Laat me dit vooropstellen: Alida Dors is een van de interessantste, meest vernieuwende hiphopchoreografen in Nederland. Waar hiphop in het theater vaak toch snel te vertellend wordt, en/of te moraliserend, zoekt Dors juist naar de abstractie. Vaak met prachtig – en krachtig – resultaat. Na residenties bij het MC Theater en Korzo en (ontwikkelings)beurzen bij […]
Choreografe Alida Dors won vorig jaar de Prijs van de Nederlandse Dansdagen in Maastricht. Tijdens het festival sluit ze Coffee and cigarettes af, een drieluik over het complexe leven van de hedendaagse vrouw. In de decorfabriek Bam cirkelen drie danseressen om het publiek heen, de sterke muziekcompositie is van Diego Soifer en wordt overtuigend uitgevoerd door celliste Mischa van Nieuwkerk.
Nieuwsgierig maar ook onwennig zoeken de toeschouwer een plekje op de piramide. De publiekstribune van Coffee and cigarettes is opgedeeld in drie vlakken en staat midden in de fabriekshal. Boven op die driehoek heeft celliste Van Nieuwkerk een waar podium voor zichzelf, maar haar werkelijk zien vraagt om een lenige nek. De hal is opgedeeld in drie ruimtes, in elk vlak staan enkele televisies in een bundeltje op de grond. Het tweede deel van Coffee and cigarettes toonde Dors tijdens het festival Cadans eerder dit jaar, het eerste deel was een project met de studenten van Codarts. Voor dit derde en laatste deel heeft Alida Dors een spannend ruimtelijk uitgangspunt gekozen en heeft ze zich gewaagd aan een minder voor de hand liggende muziekstijl, gezien haar hiphopachtergrond.
Vanuit elke hoek verschijnt een danseres. Een korte zwarte broek, zwarte bretels en zwarte kniebeschermers; het kostuum van Donna Chittich heeft iets stoers maar is zeker geen doorsnee hiphop-outfit. Coffee and cigarettes is een trilogie over de hedendaagse vrouw en haar drukke en complexe leven. Dors bedient zich van verschillende danstalen, er zijn traditionele Afrikaanse invloeden, hier en daar is een vleugje danstheater te bespeuren en herkennen we de bewegingstaal van Pina Bausch, andere delen zijn emotioneler beladen en refereren eerder aan de Ausdrucktanz. Dors gebruikt handgebaren, zwembewegingen en laat de danseressen met hun hoofden schudden. Een onschuldig sprongetje benadrukt de lichtheid van het bestaan en er wordt gestampt met de voeten als een opzwepend ritme zich aandient. Ze werkt ook met stemgeluid; ‘psssst,’ sissen de danseressen als ze het publiek dichter naderen. En de celliste doet mee, ze stampt of roept energiek ‘go’ om de danseressen op te zwepen als een snelle muzieksequentie zich aandient.
Op de televisies verschijnt zo nu en dan een vaag beeld van bewegende lichaamsdelen, maar veel voegt deze visuele ingreep niet toe. Hiphopbeweging is er ook, maar sporadisch. Vooral in het tweede deel herkennen we de dansachtergrond van Dors, als de dansers lager bij de vloer bewegen. Echt vervloeien doen de verschillende stijlen echter niet, waardoor het bewegingsmateriaal van Coffee and cigarettes vaak blijft steken in pathetiek. Ten overvloede zien we de vrouwen worstelen met daar bovenop ook nog eens veel expressie in de gezichten. Veel boeiender is de choreografie als de danseressen van het ene naar het andere vlak bewegen of met grote snelheid – afzonderlijk of gedrieën – cirkels draaien om het publiek. We zien dan in wat voor duizelende carrousel de dames zich werkelijk bevinden. Door de grote afstanden die moeten worden afgelegd, raken ze ook nog eens letterlijk uitgeput. Op die spaarzame momenten spreekt Coffee and cigarettes tot de verbeelding.
Foto: Monique van de Wijdeven