Met De lankmoedigen bij Toneelgroep Oostpool levert Joeri Vos zijn eerste meesterwerk af *****
Mark en Kat wonen al zeven jaar samen. Niks aan de hand, Kat heeft culturele antropologie gestudeerd en is nu ‘chef beleg’ in een lunchroom. Mark heeft zojuist de overstap gemaakt van radio naar tv, op de redactie wel te verstaan. Hun leven is zo routineus, zo gewoon, zo opgeruimd en zo leeg als de IKEA-meubelen en de nieuwe kleren die ze dragen, waaraan de prijskaartjes nog bevestigd zijn. Hun conversaties verschijnen live online en eigenlijk willen ze allebei best wat meer van het leven. Net zoals iedereen. Maar de afvoer kán verstopt raken. En als je dan – zoals Mark – net in een mediterraans eetcafé betoverd wordt door oogcontact met een mooi meisje mét een wijnvlek op haar voorhoofd, tja, dan kan de verwarring wel eens toeslaan.
In Cookies, de nieuwe trailervoorstelling voor jongeren vanaf vijftien jaar van Toneelgroep Oostpool en Theater Sonnevanck worden snelle internetweetjes (‘we maken wel vijfhonderdduizend keuzes, negentig procent daarvan is onbewust’), reclamefragmenten (Oreokoekjes worden in de melk gedoopt) en typische puberfilosofieën (‘als er niemand aan je denkt, besta je dan nog?’) verknoopt tot humoristisch absurdisme (een koelkast die even plots leeg is als gevuld met pakken Appelsientje of Coca-Cola) met griezelelementen (tot bloedens toe zoenen). Want wat nou als cookies niet alleen op je computer achterblijven opdat anderen jouw surfgedrag kunnen volgen, maar ook echt je hoofd of zelfs je leven in kunnen wandelen als volkomen vreemden waaraan je ogen misschien net iets langer zijn blijven kleven dan de bedoeling was? Stiekem begluurd worden is creepy, of het nu door je bloedeigen vriend of een anoniem bedrijf gebeurt.
Rik van den Bos schreef een vlotte tekst, voorzien van een geraffineerd geconstrueerd plot met persoonsverwisselingen. Joeri Vos regisseerde het geheel al even vlot, sprankelend en humoristisch. Hij laat spelers Ilke Paddenburg, Hanne Struyf en Lowie van Oers in hoog tempo, met een wat monotone stem spreken. Pas als Marks fantasie werkelijkheid wordt en het meisje met de wijnvlek (Struyf) ineens in de kamer staat, komt er wat meer naturel in het spel. De verwarring over wat nu echt is en wat niet, wordt daarmee versterkt. Het drietal is sowieso lekker op elkaar ingespeeld en vooral Paddenburg (Kat) weet met de groteske grimassen waarmee ze haar groeiende verbazing over Marks steeds merkwaardiger wordende gedrag toont, de lachers op haar hand te krijgen.
Toch zwabbert de inhoud van de voorstelling een beetje. Van Oers weet als Mark niet goed genoeg de focus naar zich toe te trekken. Hoewel een hedendaagse identiteitsverwarring ontwikkelingen beslaat voor je ze hebt kunnen bedenken – de liefde, als ambitie, als YouTube-voorbeelden zo ze al zijn gebeurd – is het wat veel om ze allemaal op een zinnige manier in één voorstelling te stoppen. De anekdote van persoonsveranderingen wordt keurig afgerond, maar de thematiek van de gefragmenteerde zoektocht naar wie je wilt zijn strandt in de fluttige acceptatie dat het ‘genoeg is om jezelf te zijn’.