Geheimen die je heel graag wilt bemachtigen. Verdriet waarvan je grappige hoedjes kunt vouwen. De ingewikkelde weg naar de allerliefste. Lepels die alleen als het echt niet anders kan wel bij de messen willen, maar absoluut niet bij de vorken. (meer…)
Ooit nagedacht over de manieren waarop je kunt huilen? In de vrijwel woordloze voorstelling Biggels en tuiten (4+) laat actrice Ali Zijlstra met zichtbaar plezier zien wat er allemaal mogelijk is op tranengebied. Het hele register van janken, snikken, grienen en stampvoeten stort ze uit in haar rood-wit geblokte zakdoek. Maar wat als je niet zo makkelijk huilt?
Het meisje dat Ali Zijlstra speelt staat in haar rode jurkje voor een keurig huisje. Drie cyclamen voor de ramen, daarachter een keurig opgeruimd bureautje, een bed, een aquarium. In het huis woont een mannetje van onbestemde leeftijd – een pop bespeeld door acteur Ron van Lente. Het meisje bespiedt hem en maakt contact.
Dan gaat zijn vis dood. Met spijt, maar zonder een traan te laten gooit de man zijn vis in de afvalbak. Het meisje barst in tranen uit en dat zou de man toch ook moeten doen? Maar wat ze ook probeert, het lukt haar niet om hem aan het huilen te krijgen. Ze knijpt in zijn neus, vernielt zijn zelfgemaakt bootje, stelt zich aan – maar ze krijgt geen traan.
Het introverte mannetje in zijn grijze spencer leidt een alledaags, nogal saai leven zonder veel emotie. Daarmee is direct de grote makke van Biggels en tuiten benoemd. Deze coproductie tussen het poppentheater van Theater Gnaffel en het Friese Tryater is maar half geslaagd en dat heeft veel te maken met het niet zo interessante mannetje. Zijn gevoelsleven uit zich in een korte streling van het aquarium, zijn grootste uitspatting is het eten van een augurk.
Ron van Lente brengt de door Elout Hol ontworpen pop herkenbaar en met gevoel voor nuance tot leven. Maar om dat mannetje in een voorstelling van zo’n drie kwartier drie keer uitgebreid naar bed te laten gaat, is te veel en zorgt voor hoorbare verveling in de zaal.
Maar Biggels en tuiten heeft ook een paar prachtmomenten. Het intermezzo met twee kopjes, een vaasje en twee citruspersen, die een Spaans liefdesavontuur verbeelden, is een vondst en erg grappig – zeker ook voor volwassenen. De nachtelijke scène, waarin een grote vis de slaapkamer van het mannetje in zwemt, is van een grote visuele schoonheid.
Regisseur Tamara Schoppert zet tegenover het wat saaie mannetje het expressieve huilmeisje van Ali Zijlstra. Zij is in alles zijn tegenpool en dat werkt uitstekend. De actrice speelt het huilmeisje met veel expressie. Nieuwsgierig, humorvol en een tikje brutaal.
Belangrijk onderdeel van de voorstelling is de muziek die Peter Sijbenga componeert. Zijn gitaargetokkel ondersteunt en accentueert de scènes en handelingen. Vaak is dat prima, een enkel effect is zelfs heel fraai – maar in de langdradiger momenten werkt het versterkend effect van de muziek averechts.
Biggels en tuiten is een voorstelling over huilen. De één huilt snel, de ander juist niet – of om heel andere redenen. Van dreinen tot tranen van geluk of babygejank – het komt allemaal langs in deze beeldrijke voorstelling van Tamara Schoppert. Jammer dat het een voorstelling is die op afstand blijft. Het introverte karakter van het dorre mannetje staat ontroering en betrokkenheid bij het jonge publiek iets te vaak in de weg.
Foto: Saris & den Engelsman