‘Born This Way’ van Lady Gaga knalt uit de speakers en Fjodor Jozefzoon danst er gretig op. Het is een van de vele opzwepende momenten in Edward II – The Gay King van de zestiende-eeuwse toneelschrijver Christopher Marlowe, uitgevoerd door Toneelgroep Oostpool. (meer…)
Bijna twintig jaar na de Britse première is deze week Matthew Bourne’s dansproductie Edward Scissorhands te zien in Carré. Vierentwintig dansers vertolken het verhaal van Edward, een jongeman met scharen als vingers. Nadat zijn maker aan een hartstilstand overlijdt vóór hij hem handen kan geven, probeert hij de acceptatie en liefde van de bewoners van een voorstedelijk plaatsje te winnen.
Het verhaal is gebaseerd op Tim Burtons gelijknamige film uit 1990 en een mix van Belle en het Beest, De Klokkenluider van de Notre Dame en Pinokkio. Ruim dertig jaar oud, blijkt het de tand des tijds goed te hebben doorstaan. In deze bewerking ligt de nadruk op Edward als nieuwkomer. Zolang hij niemand bezeert, vergeten mensen waarom ze aanvankelijk bang voor hem waren. Liam Mower brengt de onthande jongen tot leven met houterige verwondering. Langzaamaan ontpopt hij zich tot een tedere, betrouwbare danspartner voor de leuke cheerleader Kim (Ashley Shaw), aan wie hij zijn hart heeft verpand.
Choreograaf Matthew Bourne maakte in de loop van zijn carrière naam door populaire verhalen te vertalen naar succesvolle familieballetten, geïnspireerd door musicals en popcultuur. Edward Scissorhands laat dat goed zien: we zien heldere decors en groot, komisch spel met klassieke karakters. Dat niemand zingt of praat valt helemaal niet op. In deze aantrekkelijke context, serveert hij een breed publiek talloze choreografische vondsten, die zowel grappig als inspirerend zijn.
Die zie je bijvoorbeeld bij het zéér devote christenkoppel, dat in de eerste helft herhaaldelijk het podium oversteekt tijdens een ombouw om hun angst voor het scharenmonster over te brengen. Zo spreidt Mami Tomotani met veel drama haar armen, waarop Reece Causton haar lijdzaam op zijn rug hijst en meezeult als was ze het kruis van Jezus. Ook tijdens groepschoreografieën spelen zich allerlei kleine grappige verhaaltjes af in de kantlijn. Zo trekt de hitsige moeder Joyce Monroe (een verleidelijke Nicole Kabera) de ene na de andere man haar voordeur door, inclusief Edward.
Het is genieten van de komische verleidingsscène tussen Monroe en Edward. De naïeve Edward lijkt aanvankelijk nieuwsgierig, maar al snel duikt hij over en onder haar benen door, terwijl hij steeds wanhopiger het huis uit probeert te vluchten. Op de achtergrond stoeit Luke Murphy als Monroe’s echtgenoot met de grasmaaier – soms loopt hij even binnen, maar hij blijft blind voor haar overspel. Ook mooi is de liefdevolle aandacht die de grote Edward schenkt aan de kleine Kim als ze samen dansen.
Het verhaal is bitterzoet en nodigt uit tot zelfreflectie over hoe we in onze maatschappij omgaan met mensen die nieuw of anders zijn, de omlijsting is aanstekelijk en opwindend – een leuk alternatief voor een familieballet van onze Nationale Opera.
Foto: Johan Persson