Toen de dieren nog praatten was er seks. Punt. In Frankrijk had men het weleens over ‘amitiés et désirs particulièrs’ – versta homoseksualiteit en perverse liefde, maar dat was ver van ons bed. Vandaag overspoelen nieuwe woorden van Angelsaksische origine als queer, (non-)binair, appropriatie, transitie, intersectioneel, woke en ally onze taal om alles wat buiten de hetero-normatieve definitie van seks én identiteit valt te benoemen en te eren (en alles anders te verketteren). (meer…)
Wanneer we het geknisper onder onze voeten horen, voelt het even alsof we echt een bos instappen. De vloer van de Palonizaal in Theater Bellevue is volledig bedekt met dode herfstbladeren. Door de bomen die ons omringen zijn de muren nauwelijks meer te zien. In het midden staat een groot tweepersoonsbed met een spot erop gericht. Een donkere en warme wereld, met een lichte dreiging van gevaar en isolatie. De wereld van de mannelijke seksualiteit.
De perceptie en rol van vrouwelijke seksualiteit in de westerse maatschappij is de afgelopen decennia aangrijpend veranderd. Ontwikkelingen als financiële onafhankelijkheid en betere anticonceptiemiddelen hebben ervoor gezorgd dat er de laatste jaren veel over geschreven en gedacht is.
De mannelijke seksualiteit heeft wellicht niet aan aandacht ingeboet, maar is desalniettemin minder radicaal herdacht dan haar vrouwelijke equivalent. Regisseur Wieke ten Cate en schrijver Sanne Schuhmacher (beiden vrouw) spraken met verschillende mannen over onder meer kwetsbaarheid, verlangens, en hun verhouding tot seksualiteit. Het resultaat is ontwapenend, ontroerend en toont dat een cultuurverandering rond het denken over mannelijke seksualiteit hoog nodig is.
In het donkere woud (schitterend vormgegeven door studio Maison the Faux) staan drie mannen in dezelfde chique glitterpakken. Oud (Chiem Vreeken), Midden (Justus van Dillen) en Jong (Minne Koole), drie mannen van verschillende generaties vertellen ons over hun leven. Specifieker: hun seksleven. Van kleine jongetjes ‘die hem in een wokkel draaien’ tot mannen ‘van wie hun lijf kapot gaat, van wie hun zin afneemt, bij wie het niet meer zo is als het altijd was.’ Drie mensenlevens, verteld in evenveel verschillende doch herkenbare sekslevens in een verfrissende en bij vlagen verbijsterende eerlijkheid.
De spelers vertellen over de seksuele geschiedenissen terwijl ze door het publiek lopen en de verschillende anekdotes direct op het publiek spelen. Een vaardigheid die Van Dillen goed in de vingers heeft. Zijn Midden is fel, grof, komt (te) dichtbij en intrigeert daardoor des te meer. Voor Oud, opgegroeid in een streng religieus gezin, is seks schaamtevol. Vreeken speelt hem fijnzinnig balancerend tussen panisch en pathetisch, wat een nodige dosis humor in de voorstelling brengt zonder de zwaarte van zijn personage verloren te laten gaan.
Jong is duidelijk een millennial: de eerste generatie die tijdens de puberteit toegang had tot internet. En dus porno. Schuhmacher toont in haar tekst op slimme wijze de maatschappelijke veranderingen die de (mannelijke) seksualiteit tijdens het opgroeien beïnvloeden. Wat doet het met iemand wanneer de eerste kennismaking met seks ’twee kleine spuitende mannen zijn die in een bubbelbad staan’? De lijn van Jongs verstoorde relatie tot seksualiteit wordt jammer genoeg na deze scène weinig verder doorgetrokken dan een enkele passage met grensoverschrijdend gedrag.
Schuhmacher verweeft het verhaal van de drie mannen met een modern sprookje (volledig in rijmvorm) over een Jongen die in een donker bos rondneust. Zoals het een goed sprookje betaamt, ontmoet de Jongen een Jager in het bos die hem voor de Wolf waarschuwt. Ga niet van het pad, daarbuiten sluipt het gevaar van de Wolf, luidt het bekende advies. De analogie met de Grote, Boze Seksualiteit is weinig subtiel, maar stoort niet door de climax: het sprookje culmineert in een dansscène die spannender, erotischer, maar bovenal kwetsbaarder is dan menig seksscène in het theater.
Toch wringt het overwegend heteronormatieve perspectief van de voorstelling bij vlagen. De ervaringen gaan voor het leeuwendeel over de seksuele escapades die Oud, Midden en Jong hebben met vrouwen. De paar fragmenten waarin zij vertellen over hun ervaringen met andere mannen zijn kort en vooral van experimenteel karakter, zoals Jong die zich op de middelbare school door een oudere jongen laat aftrekken in het park, maar dat aan niemand durft te vertellen. De keuze is ietwat merkwaardig, met name omdat de rest van de voorstelling uitzonderlijk sex positive is.
Ten Cate vertelt in een interview dat de verhalen van alle geïnterviewde mannen één ding gemeen hebben: nauwelijks spraken zij met andere mannen over hun seksleven. Niet op de middelbare school, wanneer je alles aan het ontdekken bent en eigenlijk advies wil. Niet wanneer je kinderen krijgt en hen seksuele voorlichting moet geven, maar niet zo goed weet hoe. Niet wanneer je ouder wordt en je je na elke vrijpartij afvraagt of dit de laatste keer zal zijn geweest.
Een leven lang seks breekt eindelijk het gesprek over mannelijke seksualiteit tussen mannen onderling open. Een onderdrukte, verzwegen of verwarrende seksualiteit zorgt enkel voor stress, lijden en ongeluk. Maak seks bespreekbaar, worstel je door het ongemak van het onderwerp heen en geniet weer.
Foto: Casper Koster