Velen van ons staan er nooit bij stil, maar hun achternaam is een van de vele zaken die de nazaten van tot slaaf gemaakten dagelijks kan herinneren aan hun geschiedenis, net zoals hun haar, hun ogen, hun kleur. Hun geschiedenis en de geschiedenis van alle andere Nederlanders. Een gedeelde geschiedenis die vaak pijnlijk verschillend wordt beleefd door witte en zwarte mensen. (meer…)
Magere Hein kan op de meest onverwachte momenten toeslaan. Of zoals Marlies Ruigrok het in haar voorstelling De Kleur Oranje zegt: het noodlot is altijd naar ons op zoek. Maar wij proberen hem een loer te draaien, te slim af te zijn. Altijd zal de mens proberen uit de klauwen van de dood te blijven. Door gezond te blijven, bijvoorbeeld. Door te fietsen en te wandelen.
Het personage dat Ruigrok speelt in haar derde muziektheatervoorstelling (na Azul en Zócalo) kiest voor het laatste. Ze gaat wandelen. Wat heet: ze onderneemt een ware pelgrimage. Niet alleen om de dood op een afstand te houden, maar vooral ook om hem een plek te geven. In haar omgeving is er sprake geweest van de dood van iets of iemand, dat blijft in het midden, en ze slaagde er niet in ‘om dat binnen haar eigen decorum een plek te geven’.
In hoeverre dat gegeven autobiografisch is, weet ik niet en doet eigenlijk niet ter zake. Ruigrok neemt ons aan de hand van korte anekdotes en een keur aan liedjes mee op haar lange wandeling en gunt ons een kijkje in haar liefdesleven, in haar gedachtes over rituelen omtrent de dood en over de fascinerende ontmoetingen die ze onderweg heeft.
In regie van Ruut Weissman en begeleid door een uitstekend combo, bestaande uit een gitarist (Aron Raams), een blazer (Peter Keijsers) en een toetsenist (Boudewijn Ruigrok), houdt ze onze aandacht met haar krachtige zangstem en overtuigend acteren moeiteloos vast, ook als ze liederen in het Spaans zingt. Voor degene die die taal niet machtig is, gaat de inhoud wellicht verloren maar nooit de intentie. Ruigrok kan heerlijk uithalen maar ook heel zacht en intiem voor de dag komen.
Ze speelt de voorstelling in een kerkje. Daar voelt ze zich thuis, zegt ze. Niet dat ze gelovig is maar ze houdt van de sfeer, de geur, de mystiek. Het zijn ook precies die elementen die een plaatsje hebben gekregen in De Kleur Oranje. Ze ontsteekt wierook – niet een van de talloze Xenos-varianten maar de ‘echte’, zoals die in de katholieke kerk van mijn jeugd gebruikt werd. Ze steekt kaarsjes aan en strooit zaagsel over de vloer als om het aardse te benadrukken.
Ondertussen trakteert ze ons op heerlijke verhaaltjes. Zoals die over de afspraak die ze had met haar vriend om nooit vreemd te gaan. Met één uitzondering: hij mocht met de Spaanse zangeres Rosalía naar bed en zij met de Franse acteur Omar Sy. Als die gelegenheden zich ooit voor zouden doen. Nooit dus. Totdat ze onderweg in een herberg een dubbelganger van Sy ontmoet…
Als ze eenmaal haar einddoel bereikt heeft, laat Ruigrok de steen achter die ze de hele reis in haar rugzak met zich heeft meegedragen. Een krachtig symbool voor het achterlaten van de last die ze meezeulde toen ze aan haar tocht begon. De hemel boven de zee kleurt oranje van de ondergaande zon. Ook een soort afscheid. Maar met de zekerheid dat diezelfde zon de volgende dag weer opkomt.
Foto: Moon Saris