Wat programmasamensteller Stefan Pop betreft, gaat de laatste week van het Comedytrain International Summer Festival om het verbreden van je comedyblik, iets zien dat het YouTube-algoritme je niet snel zal geven. Dat slaat ongetwijfeld op dichter Derrick Brown, die poëzie en comedy combineert, met betoverend effect. Hij treedt deze week op in Toomler met twee andere Amerikaanse comedians. Op woensdag en donderdag is dat Nick Thune, vrijdag en zaterdag Akaash Singh. (meer…)
In de tweede week van het Comedytrain International Summer Festival staan Sean McLoughlin en Paul Foot in Toomler. Stefan Pop, die het programma samenstelt, zet wederom twee contrasterende stand-up stijlen tegenover elkaar. De scherpzinnige, goed te volgen comedy van McLoughlin om mee te beginnen, met daar tegenover de verstoorde, onbehaaglijke humor van Foot.
Bij McLoughlin is het genieten om zijn enorm uitvergrote gevoelens van minderwaardigheid en teleurstelling. Met veel zelfspot weet hij zijn leven tot dusver eruit te laten zien als een volslagen mislukking. Hij is de dertig gepasseerd, vertelt hij, en hij heeft geen geld, geen faam en niets gedaan met zijn potentie.
Hij werkt in deze zij-lijntjes toe naar beeldende uitsmijters om zijn beklagenswaardigheid kracht bij te zetten. Zoals ‘I’d be ashamed to have my Sims live the way I live!’, een verwijzing naar de bestverkochte computerspelreeks ooit, waarin de speler een soort virtueel poppenhuis bestuurt.
In de hoofdlijn staat zijn scherpzinnige kijk op moderne technologie centraal. Hij merkt op dat ‘forward thinking’, waarmee hij doelt op technologische ontwikkelingen, vaak gepaard gaat met ‘looking backward’. Zo vertelt hij hoe hij in een trein onder de oceaan via wifi een filmpje heeft zitten kijken op zijn smartphone – behoorlijke wonderen van technologie – van iemand die beweert dat de aarde plat is. Met veel overtuiging bouwt hij toe naar een sterk einde, waarin hij datamagnaten Google en Facebook weet neer te zetten als nieuwe goden van de moderne tijd.
Het contrast met de incoherente humor van Paul Foot is enorm. Foot maakt een clowneske indruk, met zijn onalledaagse kapsel, geruite broek en aparte loopje. Zijn brede, tevreden glimlach is genoeg om Toomler aan het gniffelen te krijgen. Raakt hij enthousiast om iets te vertellen, dan buigt hij helemaal krom, en maakt een korte rondedans over het podium.
Uit zijn tas haalt hij zijn ‘disturbances’, papiertjes met een kleurig versierde achterkant en op de voorkant een middernachtelijk geschreven hersenspinsel. Hij leest ze voor, met veel opzettelijke pauzes, waardoor de betekenis van zijn zinnetjes steeds een beetje verandert, voordat er ooit echt een betekenis ontstaat. Heb je een draad te pakken, dan verandert Foot snel van onderwerp met de mededeling ‘sorry, to change the subject, but I’m talking about something else now.’
Hij stelt het voornamelijk Nederlandse publiek gerust met de mededeling dat mensen die Engels als moedertaal hebben zijn materiaal ook moeilijk te volgen vinden. Hij kondigt later aan dat het alleen maar verwarrender gaat worden. Foot onderwijst op die manier gedurende zijn optreden de bezoekers van Toomler in zijn eigenzinnige gevoel voor humor. Het wordt een een-tweetje met het publiek, en zijn programma een oefening in onlogica; bij Paul Foot raak je uiteindelijk verzeild in de tea-party van de Mad Hatter.