Cabaretier worden, dat was zijn droom. Kees Torn achterna. Het wordt toch meer theater. ‘Zijn grapdichtheid is niet hoog genoeg.’ Met zijn levensverhaal weet Maarten Westra Hoekzema ons te amuseren en te boeien. Heel anders dan Kees Torn of wie dan ook. Hij vertelt over zichzelf, hij is zichzelf. (meer…)
Hoe word je succesvol, rijk en begeerlijk? Theatermaker Maarten Westra Hoekzema weet het wel: door te verleiden. In zijn cabareteske voorstelling De verleiding presenteert hij zich als goeroe die in één lezing ons leven zal gaan ‘uplevelen’.
De verleiding was op het Theaterfestival te zien in het kader van het zogenaamde Circuit X, een selectie voorstellingen van jonge makers, de Vlaamse tegenhanger van de Nederlandse serie Blind Date. Westra Hoekzema, ooit finalist van het Leids Cabaret Festival, zat op de toneelschool in Antwerpen en is verbonden aan het in opheffing verkerende productiehuis Huis van Bourgondië.
Westra Hoekzema speelt een spannend spel. Hij blijft continu in zijn rol als gladde, überpositieve inspirational speaker en legt ondertussen uit, in risicoloze stappenplannen, hoe je vrouwen (of mannen verzekert hij ons, maar het perspectief blijft stevig bij de heteroseksuele man) moet versieren (geïnspireerd op het boekje The game van Neil Strauss). Als je eenmaal vrouwen kunt versieren, zo gaat de redenering, dan kun je alles: auto’s verkopen, solliciteren op je droombaan, leukere kinderen krijgen. Het komt allemaal neer op verleiden.
Het is leuk omdat Westra Hoekzema zo’n innemende persoonlijkheid is. Hij blijft geestig en charmant, en lijkt zichzelf voortdurend te relativeren – hij deed me in de verte denken aan Erik van Muiswinkel. Maar achter de guitige lach en de voortdurende uitroep ‘Heerlijk!’ zit toch een vrij sociopathisch karakter dat een leven ophemelt waarin je volgens de geldende maatstaven misschien wel geslaagd bent, maar dat ook eenzaam, egocentrisch en hard overkomt.
Omdat het zo duidelijk is dat er iets niet klopt, blijf je je voortdurend afvragen of Westra Hoekzema voor ons de clown uithangt, ons allemaal in de maling neemt, of dat hij stiekem meent wat hij zegt. Zijn adviezen, bijvoorbeeld over dubbelzinnige complimenten die je mooie vrouwen moet geven (‘Mooie jurk, ik zag vanmiddag ook al iemand in dezelfde jurk’), klinken heel fout, maar ook tamelijk overtuigend.
Wat treft is dezelfde aangenaam verwarrende inzet van ironie die ik eerder zag bij Nik van den Berg. Wie speelt er nu eigenlijk met wie? Maar in deze voorstelling zit ook een geweldig stukje over ironie: je kunt prima tijdens het verleiden de grootste clichés spuien, zegt Westra Hoekzema, als je het maar ironisch doet. In het geheugen blijft de de boodschap hangen, de ironie niet. Dat geeft te denken bij zo’n dubieus personage.
(foto: Saris & Den Engelsman)