Eén vals geblazen noot in het muziekkorps van Giethoorn leidde 65 jaar geleden in de film Fanfare van Bert Haanstra tot een hoog oplopende controverse. Twee muzikanten vuurden de rivaliteit aan, Geursen en Krijns. Nu is op locatie in het Overijsselse waterdorp een theatrale remake te zien, Theaterspektakel Fanfare. Die draait om een dirigentenruzie annex verzoenend liefdesverhaal tussen Valentijn en de jonge vrouw Aike. Muziekcorps Kunst & Vriendschap dreigt opnieuw ten onder te gaan. (meer…)
In Fanfare van Tryater wordt ingezoomd op de microkosmos die fanfare heet. De voorstelling is het grootse sluitstuk van een drieluik waarmee het Friese gezelschap het afgelopen seizoen door de provincie trok.
In Ynblaze, gemaakt met zeven korpsen, stond de repetitieavond centraal. En in Thúsblaze kon men, in Friese huiskamers, alvast kennismaken met de personages die nu figureren in de locatievoorstelling in Easterlittens, een dorpje in de buurt van Leeuwarden. Het zijn uitgesproken types die door één ding met elkaar verbonden zijn: hun leven in de fanfare. Althans, een deel van hun leven.
De bejaarde knorrepot Rinse (Joop Wittermans) heeft zijn euphonium al een tijdje geleden terzijde geschoven en slijt nu zijn dagen op het bankje voor zijn huisje, waar hij af en toe als oppas-opa op de kinderen van de gescheiden John-Douwe en Carmen past. Trompettist John-Douwe (Lourens van den Akker) is vanwege zijn wispelturige temperament uit de fanfare gezet.
Het huidige korps vormt een afspiegeling van de dorpsgemeenschap. Vincent (Rop Verheijen) is import die zich met overdreven enthousiasme probeert in te vechten, waarbij een enkel taalfoutje in het Fries hem niet deert. Er zijn puberperikelen en er is een harkerige voorzitster die plots uit de kast komt als ze de dirigente vol op de mond zoent.
Al die verwikkelingen moeten een plekje krijgen in de propvolle voorstelling en het is razendknap hoe regisseurstrio Aukje Schaafsma, Tatiana Pratley en Sjoeke-Marije Wallendal dat voor elkaar hebben gebokst. Daarbij heeft ze ook nog die andere microkosmos – die van het dorp – een plek weten te geven. Vanaf de tribune heeft het publiek een prachtig zicht op Easterlittens, met de toren van de Margaretakerk als prominent baken.
Op elk denkbare plekje gebeurt tijdens Fanfare wel iets: drie dames van de zwemvereniging die hun baantjes trekken in de Franekervaart, een groep fietsers die over de brug racet, de bouwploeg die in alle rust zorgt voor de verlichting, muzikanten op het dak. Daardoor laat de voorstelling zich, geheel in de geest van het thema, ondergaan als een compositie, met een kalm basisritme en hier en daar een solo, een duet of een enkele dissonant.
De finale bestaat uit het zomerconcert waar het orkest zich gedurende de hele voorstelling op heeft voorbereid. Bootjes met dorpsbewoners komen aanvaren en nemen bezit van de vaart. Alle conflicten lossen op in het gloedvolle concert. Want zo werkt dat: wat er ook gebeurt, de fanfare speelt altijd door.
Foto: Lucas Kemper