In Afrika kun je, als je genoeg geld neertelt, op groot wild jagen. Die dieren worden dan eerst voor je in een afgesloten stuk land gelokt, zodat je ze alleen nog maar in het vizier hoeft te krijgen en de trekker overhalen. Dat lijkt me toch een beetje een anti-vorm van jagen. Want een echte jager wil toch een prooi die rent? (meer…)
Traag stijgt de geest van koning Darius uit boven de bronskleurige wand. Een donkere gestalte in een aura van gouden lichtstralen, omgeven door mystieke rookwolken. Hij is tijdelijk teruggekeerd uit de Hades, daartoe opgeroepen door zijn vrouw, de deerniswekkende koningin van de zojuist door de Grieken verpletterde Perzen.
Tot zover de zuivere esthetische, verheven sfeer in De Perzen van Dood Paard, gecreëerd door ontwerper Julian Maiwald. Want is die Darius niet een hoestende Kuno Bakker met een kruk op zijn hoofd en de koningin een geëxalteerd lonkende Manja Topper?
Hoe beeldrijk en hooggestemd de oudst bewaard gebleven tragedie van Aeschylus ook mag zijn, in handen van de spelers van Dood Paard – naast bovengenoemde ook Gillis Biesheuvel – klinkt de integraal gespeelde en door Rob de Graaf bewerkte tekst lichtvoetig en hedendaags. Een zee van krukjes in alle soorten en maten beperkt de acteurs in hun bewegingen en maakt de mise-en-scène even statisch als de handeling. Komisch werkt dat bijvoorbeeld wanneer Topper als koningin probeert een waardige entree te maken op een electrisch wagentje. Eén voor één worden ze omgekeerd, begeleid door de tekst, een metafoor voor de gevallen Perzen.
Gehuld in isolatiedekens transformeren de spelers luidruchtig ritselend van koorlid tot koning, de goudgeschminkte gezichten contrasterend met hun pyama’s en pantoffels. Klungelend als komedianten wordt contact gezocht met de Hades door een gat in de toneelvloer. En waar de tragedie ten tijde van Aeschylus onderdeel was van ‘de godsdienst der polis’, daar plengen ze nu hun offers met Coca-Cola.
De antieke dichter als drager van een morele boodschap waarschuwde met De Perzen voor Hybris en Ate. Dood Paard toont met een performatieve sessie schakelend tussen ernst, komische timing en ironie een zoekende, naieve, verkwistende en lachwekkende mens. Soms meelijwekkend, soms ridicuul. Maar met één uniek wapen in de eeuwig voortwoekerende strijd: zijn scheppend vermogen en creativiteit.
[De sterren zijn toegekend door de redactie van theaterkrant.nl]
Daphne Richter noemt in haar bovenstaande bespreking al het voortdurend schakelen ‘tussen ernst, komische timing en ironie [door] een zoekende, naieve, verkwistende en lachwekkende mens.’ Het stuk De Perzen heeft inderdaad de millenia overleefd omdat het zoveel tegelijk is.
De Grieken hebben drie (!) oorlogen met het machtige Perzië overleefd en Aischylos gebruikt al zijn fantasie, inlevingsvermogen en speculateerkunst om een voorstelling te maken over hoe de uitslag van de laatste nederlaag bij de Perzen ter paleize wordt ontvangen. Het stuk is natrappen, een kijkje achter de schermen, een soap over the high & mighty, een antioorlogsstuk, een verlekkerd kijken naar decorumverlies en nog veel meer. Daarnaast is er ook empathie met de vijand (wauw!), een diepmenselijke empathie die na al die eeuwen nog steeds een publiek vindt.
Rob de Graaf heeft het stuk even meesterlijk bewerkt door aan al die interpretaties lippendienst te bewijzen. En Dood Paard kan ze niet alleen allemaal naast elkaar spelen maar ook tegelijk. De oogopslag en stembuigingen van Manja Topper (moeder, koningin, echtgenote, verliezer, achterblijver en praktische hofdame) glijden in elkaar over. Ik heb al haar vaker in voorstellingen hysterisch horen schreeuwen, maar zoals ze hier als een gekwetste vrouw gilt door al die slecht-nieuwsverhalen heen die ze fysiek niet langer aan kan horen, veel meer heb ik niet nodig om telkens maar weer naar het theater te tijgen.
De vormgeving van het stuk blijft moeilijk. Het is statisch, omdat het echte theaterspel nog maar net van de koorzang aan het loszingen is. Het moet barbaars zijn inclusief onbegrijpelijke rituelen (een doop in Coca-Cola). En die oude Perzenkoning Darius moet er met de haren uit het dodenrijk bijgesleept worden, want hij was nu eenmaal de koning met wie de Grieken het allermeest hebben moeten uitstaan, meer nog dan met zijn zoon Xerxes.
Maar bedenk dan nog eens dat Aischylos op Salamis tegen de Perzen heeft meegevochten: het stuk geeft een ooggetuigenverslag van gebeurtenissen die even actueel als historisch waren. Als Eric de Vroedt, Orkater of anderen die huidige hete hangijzers aanpakken even goed zijn als Aischylos, kan het Nederlandse theater misschien ook nog wel millenia mee.
Dank voor de aanvulling Pieter. Deze voorstelling verdient goede, inhoudelijke reflectie. Ik heb 300 woorden, op deze manier komen we er wel. ;-)