In Ode to Destruction combineren de makers van SuckerPunch Collective dans, performance en voice-over in een apocalyptisch geheel. De achterliggende vraag: hoe kunnen we de wereld weer op de rails krijgen voor het te laat is? (meer…)
Hoe beweegt een mens en hoe beweegt een tijger? Wat moet je doen om te kunnen passeren als een tijger? Met de tijger als metafoor voor (trans)identiteit is danser en choreograaf Lux Sauer een nauwkeurig bewegingsonderzoek ingedoken.
De performance, onderdeel van het Amsterdam Fringe Festival, vindt plaats in een studio in Nowhere in Amsterdam-Oost. Voorafgaand aan de voorstelling, al is onderzoekspresentatie misschien een betere term, dient de studio als tentoonstellingsruimte, waarin we worden uitgenodigd om elementen van het artistieke onderzoek zelf te analyseren.
Dat onderzoek is divers. Er zijn boeken en uitgeknipte teksten over stem en lichaam door de lens van transgender identiteit. Er is een livestream van een tijgerverblijf vanuit Dierenpark Amersfoort. Er staat een kampeertent. Op houten bordjes staan vragen over samenzijn en eenzaamheid.
De presentatie zelf bestaat uit drie delen. Allereerst neemt somatisch expert Iris van Peppen ons mee in een bewegingsoefening, waarin we met gesloten ogen de houding en bewegingen van een tijger aannemen. In het tweede deel vraagt Sauer ons om zíjn ‘passabiliteit’ als tijger te beoordelen. Het laatste deel bestaat uit een nagesprek, gemodereerd door Vera Bonder.
Menszijn of tijgerzijn
Het zwaartepunt ligt op dat tweede deel. Op de vloer is een witte streep getrokken. Helemaal links en helemaal rechts staan lessenaartjes met polaroidcamera’s. Wij worden gevraagd om langs de lijn te bewegen. Links betekent volledig mens, rechts betekent volledig tijger. Als je overtuigd bent van Sauers menszijn of tijgerzijn, mag je op dat moment een foto maken met de polaroidcamera.
Sauer beweegt door de ruimte, op handen en voeten, dan weer met rechte rug. Bij elke nieuwe beweging schuifelt het publiek van links naar rechts. Een hand wordt gelikt, naar rechts. Neemt plaats achter laptop, naar links.
Het is absurd en een beetje ongemakkelijk, dat is ook de bedoeling. Dat we ons net hebben verdiept in het artistiek onderzoek en dat we net zelf, onder de kalme begeleiding van Van Peppen, hebben ervaren hoe het is om te bewegen als tijger, maakt echter dat wij onze rol serieus nemen. Ons is een opdracht gegeven en die voeren we zo goed als we kunnen uit. In de stilte van de studio klinkt zo nu en dan de oordelende klik van de polaroidcamera. De toeschouwers vormen een voyeuristische, zwijgende jury die bepalen wanneer iets tijgerachtig of mensachtig is.
Het is een simpel, maar enorm slim gegeven, want tijdens deze opdracht komen onverbiddelijk vragen naar boven, blijkt ook tijdens het nagesprek. Wie ben ik om te oordelen? Kan ik deze taak ook negeren en gewoon op één punt blijven staan? Kan ik zelf bepalen wat mijn medewerking als toeschouwer is of hinder ik dan de performance? Wat weet ik überhaupt van tijgers, waar baseer ik mijn oordeel eigenlijk op?
De tijger is een metafoor, natuurlijk, voor ‘passing’, gender en transidentiteit. Maar omdat de metafoor zo grondig is uitgediept, komt dat in het gesprek slechts enkele keren ter sprake. Veel meer ben je als publiek bezig met observeren en de onderlinge (machts)verhoudingen tussen toeschouwer en performer. Wij kijken naar een tijger, maar de tijger kijkt evengoed terug. Wij beoordelen wanneer iets tijgerachtig ‘genoeg’ is, maar doen dat vooral omdat ons dat opgedragen is, en die feedback beïnvloedt weer hoe Sauer zich positioneert.
De gebezigde taal in het onderzoek en in de gesprekken is vrij academisch, maar zeer toepasselijk voor dit artistieke onderzoek. Het geeft vrij baan aan een gelaagdheid van thema’s en onderwerpen: identiteit, perspectief, dierentuinblik, beweging en lichaam, het vormt een bedachtzaam web van associaties. Sauer, Bonder en Van Peppen maken hun publiek zodoende onderdeel van een gelaagd onderzoeksproces, waarin jouw blik en mening als toeschouwer een cruciaal onderdeel is van de bevindingen.