Dança Doente is een voorstelling waarin choreograaf Marcelo Evelin het begrip sterfelijkheid onderzoekt aan de hand van een studie butoh, die hij mengt met zijn eigen Braziliaanse rituelen. Het resultaat is een duistere en tamelijk ondoorgrondelijke voorstelling, die boven alles een ode is aan de Japanse butoh-legende Hijikata Tatsumi.

Een dode weer tot leven brengen, misschien is dat wat Evelin heeft geprobeerd met Dança Doente, een voorstelling die afgelopen weekend in première ging bij Kunstenfestivaldesarts en volgende week te zien is op het Springfestival in Utrecht. Hijikata Tatsumi is een butoh-legende die pas na zijn dood in 1986 bekendheid verwierf toen men inzicht kreeg in zijn rijke artistieke nalatenschap. Hij creëerde zelfs een notatiesysteem. Evelin legde de geschiedenis van Hijikata naast zijn eigen leven en zag overeenkomsten.

Nadat de muziek zijn overweldigende openingsstatement heeft gemaakt en we de stem van een man horen, komen tien dansers vanonder het achterdoek tevoorschijn om zich vervolgens als een groot mechanisme te bewegen. Dikwijls verschuilt de groep zich achter een groot object dat middenin het toneelbeeld hangt. Het reliëf van de donkere schildering weet op fascinerende wijze steeds ander licht te vangen. We zien delen van lichamen bewegen, vooral benen, dikwijls in een onophoudelijke, zich herhalende beweging.

Licht en geluid worden aangestuurd via twee lage eilanden, op een van de plateaus prijkt een opgezette kip. In het oog springen twee witte lopers, die in het eerste deel van de voorstelling in de donkere ruimte worden uitgerold en gaandeweg de voorstelling het podium vormen van verschillende solo’s. Het ensemble blinkt uit als het gaat om de representatie van het egoloze lichaam. Sommige dansers krijgen een beetje kleur, als ze op de voorgrond bewegen. Zwarte kleding wordt ingeruild voor Japanse gewaden en een van de performers hult zich in een Afrikaans ritueel tenue.

Dança Doente betekent zoveel als het zieke lichaam. In die titel schuilt de zoektocht van Evelin, die de aftakeling van zijn eigen lichaam als uitgangspunt neemt. Goed te volgen is de keuze voor butoh. De spirituele en expressionistische kunstvorm, waarvan Hijikata samen met Kazuo Ohno de grondlegger is, onderzoekt bij uitstek begrippen als verval.

Behalve de aftakeling van zijn eigen lichaam, wil Evelin ook de aftakeling van de aarde ter discussie stellen. Maar de taal die hij onderzoekt is nog niet helemaal in de lijven doorgedrongen om die gelaagde boodschap met overtuiging en mystiek te brengen. Vooral de soundscape is leidend en zorgt ervoor dat een groot deel van de ingedommelde toeschouwers in het tweede deel van Dança Doente toch weer wakker wordt.

Het laatste deel van de voorstelling komt Evelin tot de essentie en verwerkt hij een indrukwekkend dierlijk ritueel duet tussen een oudere man – hijzelf – en een jongere naakte man. Het wordt symbolisch aangekondigd met het geluid van een kraai. Evelin volgt Hijikata, soms zelfs heel precies zoals in de keuze voor bepaalde geluiden. Je zou willen dat hij zichzelf sterker op de voorgrond had gezet in het onderzoek naar deze grote meester. Het had Dança Doente transparanter gemaakt. Nu verdronk de voorstelling in al te veel bedoelingen.

Foto: Maurício Pokemon