De kersverse chef-dirigent van De Nationale Opera Lorenzo Viotti ontlokt tijdens de première van Alexander Zemlinsky’s Der Zwerg een weelderige en buitengewoon transparante klank aan het Nederlands Philharmonisch Orkest. Dat orkest speelt niet zoals gebruikelijk in de orkestbak, maar is geplaatst op het achtertoneel. (meer…)
Een Nederlandse première van een grote opera van Moesorgski (1893-1881): alleen dat feit al maakt Chovansjtsjina bij de De Nationale Opera tot een gebeurtenis van formaat. Een gloedvolle productie waarmee het operahuis wederom zijn artistieke kracht en eigen identiteit laat zien.
Met zijn opera’s had Moesorgski geen gelukkige hand. Zijn bekendste opera (Boris Godoenov) werd tweemaal door hemzelf herzien en later door Rimksi-Korsakov en Dmitri Sjostakovitsj ‘gereorganiseerd’. De Chovansjtsjina is zelfs nooit voltooid. De componist was, na inname van rivieren wodka, al te ver heen. De partituur, waarvan de pagina’s met plakband bijeen werden gehouden, bleef na zijn dood achter. Er ontbrak zelfs een behoorlijke finale. Als het werk vandaag de dag al wordt uitgevoerd is dat in een bewerking van Rimksi-Korsakov of Sjostakovitsj. Voor de Nederlandse première koos dirigent Ingo Metzmacher voor de versie van Sjostakovitsj die in 1960 haar wereldpremière beleefde. Een versie die het dichtst bij het origineel van Moesorgski blijft.
Je moet wel behoorlijk zijn ingevoerd in de Russische geschiedenis wil je alle verwikkelingen op het podium kunnen volgen, want de componist baseerde de opera op verschillende historische gebeurtenissen. Centraal staat echter de affaire Chovanski: de opstand van de Streletsen (musketiers) tegen Tsaar Peter de Grote, onder aanvoering van vorst Chovanski. Het is echter ook het verhaal van Alexis I die zijn steun verleende aan de hervormingen van de Russisch-orthodoxe Kerk, wat weer leidde tot een conflict tussen zogenaamde Oud- en Nieuwgelovigen. Een crisis waaruit uiteindelijk Peter de Grote zou opstaan, nadat hij had afgerekend met zijn rivaliserende familie. Kortom, het is een bijna onontwarbare mengelmoes van (meer en minder) historische verhaallijnen, conflicterende standpunten en ambities.
Ga er maar aan staan als regisseur! Christof Loy, hij zorgde bij DNO eerder voor een fascinerende Arabella van Strauss, koos voor een verrassende en slimme aanpak. Hij baseerde zich op het schilderij The Morning of the Streltsy’s Execution van Vasili Soerikov. Dat schilderij vormt aan het begin van de opera het toneelbeeld en wordt later ook als tableau vivant op het toneel getoond. De figuren uit het schilderij komen tot leven, wat Loy – dankzij een ijzersterke personenregie – de mogelijkheid geeft te focussen op de individuele zielenroerselen van de personages en getormenteerde Russische ziel. Het is een postmodern allegaartje van historische en eigentijdse kostuums waarmee Loy het historische verhaal naar het heden toetrekt. Voor hem is Chovansjtsjina dan ook niet zomaar een historisch drama, maar een verhaal over macht en machtsmisbruik, over de opkomst en ondergang van dictaturen. Kortom, een verhaal van alle tijden en alle volken.
Een minutenlange staande ovatie en luid gejuich viel de cast na afloop ten deel. Er stond dan ook een goede, redelijk evenwichtige cast op het podium. Een cast met veel Russische zangers waarbij vooral sopraan Anita Rachvelishvili als Marfa (zij maakte met deze rol een droomdebuut bij DNO) zich ontpopte als de prima donna van deze productie. Zij heeft niet de mooiste stem van de wereld, maar wel een van de meest expressieve. Haar prachtige, donkere timbre met een scherp randje past ook perfect bij de vrij ruwe muziek van Moesorgski.
Muziek die op grandioze wijze werd uitgevoerd door het koor van De Nationale Opera en het Nederlands Philharmonisch Orkest onder leiding van de ex-chefdirigent Ingo Metzmacher. Hier en daar bleef Metzmacher wel aan de veilige kant. Op die momenten had je bijvoorbeeld wat meer intensiteit in de strijkers verwacht, maar over het geheel genomen werd hier fantastisch gemusiceerd, met veel diversiteit qua tempi en dynamiek. De echte diva van deze Chovansjtsjina was echter het koor, dat bijna vier uur lang de hoofdrol heeft en voor de gelegenheid was uitgebreid met een flink aantal zangers. Het koor van DNO bewijst al jaren dat het een plek verdient tussen de grote internationale operakoren en de Chovansjtsjina mag gerust worden gezien als de zoveelste parel op de kroon. Groots waren de prestaties: van het kleinste pianissimo tot het luidste fortissimo (en daar zijn er nogal wat van). De Chovansjtsjina is goed voor een tsunami aan overweldigende koormuziek, door het DNO-koor op overweldigende wijze uitgevoerd.
Foto: Monika Ritterhaus