Resoluut knipt sopraan Annelies Van Hijfte haar lange haren af en verruilt haar jurk voor een broek een shirt. Niet langer is zij Leonore. Als Fidelio is ze vastbesloten haar geliefde Florestan uit de kerkers van de wrede Pizarro te bevrijden, geruggesteund door de muziek van Beethoven én een strijdlustige beat. Het is een helder en zeer doeltreffend beeld, kenmerkend voor de bewerking die Judith Vindevogel maakte van Beethovens enige opera.

Het begint al voordat de eerste muziek klinkt. Het publiek neemt plaats op oncomfortabele stalen banken die in een uit staal en hout opgetrokken constructie zijn geplaatst. Tijdens de ouverture – op band – zien we projecties van een demonstratie afgewisseld met beelden van een uitgemergelde Florestan in zijn cel. Meteen klinkt op de piano de melodie van ‘Hat man nicht auch Gold beineben’, in Beethovens opera een aria van gevangenisdirecteur Rocco, hier vol vuur gezongen door Fidelio: ‘Ik zou graag bewaker worden!’

Dat lukt, niet in de laatste plaats omdat Rocco’s dochter Marzelline – als bakvis heerlijk gespeeld en gezongen door Astrid Stockman – meteen verliefd op Fidelio wordt, en niets liever wil dan met hem ‘naar foute feestjes gaan en in het wild kamperen’. Voordat deze plotlijn al te gecompliceerd wordt, duikt de gemaskerde Pizarro via een mobiel gesprek op. Hij wil dat Florestan gedood wordt, omdat ‘de jongen met zijn liedjes de mensen liet dromen, hij wordt met zijn gezang mijn ondergang’.

Al even razendsnel wordt naar de ontknoping toegewerkt, waarbij alle kinderen en volwassen eerst enthousiast ‘Weg met die tiran’ roepen. Terwijl pianist Jago Moons het adagio uit Beethovens veertiende pianosonate speelt, verschijnt Florestan ten tonele, niet als mens, maar als pop. En als alle andere gevangen bevrijd worden klinkt de finale van Beethovens negende symfonie, uiteraard met een nieuwe tekst: ‘Laat ons zotte dromen dromen, laat ons onze fantasie!’

Het moge duidelijk zijn dat er meer dan flink geknipt is in Beethovens partituur. Aria’s worden door andere personages gezongen, andere muziek van Beethoven is toegevoegd, de personages Jaquino en Don Fernando zijn helemaal geschrapt, terwijl bariton Kurt Gyssen overtuigend zowel Rocco als Pizarro speelt. Heiligschennis? Nee, juist door het verhaal tot de kern terug te brengen, biedt deze Fidelio in krap drie kwartier een mooie kennismaking met Beethovens opera, die in de kern zeer librettogetrouw is.

Dat alleen al is lovenswaardig, maar door de afwisseling van zang, mime, poppenspel en video toont deze Fidelio jong en oud daarbij niet alleen opera, maar ook een veelvoud aan theatrale middelen. Bovendien is deze voorstelling grappig, ontroerend en soms zelfs bangmakend – Gysen kan ontzettend streng kijken – en zeer sterk gezongen.

Dieper liggend is deze Fidelio een mooie toevoeging aan de internationale bestseller Good Night Stories for Rebel Girls. Endoor het slim inzetten van zelfs voor kinderen al te herkenbare beelden uit journaals – is het voor meisjes en jongens, vrouwen en mannen tegelijk een oproep elke vorm van tirannie of populisme te verwerpen, want hoe ‘zot’ zijn onze dromen in werkelijkheid?

Jammer dat mede door het mooie weer er maar één uitvoering in Rotterdam was te zien, want deze productie verdient een tournee door heel Nederland.

Foto: Stef Depover