Muziektheatergroep Tafel van Vijf haakt altijd handig in op de actualiteit van historische onderwerpen. Het huidige Rembrandtjaar was aanleiding voor artistiek leider Herman van Baar om toneelschrijver Ad de Bont om een tekst te vragen over de mens achter de kunstenaar Rembrandt. Het stuk wordt meestal gespeeld in combinatie met een bezoek aan het Rijksmuseum in Amsterdam of een ander museum. Dat betekent voor de middelbareschoolleerlingen een verdieping van de kennis van de schilder, zijn meesterwerken en zijn leven. (meer…)
Na voorstellingen in de Amsterdamse Vondelkerk te hebben gemaakt, is NOW-Productions neergestreken op een andere ongebruikelijke plek: De Hollandsche Manege, vlakbij het Vondelpark in Amsterdam. Op deze locatie speelt slechts enkele dagen een meeslepende familievoorstelling die bruist als bubbeltjeswijn.
De Hollandsche Manege bestaat sinds 1882 en ademt de grandeur van de late negentiende-eeuw. In dit decor en in deze tijd plaatsen schrijver Ad de Bont en regisseur Alexander de Bruijn hun muzikale toneelstuk. Ze kiezen voor een liefdesverhaal in het politiek-sociale decor van oud Amsterdam.
In de jaren tachtig van de negentiende-eeuw was de kloof tussen arm en rijk in de hoofdstad enorm. Veel Jordanezen waren werkloos en leefden onder erbarmelijke omstandigheden. Socialisten, het rode gevaar voor de kapitaalkrachtige grachtengordel, waren in opkomst en hadden in Domela Nieuwenhuis een opzwepende leider. Toen de politie tijdens het verboden volksvermaak palingtrekken ingreep, leidde dit tot een volksopstand. Het Palingoproer kostte 26 mensen het leven.
Tegen deze achtergrond speelt een klassieke driehoeksverhouding. Manus Blikslager, een socialistische ‘leipe gozer’, werkt als stalknecht in De Hollandschse Manege. Hij krijgt verkering met dienstmeid Trijn, een ‘heerlijke trul’ bij wie hij een kamer huurt. Ze hebben verlovingsplannen. Als Trijn wordt aangerand door Frederik, zoon van haar werkgeefster, raakt zij werkloos en moet Manus de kost verdienen voor haar en haar werkloze vader.
Dan verschijnt barones Elize van Zuylen in De Hollandsche Manege. Achttien jaar, bloedmooi, opgegroeid in Nederlands-Indië en rebels. Zij wil rijles, niet in de amazonezit, maar met een paard tussen haar benen, zoals alleen mannen is toegestaan. Zij verkleedt zich daartoe als jongeheer. Manus, haar vaste knecht in de manege, doorziet haar travestie, maar speelt het spel mee. Tijdens hun gesprekken blijken zij veel gemeen te hebben. In de volkse Manus schuilt een dichter die Willem Kloos citeert en Max Havelaar heeft gelezen.
Elize wordt ten huwelijk gevraagd door burgemeesterszoon Frederik. Tot verdriet van haar moeder weigert zij het aanzoek: zij is verliefd op Manus. Wanneer zij hem met haar liefde confronteert, vraagt de verwarde Manus bedenktijd. Die avond breekt het Palingoproer uit en komt hij tegenover Frederik, die officier bij de cavalerie is, te staan. Als Elize tussenbeide wil komen, schiet de jaloerse Frederik Manus dood.
Ad de Bont schreef met Elize in de Hollandsche Manege een heerlijke tekst, vol humor en vergeten sappige Jordanese woorden als hassebassie, kaaljakker en niksnakker. Met dit platte Amsterdams weten de acteurs wel raad. De puntige dialogen tussen Manus (Jim Deddes) en Trijn (Tirza de Boer) zijn om van te smullen. De scène waarin Trijn haar aanrander (‘opgeblaze pestbuil in nette klere’) verbaal alle hoeken van de paardenbak laat zien levert zelfs een spontaan applaus op.
Daartegenover staat het deftige milieu van Elize. Roos van Erkel speelt het titelpersonage als een lichtvoetig meisje, modern, koppig en eigenzinnig. Een enorm contrast met haar conservatieve moeder. Xander van Vledder, die verschillende rollen lekker vet speelt, is hilarisch als hysterische barones, die haar taal voortdurend doorspekt met modieuze Franse termen. Ayal Oost maakt van Frederik een arrogant, nijdig baasje.
Regisseur Alexander de Bruijn maakt optimaal gebruik van de manege. Niet alleen in de paardenbak, maar ook op het balkon en achter de balustrade, wordt gespeeld. Met weinig theatrale middelen wordt een wereld tot leven gewekt. Zijn regie is een glasheldere compositie. De groepsscènes in de bak, waarbij het koor van vijftien mensen onder aanvoering van actrice Iris Vlutters, breed uitwaaiert, zijn een lust voor het oog en doen denken aan Les misérables.
Als coproducent zorgt De Hollandsche Manege voor de paarden en de koetsen. De nummers door de ruiters en amazones van De Vondel Carrousel zijn prachtig uitgevoerd en passen naadloos in de voorstelling. Door Frederik officier van de cavalerie te maken, krijgen de paarden een functionele rol in de voorstelling en kan met hun aanwezigheid worden gespeeld. De barricaden die de Jordanezen opwerpen tijdens het oproer vormen bijvoorbeeld tegelijkertijd een paardenhindernis.
Elize in De Hollandsche Manege is een toneelstuk met veel muziek. Michiel Schreuders componeerde een aantal prachtige nummers, waarbij Ad de Bont teksten schreef. Meeslepende liederen als Floddermadam en het steeds terugkerende Talloos, haveloos en werkeloos zitten ergens tussen massamusical en Kurt Weill in. Ze zijn vaak voorzien van gesamplede negentiende-eeuwse muziek en worden live gespeeld door Schreuders en Daniel van Huffelen.
NOW-Productions levert met Elize in De Hollandsche Manege een perfecte familievoorstelling af voor een breed publiek. Dankzij de sociaal-historische context heeft het stuk genoeg diepgang voor wie dat zoekt. De regie is kristalhelder en de fraaie kostuums, koetsen, paardennummers en meeslepende muziek zijn een lust voor oog en oor. Een speelperiode van vier dagen is veel en veel te karig voor deze tintelende productie. Ik zeg: eind volgend jaar reprise.
Foto: Bowie Verschuuren