In tijden van #metoo, homofobie, seksisme, racisme en geweld vraagt initiatiefnemer Rikkert van Huisstede zich af of het niet beter zou zijn als meer mannen zich kwetsbaar zouden opstellen. In Boys won’t be boys bundelt hij de verhalen van allerlei mannen en jongens die worstelen met het beklemmende hokje van de mannelijke man. ‘Dit is geen voorstelling,’ zegt hij tegen het eind, ‘dit is ons leven.’ (meer…)
Het hoogste aantal zelfmoorden, kindermishandelingen, verwaarloosde ouderen en ander ongeluk komt voor in nieuwbouwsteden, in vinexwijken. Een reden om er al bij voorbaat niet te willen wonen. Toch denken heel veel mensen daar anders over. Zo ook de ouders van Tjebbe en Jolle Roelofs, die begin jaren ’80 van de Amsterdamse Bijlmermeer naar Almere-Haven verhuisden. Over hun jeugd in deze ooit veelbelovende pioniersstad maakten de jongens bij het Almeerse jeugdtheater productiehuis Bontehond Dutch Vinex Wonder Boys (12+), regie Noël Fischer, een voorstelling die ze spelen op een braakliggend landje tijdens Festival Over het IJ.
Jolle was het wonderkind die altijd goede cijfers haalde, muzikaal en creatief was en bij iedereen geliefd. Tjebbe, de jongste, was de lastpak, de jongen zonder toekomstvisie, van wie iedereen dacht dat er ‘iets’ mis mee was. Jolle is de grote, de knappe, Tjebbe de kleine, de bleke. Samen voetbalden ze urenlang in het hofje van hun straat, de Peppegouw. Nu spelen ze samen op hun braakliggende terreintje. Boven hen hangt een enorme zeecontainer met open deuren, alsof ze zo uit de verhuiswagen zijn gedonderd. Her en der staan in plastic verpakte meubels en vier paspoppen: een modelgezinnetje.
Tjebbe is vooral aan het woord. Als je opgroeit in Almere kun je drie dingen worden, zegt hij: gek, crimineel of dik. Dit zet de toon. Hij vertelt over de verandering van Almere als stad waarin verbondenheid en gelijkheid heerst naar een stad waarin de schuttingen steeds hoger worden. Hij vertelt wat een jongen zoal doet als hij wel energie heeft maar geen bron van inspiratie en geen uitlaatklep: vervelend doen, dingen kapot maken. Zo legt Roelofs mooi het verband met het gevoel van ongerichtheid dat jongeren zo vaak eigen is. Vandaar de behoefte om invloed te hebben op de wereld, om macht te hebben.
Zijn broer Jolle begeleidt hem innemend en virtuoos op piano, gitaar en een soort elektrische mandoline. Samen zingen ze, rappen ze en zijn ze aandoenlijk in hun gelijkenissen en verschillen, precies zoals je dat van broers zou verwachten. Dutch Vinex Wonder Boys is tevens bedoeld als schoolvoorstelling, maar het is de vraag of jongeren de existentiële leegte en verstilling die de voorstelling schetst als iets van henzelf zullen herkennen. Het is geen gemakkelijke kost. Toch werkt de voorstelling. Dat komt niet in de laatste plaats door het bijzondere spel van de jongste Roelofs, die met schitterende huppeldansende bewegingen over het ruige terrein raast en zwiert.
(foto: Saris & Den Engelsman)