Blijspelspeler Jon van Eerd is een grote verrassing als componist Hanns Eisler in de muziektheatervoorstelling Eisler on the Go. Hij lijkt op hem, een ouder wordende, kalende, wat gezette man en hij zingt prachtig. Maar hij is vooral een gekweld mens. Eisler is sinds de jaren dertig een balling uit nazi-Duitsland in de Verenigde Staten. Hij wordt daar in het nauw gedreven, als hij in 1947 voor het House Committee of Un-American Activities moet verschijnen, omdat hij er van wordt beschuldigd een communist te zijn, een doodzonde in die dagen. Daar is niets grappigs aan. 

Eissler on the Go is inderdaad een ernstige aangelegenheid geworden, bijna documentair theater, al vertelt samensteller Paul Oomens het verhaal voor het overgrote deel in liedjes en muziek. Liedjes en muziek van Hanns Eisler zelf natuurlijk, maar ook van een hier veel minder bekende Amerikaanse componist, Marc Blitzstein, die op zijn beurt in de jaren dertig en veertig was beïnvloed door het werk van Eisler en die andere Brecht-componist Kurt Weill.

Aan het begin van de voorstelling is Eisler nog een succesvol Hollywood-componist die er op een verjaardagsfeestje door zijn linkse vrienden van wordt beschuldigd dat hij zich aan het grote kapitaal heeft uitgeleverd. Een paar maanden later is de situatie volkomen omgedraaid. Mede op basis van brieven van Eislers eigen paranoïde zuster kan aanklager Robert Stripling hem ervan beschuldigen een spion voor de Sovjet-Unie te zijn. Eisler verdedigt zich maar moeizaam en soms halfslachtig, en een jaar later worden hij en zijn vriendin Louise de Verenigde Staten uitgezet.

Regisseur en vormgeefster Machteld van Bronkhorst heeft de voorstelling vrij simpel opgezet. Een decor is er eigenlijk niet, de jaren veertig-kostuums (Mi Ying Chen) zijn fraai. De acht musici van het New European Ensemble nemen ook een aantal dubbelrollen voor hun rekening, wat ze uitstekend doen, verder speelt het verhaal zich vooral af tussen twee helder gekarakteriseerde partijen. Aan de ene kant de aanklager Stripling (Vitaly Rozynko), commissievoorzitter Thomas (Mitchell Sandler) en diens secretaresse Helen (Evi De Jean), die tot het allerlaatst blijft twijfelen of zij wel aan de goede kant heeft gestaan. Aan de andere kant Jon van Eerd als de ongelukkige Eisler en de zeer indringend zingende Ekaterina Levental als zijn geliefde vrouw Louise. Aan het einde staan die twee met hun koffertjes klaar om terug te gaan naar het Duitsland dat zij vijftien jaar eerder moesten ontvluchten.

Hoewel de historische situatie nu volkomen anders is, zit er toch een zekere actualiteit in dit verhaal. Zoals ook toen, is de sfeer plotseling verrechtst, kunstenaars moeten zich verdedigen, de overheid wil geen geld geven aan subversieve kunstuitingen. Dat geeft deze voorstelling een onderhuidse spanning en urgentie.

Ook in Oost-Duitsland zal Eisler overigens al vijf jaar later opnieuw een verdachte figuur zijn, hoewel hij ook de componist van het volkslied van de DDR is geworden. Strijdbare kunstenaars zijn nu eenmaal nergens erg welkom, al is het maar omdat ze al gauw als vervelende schoolmeesters worden beschouwd, laat staan als ze wijzen op zaken die beter ongenoemd kunnen blijven. Wat dat betreft geeft Eisler on the Go heel veel te denken.

Foto: Robert Westerman