Het is de vrouwen tegen de mannen in Zarah Bracht’s I’d rather die. En dan vooral de gedragingen van vrouwen ten opzichte van het idee van mannen: stilzwijgende, patriarchale zich-niets-van-vrouwen-aantrekkende-en-hoog-boven-hen-uittorende-mannen. De rake performance toont de subtiele pijn van het vrouw-zijn en biedt humor, heling en troost. (meer…)
In haar nieuwe voorstelling Coerced & Freely Given bieden Merel Severs en haar medeperformers een gelaagd beeld van de rol van het lichaam in tijden van politieke wanhoop.
Tussen zes bokszakken bewegen drie performers heen en weer. Steeds een minuut lang putten ze zich uit in gevechtstraining, om vervolgens een halve minuut uit te rusten. Het openingsbeeld roept associaties op met Try not to know what you know, de vorige voorstelling van theatermaker Merel Severs, waarin ook de performance van martial arts centraal stond. In haar nieuwe voorstelling wordt die nadruk op strijdbaarheid echter op boeiende wijze gecompliceerd.
Naast Severs en Milou van Duijnhoven staat dit keer Princess Isatu Hassan Bangura op het podium. Het drietal straalt vanaf het begin van de performance een sterk gevoel van zusterschap uit, dat zowel ruimte biedt voor individuele initiatieven als collectieve actie, en dat doordrenkt is van een gevoel van onderlinge solidariteit. In een vroege scène draagt Severs een poëtische tekst voor, terwijl ze hard en herhaaldelijk door Bangura in haar buik wordt gestompt, alvorens de rollen om te draaien. Het voelt niet als onderling geweld maar als elkaar trainen om onder agressieve omstandigheden toch het vrije woord te kunnen blijven spreken.
Het nut van jezelf harden wordt echter ook subtiel bevraagd. Gaat er ook iets verloren als je jezelf tot ‘vechter’ transformeert? De relatie die de performers aangaan met de bokszakken is daarin exemplarisch: dan weer botvieren de spelers hun woede op de hangende zakken, dan weer benaderen ze die met tederheid en intimiteit. Dezelfde meerlagigheid zit in zowel de choreografie als de teksten, die ook doorlopend schakelen tussen zachtheid en hardheid, woedend verzet en kwetsbaarheid, het slopen van de bestaande orde en het zorgvuldig verbeelden van een nieuwe wereld. De vechtscènes uit het begin maken langzaam plaats voor exploraties van wederzijdse steun, en uiteindelijk een zoektocht naar een nieuwe gezamenlijke taal.
Vanaf het begin wordt het publiek onderdeel gemaakt van die zoektocht. In het begin, als het tribunelicht nog aan is, worden er t-shirts uitgedeeld op basis van welke slogan je het meeste aanspreekt – ondergetekende ging voor ‘Conflict = Joy’, andere mogelijkheden waren bij voorbeeld ‘Make savage the body’ en ‘The prospect of the touch, the memory of the feeling’. Ook het gevoel dat delen van de voorstelling uit live improvisatie tussen de spelers bestaan, vergroot het gevoel van een collectieve verbintenis en verantwoordelijkheid.
De manier waarop er in Coerced & Freely Given over het lichaam wordt nagedacht sluit bovendien perfect aan bij het huidige tijdsgewricht. In de afgelopen weken zijn radicale politieke demonstraties op universiteiten terug van weggeweest – de ultieme manier om je lichaam in te zetten om tegen onrecht te strijden (in sommige van de teksten wordt ook letterlijk naar ‘genocides’ verwezen). Daarbovenop kwam op de premièredag de definitieve bevestiging dat we in Nederland een extreem-rechts kabinet gaan krijgen, waardoor het gevoel van duisternis nog wat zwaarder in de zaal aanwezig was. Steeds opnieuw werpen de makers de vraag op: wat is de rol van het lichaam in tijden van politieke wanhoop, en vice versa: welk effect heeft politieke wanhoop op het lichaam? Door verschillende stadia van verzet, woede, depressie, onderlinge troost en het verzinnen van alternatieven te doorlopen, bieden Severs en haar medemakers het publiek een plek om gezamenlijk te rouwen én nieuwe strijdlust op te doen.
Foto: Mo Alzoabi