‘Als mensen samen praten ontstaat er chaos, als mensen samen zingen ontstaat er harmonie. Als een filmcomponist zoals Ennio Morricone of John Barry werkelijke emotie teweeg wil brengen, wordt er koorzang gebruikt. Datzelfde geldt voor musical. (meer…)
‘In Griekse tragedies was het koor de drager van emoties, en zo is het nog steeds’, vertelt (muziek)theaterregisseur Ivo van Hove op video tijdens het musicalconcert Ensemble, ensemble! in een bomvol DeLaMar. Nog voordat er een noot is gezongen, is het publiek al dolenthousiast. Terwijl het orkest inzet en de zestig zangers het toneel oplopen, barst het applaus los. Met de Finale Ultimo uit de musical The Hunchback of Notre Dame gaat ook het koor vól in de emotie. Ensemble, ensemble!, onder muzikale leiding van Jeroen Sleyfer, is een aaneenschakeling van sterk gezongen hoogtepunten.
Twee jaar na de eerste Ensemble, ensemble!, die met veertig zangers in DeLaMar West speelde, krijgt het idee van producenten Steven Roox en Rudy Hellewegen opnieuw vleugels. Met meer zangers, een groter orkest en meer musicalnummers. De zestien nummers komen uit musicals van verschillende tijden en stijlen, van de op een novelle gebaseerde The Scarlet Pimpernel (1977) via de jukebox musical All Shook Up (2004) tot het nummer Chandelier uit Moulin Rouge!, die vanaf september in Nederland te zien is.
De vocalisten zijn sterk en het is bewonderenswaardig hoe ze in vijf maanden – en maar één repetitieavond in de week! – tot deze muzikale hoogte zijn gekomen. Het koor is zó krachtig dat het ook een publiek van het formaat Ziggo Dome met gemak omver zou kunnen blazen. Dat heeft ook een keerzijde, want soms mag het wel een tandje minder en is een rustig nummer ook welkom. Zoals Welcome to the Renaissance uit Something Rotten, waarin er meer zangers solo zijn te horen en ook het samenspel meer reliëf geeft aan het nummer.
De video’s van de componisten, die tussendoor vertellen over hun favoriete musicalnummer, zijn grappig. Meestal geen diepgravende verhandelingen, maar relativerende verhalen over het creatieve proces dat aan de musicals voorafging. Zoals de musical Nine, waarover componist en liedschrijver Maury Yeston met ironie vertelt dat deze is gebaseerd op een film van Federico Fellini. De Italiaanse regisseur had zeven films en een documentaire gemaakt, raakte in een midlife crisis en noemde zijn volgende film dan maar 8 ½. Voor de musical was dan de titel Nine een mooi vervolg, bedachten de makers simpelweg.
Ivo van Hove schijnt een ander licht op koorzang in musicals. Ensemble zingen geeft zangers een groepsgevoel, een emotie die volgens de regisseur als een rode draad door de geschiedenis loopt. Even euforisch als gevaarlijk, zoals hij met een voorbeeld uit de door hem geregisseerde musical Jesus Christ Superstar laat zien. De groep volgelingen die hun leider eerst nog ‘hosanna, heysanna’ toezong, kan zomaar omslaan in vervolgers die ‘crucify him!’ schreeuwen.
De musicalnummers verschillen in emotionele toon. Zo zwaar als het Requiem uit Evita en Alle Tanzten mit dem Tod uit Elisabeth klinkt, zo lichtvoetig is het swingnummer uit de musical Hairspray. ‘You can try to stop my dancin’ feet. But I just cannot stand still!’ In het hitnummer komen de zangers één voor één naar voren om het refrein te zingen. In een steeds hoger tempo en steeds opzwepender krijgen ze ook de zaal aan het swingen. Die variatie houdt de vaart er in, maar na afloop, als de muziek wegsterft en je naar de foyer loopt, komt er ook een vraag op. Waarom was er eigenlijk geen Latin-nummer te horen uit West Side Story, een nummer van Lebohang Morake uit The Lion King, of een stukje gospelkoor uit Sister Act? Misschien een idee voor een volgende Ensemble, ensemble!
Foto: Jasmijn Meuleman