House of Rat, het Haagse gezelschap rond regisseur David Geysen, speelt in de eigen theaterloods Bergman, een fijne filmische bewerking van Na de repetitie en Persona. In de twee werken van de Zweedse filmmaker en toneelregisseur Ingmar Bergman (1918-2007) draait het om de tegenstelling tussen ‘zijn’ en ‘voorstellen’. De spelers tonen scherp hoe al hun personages moeite hebben met het verschil daartussen.

De scharnierscène, waarin de groep het publiek meeneemt van het ene stuk in het andere, wordt prachtig beeldend belichaamd door Gonny Gaakeer. Als de actrice Elisabeth Vogler valt ze plotseling stil in een productie van Electra. Ze komt op in dramatische witte schmink, een woeste zwarte pruik en een fladderig gewaad, neemt haar plaats in het spotlicht in en klauwt haar beide armen diagonaal omhoog met een wanhopige grimas op haar gezicht. Ze neemt een hap lucht voor haar tekst. En dan… niets. Geen tekst. Geen gebaar, geen mimiek, niks meer. Haar armen vallen langs het lijf, het masker van de rol glijdt uit haar gelaatstrekken weg. Vanaf dan zwijgt ze. Ze weigert nog iets voor te stellen.

In het uur daarvoor keken we op de witte achterwand naar de live gefilmde scènes tussen jonge actrice Anna en oudere regisseur Henrik in Na de repetitie, op en over de rand van #MeToo gespeeld door Beaudil Elzenga en David Geysen en dicht op de huid in beeld gebracht door Mischa Lind. Zij spelen die scènes achter die wand, tussen het kostuumrek en wat meubels uit eerdere voorstellingen. We zien achterkant én voorkant van de wereld waar een theatervoorstelling wordt gemaakt, de plek waar de spelers grofweg zichzelf zijn en de plek waar ze grofweg iemand anders voorstellen.

Grofweg zichzelf, want speelt niet iedereen een beetje een rol in sociale situaties, en grofweg iemand anders, want die ander heeft hetzelfde lijf en dezelfde stem als de speler. Wie ben je zelf, en wanneer speel je het sociale rollenspel? Hoe ver ga je daarin? Het zijn vragen die in het werk van Bergman vaak terugkomen, geïnspireerd op de analytische psychologie van Jung.

Anna en Henrik hebben veel moeite om bij zichzelf te blijven. Ze vallen bij elkaar in de rol van oudere man en jongere vrouw, ervaren regisseur en actrice die aan het begin staat van een onzekere carrière. Ze spelen uit hoe ze zich voorstellen dat een flirt verloopt, en zijn blind voor wie ze écht tegenover zich hebben. Mogelijk de vader, mogelijk de dochter.

‘Dit is geen stoel, het is een voorstelling van een stoel’, zegt Geysens blaaskakerige Henrik op gezwollen toon tegen Elzenga’s ambitieuze Anna, in een van zijn misplaatste pogingen om haar tragische verlangen om door hem te worden gezien om te buigen naar hongerige verliefdheid. Terwijl die stoel er wel degelijk staat, in al zijn bruinleren afgetrapte echtheid.

En Elisabeth in Persona? De vrouw die weigert nog iets voor te stellen? Zij is hier de grote ontregelaar. Haar weigering om met woorden in te vullen wie ze is, valt haar verpleegster Alma (opnieuw Beaudil Elzenga) loodzwaar. Nu het sociale spel door één persoon niet wordt meegespeeld, verliest de ander het zicht op de eigen rol.

Elzenga’s ontredderde Alma overtreedt de grens tussen de ene vrouw en de andere al pratende. Omdat ze geen weerwoord krijgt stroomt ze over, vloeit haar levensverhaal uit haar en de woordenstroom sleurt de gebeurtenissen uit het leven van de ander mee tot de twee levens in haar hoofd in elkaar oplossen, en zij zichzelf kwijt is.

Foto’s: Sheila Bosman