbij zijn sommige zijsporen echt te ver gezocht, zoals het gedeelte met dat zeewaardige schip dat in een doosje werd thuisbezorgd.
Al met al is de aanpak te klein, te bescheiden. Te ver van ons bed ook, te abstract. Zijn publiek wordt tijdens deze voorstelling, die een goed half uur duurt, onrustig en gaat zelfs aan de wandel. Opvallend is dat de jeugdige toeschouwers direct stilvallen en vol aandacht zijn zodra Boele van Hensbroek wèl tekst heeft.
Dat wil niet zeggen dat de speler geen geestige, trefzekere en overtuigende bewegingsacteur is. Zo is hij absoluut geloofwaardig als hij doet alsof hij wordt meegesleept door een luchtballon, of wanneer een denkbeeldige hond rondjes om zijn benen draait. Als hij daarbij gewoon zou mogen praten, bleven die kindjes op hun eigen plek vast ademloos naar hem zitten luisteren.
Foto: Willem Schalekamp