In de donkere parkeergarage schalt intense muziek door de koptelefoons van het publiek. De projecties op de wand ver achterin de ruimte vertonen het sterrenstelsel. ‘In het begin was het een knal, wervelende oersoep nog. En dan wonderlijk wonder, leven.’ Er staat een mens eenzaam voor het sterrenstelsel, evenals een oranje brievenbus. (meer…)
Goeroe Jonathan staat met wapperende jas en gespreide armen bovenop een duintop. ‘There is nó goal in life’, zegt hij met vet Indiaas accent. ‘All achievement is the projection of the ego.’ Zijn volgelingen in yogahouding neuriën een diepe bromtoon.
Totdat één van hen zijn toespraak ‘weinig concreet’ durft te noemen. Met veel gevoel voor humor laat de locatieproductie Duinland zien dat een utopische gemeenschap niet lang standhoudt.
Als het festivalpubliek komt aanlopen staan de acht spelers met emmers en stokken in de hand te harken en te zaaien. De voorstelling van Karavaan speelt zich af in de duinen van Egmond aan Zee, vlakbij het gelijknamige volkstuinencomplex Duinlandjes. Maar ze zijn daar niet zomaar bezig met hun tuintje; het gaat om een utopie en een écht gesprek van mens tot mens.
Duinland, in de regie van Nita Kersten, is de afstudeervoorstelling van de opleiding ArtEZ muziektheater. De eenvoudig vormgegeven productie valt inhoudelijk perfect samen met het landschap, want het duingebied biedt ook uitzicht op het gebouw van de OSHO humaniversity. ‘Heeft u weleens van de Indiase goeroe Osho gehoord, van die Netflix-serie Wild wild country?’, vraagt één van de spelers het publiek. Zijn vurige lezing wordt abrupt onderbroken. ‘Ok mensen, als Jonathan eenmaal over Osho begint is hij gewoon niet te stoppen. Zullen we even doorlopen?’
Het publiek moet voorzichtig lopen, want net als op veel volkstuincomplexen zijn er nogal wat regels en voorschriften, zoals over de hoeveelheid aardappels die verbouwd mogen worden. Ook is het verboden kleding in felle kleuren te dragen en al te relaxed te recreëren in de duinen.
De tekst is spitsvondig, vol lichtvoetige humor en verwijzingen naar milieu-hipstertaal. ‘Hier gaat het leven simpelweg over wat je zélf creëert. Back to nature en weg van het consumentisme, want dat gat in de ozonlaag zit er al vanaf mijn basisschool.’ Opvallend zuiver gezongen a capella-nummers wisselen de dialogen af en getuigen van een hoog muzikaal niveau.
Grappig is de muzikale huis-tuin-en-keuken-scène met twee kokende zangeressen die ritmisch in hun pannetjes roeren. De anderen staan er in vrolijke reclameposes omheen en in een kleurige bloemetjesjurk danst één van de mannen met grote sprongen voorbij. De zon die boven het duinlandschap door de wolken breekt, maakt het idyllische plaatje compleet. Maar de groep besluit dat deze wereld van mooie plaatjes te ver afstaat van hun roots. Ze gaan terug naar hun basis, en ook het publiek moet meelopen naar de plek waar de goeroe gaat spreken.
Een vrouw in sweatshirt met de opdruk #Esther is niet langer onder de indruk van de goeroe. Zij zet stevige muziek op en gaat de anderen voor in een energieke groepsdans. Het ontnuchterende einde van deze ‘flowerpower2.0-duurzaamheids-mindfullness-lifestyle’ verloopt een beetje abrupt, maar het loopt wel vaker plotseling verkeerd met een utopie.
De locatie, het verhaal en de muziek; alles valt op zijn plek in Duinland. De locatieproductie is een schot in de roos en belooft veel goed van deze nieuwe generatie muziektheatermakers.
Foto: Emil de Jong