Zullen we samen… wordt aangekondigd als een intergenerationele locatievoorstelling. Peuters van drie jaar ontmoeten in een woonzorgcentrum oudere mensen. Probleem bij de voorstelling die ik bezocht was dat de senioren van het rusthuis ontbraken. (meer…)
De kinderen en een paar volwassenen huppen van de ene houten ring over de andere naar hun aangewezen bubbel: een met krijt getekende cirkel met stoelen en kussentjes. Houten ringen bakenen ook de halve cirkel af waarin de danseressen zullen draaien met hun eigen lichamen. Ook aan de ruimte zelf zullen ze een draai geven. Een filmpje van hoelahoepende kinderen op een grote speelplaats vormt een sfeervolle introductie.
Anne Theresa De Keersmaeker van Rosas zei het onlangs nog in een interview in Humo dat kinderen dans spontaan associëren met draaien. En met springen. En met wuiven. In DRRRAAI wordt er inderdaad veel gedraaid, getold, gezwierd en een beetje gesprongen en gewuifd, met aanstekelijk energiek spelplezier, maar de danseressen (Lies Cuyvers, Ilke Teerlinck en Ciska Vanhoyland) doen meer dan dat. Ze tasten ook de dansvloer en de ruimte af met cirkel- en draaibewegingen.
Als een lichamelijke passer tekent Vanhoyland met een krijtje cirkels op de vloer, hele kleine vanuit een hurkstand, hele grote als ze haar hele lijf als een cirkelstraal gebruikt. De cirkel als een van de basisvormen, waaruit spiralen en bogen en kromme lijnen ontstaan. Rode, blauwe en gele kleren dragen de danseressen. In deze basiskleuren exploreren ze een basisbeweging van de dans.
DRRRAAI vormt het eerste deel van een drieluik. Er volgen nog producties rond springen en vliegen en rond aantrekken en afstoten. Dans is in essentie ook de zwaartekracht uitdagen en aftasten. Dat gebeurt hier ook met de ruimte zelf. Een grote stok hangt als een hengel boven de dansvloer. Er hangen kleren aan, een wit hemd, een blauwe jurk. De hengel kan ronddraaien, en andere stokken met waterflessen en met brede zilveren repen worden eraan bevestigd. Een mobile ontstaat. De hele installatie (Erki De Vries) cirkelt mee als een gelijkwaardige performer, de muziekklanken (Koen Brouwers) stuwen de bewegingen, maken ze spannend, de ene keer dreigend, de andere keer uitgelaten.
De drie vrouwen gooien met de waterflessen, naar elkaar, naar omhoog. Het is een warm plezierig stoeien. Grote hoepels komen erbij waarmee Cuyvers en Teerlinck samenspelen. Vanhoyland loopt mee in de cirkelende zilveren repenkoker: een verrassend beeld. De ronde attributen en de draaiende installatie harmoniëren met de lijflijke danscirkels en worden nog versterkt door het draaiende schaduwspel op de wanden. (gelukkig zonder de glitter van de reflecterende discobollen!)
Bij tout petit mogen de kleintjes na de performance ook zelf aan de slag op de vloer. Dit keer kan dat niet. Het blijft coronaproof. De kinderen krijgen een zakje met dingetjes, die ze aan elkaar kunnen rijgen en dat wordt dan door een danseres aan de grote mobile bevestigd. Als de grote mobile vol hangt, draait en beschenen wordt door zaklampen, zorgt dat voor een cirkelend schaduwspel dat veel oh’s en ah’s ontlokt. Ook met DRRRAAI maakt tout petit in alle eenvoud een dansvoorstelling voor jong (en oud) die fascineert en blijft boeien, van begin tot einde.
Foto: Kurt Van der Elst
Dat was samen met de kleinkinderen zalig geboeid zijn en genieten. Het spel én de kleuren én de schaduwen trokken de aandacht. Effecten die nog versterkt werden door de muziek. Heerlijk. Graag nog meer hiervan.