Het is 1921: in de dorpen van Landelijk Noord aan de overzijde van het IJ volgt rampspoed op rampspoed. Er waren overstromingen, de grond werd zilt, de Spaans griep brak uit, er heerste armoede. Er was maar één redding: annexatie door het rijke Amsterdam, dat zich uit wilde breiden. Een eeuw later wil boer Ron op zijn weiland in Ransdorp een theaterspektakel organiseren om het heugelijke feit te vieren dat het platteland van Noord onderdeel werd van de grote stad. Het is 2021. (meer…)
In de regen, onder een druipende linde op het Lange Voorhout kijkt een groep blauwe geesten met koptelefoons op vanaf hun klapstoeltjes schuin naar boven. Daar, achter de ramen van Studio Pulchri, ontmoeten twee zussen op leeftijd elkaar, met hun gebreken en herinneringen. ‘Wat een weer’, zegt de een, uitkijkend over het perkje blauwe regenponcho’s. ‘Goed dat je geen buitenactiviteit georganiseerd hebt.’ Claudine en Claudette is de acteursvriendelijke variant van de locatievoorstelling.
Claudette van Boetzelaar (Saskia Mees) krijgt een telefoontje van Huize Zeezicht, waar haar zus Claudine (Isabella Chapel) wordt verzorgd. Op autoritaire toon laat ze weten dat ze daar verantwoordelijk zijn voor haar zus en dat ze maar beter moeten oppassen. Zij betaalt, dus zij bepaalt. Intussen staat Claudine met haar koffer en een nieuwe heup al voor de deur. Chapel maakt een mooi bewegingsnummertje van haar oudedamesmotoriek. Ze wil komen logeren, maar Claudette voelt daar heel weinig voor. Claudine vermoedde dat al, en heeft als lokkertje een cadeau uit de erfenis van ma meegenomen; ze weet dat haar zus daar gevoelig voor is.
Achter de hoge ramen wordt de strijd in deftig Haags uitgevochten. Uiteraard komt hun gemeenschappelijke verleden ter sprake. Keurige hofstedelijke dames zijn natuurlijk opgegroeid in Indië. Pa wist wel weg met de Indo’s, zegt Claudette. En met de aap die Claudine uit haar hangmat ratste toen ze nog een baby was. Geweldige man. Hoewel, dat met die baboe was weer niet zo netjes.
De dialogen van Saskia Rinsma zijn vaak spits en grappig, zeker in het begin. De dames kunnen lekker vals uit de hoek komen en reageren op wat er op straat gebeurt. Dat komt spontaan over, is vaak grappig, maar haalt soms ook de gang een beetje uit de voorstelling. Als Claudine uiteindelijk begrijpt wat haar zus met haar voorheeft, stikt ze bijna van verontwaardiging, maar dat wordt niet erg uitgewerkt. De voorstelling eindigt ondanks alles in een harmonisch zussendansje.
Mees en Chapel beheersen het welopgevoede Haags tot in de puntjes. Ze speelden bij Toneelgroep De Appel, tot een subsidiestop dat Haagse instituut om zeep hielp. Eindregisseur Aus Greidanus verhoogt het Appelgehalte nog eens. Nu zwermen de acteurs uit. Ze gaan nieuwe verbanden aan in andere gezelschappen en eigen projecten. De ‘bitterzoete zomerzotheid’ (leve de diversiteit van ons land: zo’n karakterisering kun je je in Amsterdam of Rotterdam toch niet voorstellen) Claudine en Claudette is daar een mooi voorbeeld van. Leuk en heel Haags.
Foto: Leo van Velzen
Wat een geweldig leuke recensie. Wij hebben kaarten voor zaterdag en verheugen ons zeer op de voorstelling. Wij kenden Claudine en Claudette al van een tweetal eerdere voorstellingen. Ook toen genoten we van het spel van de dames.