Met deuren op een podium kan je meer doen dan je denkt. In en uit wandelen, je achter verstoppen en iemand door je plotse verschijning laten schrikken, dat is de basis uit de gemiddelde deurenkomedie. Maar er is zoveel meer: bijvoorbeeld door een deur verticaal te laten kantelen en er waaghalsstukken op uit te voeren. (meer…)
Uitgaand van de inherente schoonheid van gebarentaal komen twee dove performers, een horende danseres en dito musicus elkaar tegemoet, in een voorstelling met de goed gekozen titel Exit Comfortzone! tijdens het Amsterdam Fringe Festival.
In de openingsscène zijn de armen van Boaz Blume en Brendan Lodder verbonden met een rood koord. Ze kopiëren elkaars bewegingen: hoekige vormen, robotachtige poses. Als hun polsen opeens los raken van het rode koord, is dat zichtbaar een bevrijding. De armbewegingen worden vloeiender, de lichamen bewegen vrijer en de gezichten worden expressiever. In plaats van elkaars bewegingen te kopiëren reageren de performers nu op elkaar.
De bewegingstaal die Blume en Lodder laten zien is geen gebarentaal, maar alles aan hun motoriek en expressie maakt duidelijk dat de dove performers gewend zijn om zich uit te drukken met armen, handen en mimiek. Danseres Shanice Mitchell voegt een extra laag toe aan de mix van gestileerd gebaar en mime. Bewegingen die zij overneemt van Blume en Lodder transformeren naar dans.
Ook musicus Thijme Ebskamp mengt zich nu in de voorstelling. Het door de hele groep overgenomen gebaar van een hartslag beantwoordt hij met een basdrumklop, die naadloos overgaat in een r&b-beat. Dansend op het ritme vervult Mitchell een brugfunctie tussen de muziek en de niet-horende performers, die haar moves overnemen, om er vervolgens hun eigen draai aan te geven.
Soms gaat het verkeer ook juist de andere richting op wanneer Ebskamp, als een geräuschmacher uit de tijd van de zwijgende film, geluid produceert bij gebaren van de performers. Dat levert bijvoorbeeld een korte sketch op waarin Lodder een autoportier opent, instapt en wegsjeest.
Aan het eind van de voorstelling blijft het rode koord achter op het toneel, terwijl de performers met uitgelaten armbewegingen de zaal in dansen: op naar de wijde wereld en nog meer vrijheid. De van-gebonden-naar-vrijheid-symboliek van dat rode koord ligt er misschien wat dik bovenop. Mij stoort dat niet. Want meer nog dan een voorstelling heeft Exit Comfortzone! het karakter van een conversatie. In eerste instantie heeft dat gesprek plaatsgevonden tussen de horende en niet-horende makers, die onder leiding van cultuurverbinder Erika Zeegers uit hun comfortzone zijn gestapt om elkaar te ontmoeten in een ruimte waar het gebaar zijn plaats opeist.
Na afloop gaat die conversatie vrijwel direct door, met een goeddeels uit gebarentaalgebruikers bestaand premièrepubliek. Een van de aanwezigen uit kritiek op het filmpje dat voorafgaat aan de voorstelling. In een associatieve montage zijn hierin fragmenten te zien die illustreren hoe gebarentaal een eeuw lang systematisch onderdrukt is geweest, om pas in 2021 (!) wettelijk erkend te worden als officiële rijkstaal.
Blume verdedigt de keuze van de makers omdat zij het filmpje zien als een eerbetoon aan alle doven die door de jaren heen gestreden hebben voor erkenning van hun moedertaal. Tegelijkertijd geven Blume en Lodder toe dat vooruitkijken belangrijker is dan terugkijken. Als horende toeschouwer, die in het dagelijks leven zelden in aanraking komt met gebarentaal, denk ik dat een Lehrstück als Exit Comfortzone! zeker kan bijdragen aan de weg voorwaarts. Inclusief dat boosmakende filmpje.
Foto’s: Jorah Sarah