Deze elfde jaargang van Danslokaal behelst (onopzettelijk) drie choreografieën voor achtereenvolgens duo-trio-kwartet. Zoals gebruikelijk, stelt Conny Janssen zelf in een korte inleidende video de choreografen voor die ze voor deze editie heeft uitgenodigd en motiveert haar nog steeds welkome initiatief. (meer…)
Ze hebben mogen repeteren in de studio van de Rotterdamse choreografe Conny Janssen, drie jonge dansmakers. Het resultaat presenteren ze daar ook. Ze zijn allemaal al langer als danser in Nederland werkzaam en oorspronkelijk afkomstig uit Italië en Frankrijk. Volgens choreografe Conny Janssen, die dit haar eerste jaarlijkse talentontwikkelingsproject noemt en de avond als titel Danslokaal 1 meegeeft, moesten de acht dansers van haar eigen gezelschap met twee van deze drie makers werken aan een stuk van twintig minuten.
De eerste choreografie is van Dario Tortorelli. Hier krijg je een zonnebril bij. Het felle toneellicht waarmee de voorstelling opent, en dat als een zon in de ogen van het publiek schijnt, kun je anders niet verdragen. Tortorelli kreeg van Janssen een opdracht mee, namelijk: maak in plaats van een solostuk nu eens een choreografie voor zeven dansers. Zijn aandeel bestaat uit rustige bewegingen die zijn ingebed in theatrale effecten zoals die zonnebrillen dus, en een zwarte doek met dansers eronder die omhoogkomen en weer bukken waardoor het toneelbeeld verandert. Het blijft vooral performance. Tortorelli omschrijft zijn After nearly land(e)scaping zelf als een theatrale installatie.
Vervolgens zien we landgenoot Francesco Curci met Leap of faith, het meest rijke ballet van de avond omdat theater en dans hierin mooi zijn uitgebalanceerd. De Israëlische Adi Amit (30) is een prachtige danseres die al in het eerste stuk opviel omdat zij de geringe beweging van intensiteit wist te voorzien. In dit deel voor drie dansers kan zij haar fysieke mogelijkheden voluit tonen. Samen met twee andere dansers verbeeldt zij de onzekerheid van de mens; dat we soms niet durven om een stap te zetten, alleen of samen met iemand anders. Dit werk is dus veel fysieker en vol duetten.
In de laatste choreografie, Dance van Loïc Perela, wordt ook hevig getranspireerd. Vijf dansers zijn druk bezig om hun lichaam te bewegen. Vanuit hun torso geven ze het schokkende impulsen waardoor de schouders naar achter schieten. Dit gaat aan één stuk door op een stevige beat. De dansers dansen ook tegen elkaar aan op dezelfde manier en vormen een kring. Ze vallen, staan weer op, en dan begint het hele ritueel opnieuw. Daar heeft het namelijk veel van weg, van zo’n Afrikaanse rituele dans. De avond kent een mooie opbouw, al zal deze nieuwe generatie zichzelf nog flink verder moeten ontwikkelen. Francesco Curci is zo te zien al aardig op weg.
Foto: Martijn Kappers