‘With Nothing But Silence They Turned Their Bodies To Face The Noise’ van The Forgotten Angle Theatre Collaborative vertaalt spanning tussen mens en natuur naar een uur vol conflict, ambivalentie en een glinstering van hoop.
De grenzen tussen circus, theater en dans opzoeken en slechten, dat is een van de doelstellingen van het tweejaarlijks festival Circo Circolo. Geen dieren, geen traditioneel circus met losstaande acts maar Nieuw Circus: voorstellingen met een doorgaande lijn, een thema, kortom een meer theatrale insteek, zonder dat de circuselementen ondergesneeuwd raken.
Dat het lastig kan zijn om een goede balans te vinden tussen theater en circus bewijst de voorstelling Face Nord van compagnie Un Loup Pour l’ Homme. Een puur acrobatische voorstelling met theatrale pretenties, die echter maar niet spannend wil worden.
Het begin is dat nog wel: op een felgroene vierkante vloer met het publiek aan vier zijden eromheen, ontmoeten twee stoere sterke mannen in een soort ijshockeytenue elkaar. Twee anderen staan als scheidsrechters aan de kant. De mannen staan tegenover elkaar, grijpen elkaar in een omhelzing vast – een worsteling lijkt te ontstaan – en vallen om. Meteen staan ze weer op, doen een grappig begroetingsritueel met klapperende schouderbeschermers, nemen elkaar weer in de houdgreep en vallen weer om. Dit herhaalt zich enkele keren, waarna de twee scheidsrechters er een einde aan maken. Na dit prikkelende begin hoop je op meer absurdisme met spierballen. Maar die hoop blijkt ijdel.
De vier mannen van Un Loup Pour l’Homme (twee klein en licht, twee groot en zwaar) zijn experts in de partneracrobatiek. Ze klimmen, springen, lopen, vallen, trekken en duwen op en aan elkaar en zoeken steeds het uiterste van hun fysieke mogelijkheden op. Zo maken ze bijvoorbeeld een brug door twee tegenover twee op elkaars schouders te staan. De bovenste twee grijpen elkaars armen vast en een boog ontstaat. De onderste twee stappen daarna steeds verder naar achter, waardoor de boog steeds flauwer wordt – tot ze vallen. Waarna ze het nog een keer proberen, en nog een keer, de uitputting nabij, hun zweet spat het publiek op de eerste rij in het gezicht.
Of ze zetten met hun eigen lichamen een hindernisbaan (voetje van de vloer) voor elkaar op. De eerste klimt over de andere drie heen, die zich in vreemde posities aan elkaar vasthouden. Aan het einde gekomen, haakt de eerste vast aan de rij, waarna de nieuwe voorste een poging doet om eroverheen te klimmen. Het is een aardig schouwspel te zien hoe de lichtste het klauteren soepeltjes afgaat en de zwaarste eieren voor zijn geld kiest door op de voeten van de anderen te gaan staan om aan de andere kant van de rij te komen. Op zich zijn de acrobatische kunsten van Un Loup Pour l’ Homme voortdurend verrassend.
Opvallend is dat de mannen geen gebruik maken van het ‘hopla-effect’. Applaus wordt niet geïncasseerd, de gezichten blijven te allen tijde neutraal, onverschillig bijna. Daardoor wordt de suggestie van theatraliteit gewekt: ze blijven steeds ‘in character’. Toch is dit Twister voor gevorderden maar matig boeiend. Dat komt enerzijds door die schijnbare onverschilligheid van de mannen, maar vooral door het gebrek aan ontwikkeling en theatraliteit. Kansen genoeg zou je zeggen, met die vier mooie mannen die elkaar steeds weer teder en toch ruig vastpakken. Maar de kansen worden niet gegrepen. Uiteindelijk is Face Nord vooral een aaneenschakeling van fysiek uitdagende kunsten. Het Nieuwe Circus zou meer moeten zijn dan dat.