Een groot, wit decor. Witte tafel, witte stoel. Haast als één grote nog niet geschreven tekst. Voor sommigen een reden om in paniek te raken, maar woordkunstenaar Derek Otte voelt zich als een vis in het water in die witte wereld. Op school stotterde hij en zocht hij zijn toevlucht in het schrijven. Nu verdient hij zijn geld met spoken words en maakt hij zijn debuut in het theater. Een behoorlijke overwinning.
Het is ‘de voorstelling die Otte als begintwintiger had willen zien’, vermeldt het Luxor op zijn website. Otte heeft klaarblijkelijk veel moeten overwinnen om te komen waar hij nu is: voor een bomvolle grote zaal in het Luxor, met een gillend en joelend publiek dat merkbaar trots op hem is. Als een echte poëet laat hij via triomfantelijke metaforen en knap in elkaar geregen woordkunst merken dat hij pas recentelijk zijn leven op de rails heeft en diepe dalen heeft gekend.
De Rotterdamse Derek Otte werkte samen met het Luxor Theater en de show is goed verzorgd. De felle spoken words van Otte staan centraal en in kleine tussenstukjes tussendoor zit geen woord te veel. Elke performance wordt ondersteund door nieuwe videobeelden, geprojecteerd op zijn witte decor, en door muziek van twee live muzikanten. Ras King, die met zijn frisse hiphop spoken words van extra kracht voorziet. En Rob van Gameren, die met subtiele hoge tonen juist de kwetsbaarheid benadrukt.
Van de levendige woordenstromen, waar Otte met weloverwogen stiltes en pauzes een dynamische draai aan geeft, blijven de mooiste vondsten hangen. Hij gebruikt de tegenstelling tussen ‘hoofdletters’ leren en ‘hartletters’ gebruiken als stotteraar in het onderwijs, ‘waar intelligentie staat voor hoe goed je past in een systeem’. En in een meezinger waarin ‘alles goed’ gaat, geeft hij een mooie reflectie van het imposter syndrome, waarmee hij laat zien dat succes ook aan je kan knagen.
Mooi en gepolijst als de voorstelling is, had er meer gespeeld kunnen worden met contrasten in audiovisuele ondersteuning. Zeker tegen het eind krijgt de zichzelf al serieus nemende performer even zo serieuze ondersteuning. Gevoelige tekst krijgt gevoelige muziek en dromerige video. Dit beperkt de ruimte voor eigen gevoelens en gedachten, wat echte kwetsbaarheid in de weg staat.
Dat dit stoort komt ook, omdat er soms wel degelijk voor is gekozen om met humor te werken. De praatjes tussendoor doet Otte niet steeds als zichzelf. Meestal speelt hij typetjes. Die komen een beetje uit de lucht vallen en zijn vrij ironisch ingestoken. Hoewel hij dat heel verdienstelijk doet, vormen deze onaangekondigde vreemdelingen een verwarrende stijlbreuk ten opzichte van de bedachtzame, serieuze man die in de ritmische woordkunst als zichzelf op het podium staat.
Beter gelukt zijn de kleine details die hij deelt over zijn ouders, die alles oplossen met tie wraps en sudocrem. Zijn moeder die zich altijd zorgen maakt en waarvan hij zich niet kan herinneren dat ze ooit gewoon zegt: ‘Veel plezier!’ Of een prettig overdreven roast van zijn wifi-abonnement. Dan zie je naast een knappe woordkunstenaar, ook een humorvolle storyteller in Otte.
Foto: Amanda Harput