Ik weet dat het niet echt is, maar toch deins ik instinctief terug vanaf de rand waaronder op grote diepte een weelderig groen landschap is te zien. Net zoals ik even later buk om naast het achtjarige meisje onder een tafel te gaan zitten, bang om mijn hoofd te stoten. Als ik omhoog kijk, zie ik de houten planken. Het geeft aan hoe realistisch het virtual reality-project van Michel van der Aa en Theun Mosk is.

In Eight ontmoet de bezoeker/wandelaar een oude vrouw, gespeeld door Vakil Eelman. Zij neemt je mee door haar leven, terug naar haar jeugd. Ze slaat een bocht om en verandert in Kate Miller-Heidke, een van de muzen van Michel van der Aa, bij het grote publiek bekend als de Australische inzending voor het Eurovisie Songfestival dit jaar.

Hier geen kitscherige opera-uithalen, geen gezwaai aan een stok. Met een subtiele handbeweging nodigt ze uit om haar te volgen in deze virtuele Garden of forking paths, die voert naar haar achtjarige zelf en in het slot nog verder terug, als het rode tafelkleed lijkt op te lossen in een zwerm spermatozoïden.

Een concreet verhaal biedt Eight niet, op basis van teksten van Borges, Pessoa en Jung ondergaat de bezoeker visioenen, deelt indrukken en herinneringen. Fascinerend is hoe sommige elementen niet alleen tastbaar lijken, maar je ze ook daadwerkelijk kan voelen en hoe niet alleen het beeld 360 graden rondom is, maar ook het geluid reageert op hoofdbeweging en looprichting.

Met Eight gaat Van der Aa zo een forse stap verder dan de muziekapp Book of sand drie jaar geleden in het Holland Festival. Of de opera’s After Life en Sunken Garden waarin 2D- en 3D-filmbeelden een cruciale rol speelden. Beelden, spelers en koor uit die eerdere producties keren terug in deze installatie, die daardoor meteen vertrouwd aanvoelt. Maar het visuele overvleugelt ditmaal de zang van het Nederlands Kamerkoor en Miller-Heidke volkomen.

Eight voelt intiemer dan al het eerdere werk van Van der Aa, maar is afstandelijker. Alles is tot in detail geprogrammeerd. Eight is een technisch hoogstandje, maar hoe indringend je ook in de ogen wordt gekeken, de spelers kijken in het niets, naar een voor hen virtuele bezoeker. Als ik niet opzij stap, loopt Kate Heinke-Miller dwars door me heen – ik voel er niets van, alsof ik er niet ben – en de variaties op het voorgeprogrammeerde script zijn even beperkt als in de met veel bombarie aangekondigde interactieve aflevering van Black Mirror.

After Life was zo magisch doordat Van der Aa met zijn publiek deelde hoe de beeldillusie tot stand komt. In Eight is die collectieve ervaring verloren gegaan in ontelbare terabytes en enorme rekenkracht, en uiteindelijk een fascinerende maar klinische en solistische ervaring.