In haar nieuwe programma toont Introdans een aantal werken rond de muziek van Johannes Sebastian Bach. Bestaande en bewerkte choreografieën sieren de avond. Speciaal voor dit programma ontwikkelde choreograaf Manuelle Vignoulle het wat illustratieve Anima. Moet je de muziek van Bach wel dramatiseren? (meer…)
Met een titel als Back to Bach mag het duidelijk zijn: bij de nieuwe voorstelling van Het Nationale Ballet draait alles om Johann Sebastian Bach, een van de grootste en meest invloedrijke componisten uit de klassieke muziekgeschiedenis, al heeft hij nooit muziek voor ballet gecomponeerd.
Krzysztof Pastor beet de spits af met de herneming van In light and shadow, een stuk dat in 2000 (bij een eerder rond Bach gecentreerd programma) bij Het Nationale Ballet zijn wereldpremière beleefde. Op de Aria uit de Goldbergvariaties – uitgevoerd door pianist Robert Gruter – dansen Anna Tsygankova en Jozef Varga een verstild duet in paars, delicaat balancerend tussen melancholie en neerslachtigheid. Met het groepstuk komt er iets meer optimisme en – zowel letterlijk als figuurlijk – meer kleur in het stuk. Dankzij Tatyana van Walsum, die ook het decor voor haar rekening nam, is bijna iedere danser anders gekleed. Vooral Victoria Ananyan, in pofjurk de barok in dit stuk over barok, en Megan Zimny Kaftira, gekleed in een rood en meer eigentijds setje, vallen op. Als idee is het leuk, maar het maakt het geheel wel onnodig rommelig. Zo blijft het onduidelijk of de dansers nu ongelijk zijn, of dat het alleen maar zo lijkt vanwege de stof die bij sommige met enige vertraging voorbij zwiept. De solo’s, van onder andere Sem Sjouke en Serguei Endinian, komen wat dat betreft beter uit de verf.
Axiom of choice, die afgelopen zaterdag zijn wereldpremière beleefde, is qua kleding beter gecoördineerd. Het is het eerste grote ballet dat Ernst Meisner, artistiek coördinator van de Junior Company, voor Het Nationale Ballet maakte. Met het decor en de kostuums (halve pyjamaatjes) van Jean-Marc Puissant waan je je in een slaapkamer. Isaac Hernández is de rode, of in dit geval hemelsblauwe, draad. Andere dansers komen en gaan; dansers worden overgenomen, of lijken zich te verdubbelen, maar Hernández danst het verhaal in en, met Jurgita Dronina, weer uit. Het concert voor hobo en viool is prachtig – alle lof weer voor Het Balletorkest – al is er het gevaar dat de dans soms iets te dromerig wordt. Het kabbelt allemaal sierlijk voort.
Voortkabbelen is een woord dat in Hans van Manens woordenboek niet voorkomt. Na een onnodig filmisch intermezzo, genaamd Back to Bach, volgt de Nationale Ballet-première van Van Manens Fantasía, oorspronkelijk gemaakt voor het Nederlands Danstheater. Ondanks de titel is deze choreografie voor drie koppels een van zijn meer duistere stukken. Heftige, misschien zelfs wel wat gewelddadige emoties, borrelen vlak onder de oppervlakte. De verschillen tussen de drie koppels (lyriek, passie, virtuositeit) hadden wat sterker gemogen. Pascalle Paerel, lid van het corps de ballet, houdt zich goed staande tussen Victoria Ananyan en Igone de Jongh in deze onderkoelde dansthriller.
Dromerig, melancholisch, onderkoeld. Geen van de eerste drie stukken zijn gemaakt om de adrenaline echt hard te laten stromen. Nu heeft het meeste werk van Bach, een streng gelovige Lutheraan, ook een bepaalde gravitas, die zelfs zijn meest verheven composities aan de grond gekluisterd houdt. Maar dan is daar A million kisses to my skin (2000) van David Dawson. Origineel stond Axiom of choice en niet Fantasía vlak voor Dawsons choreografie gepland, maar deze wisseling was wel een verstandige. Alle ingewikkelde partnerwissels en verdubbelingen waar Meisner in zijn stuk nog voorzichtig mee experimenteert, heeft Dawson hier geperfectioneerd. Aangespoord door Bachs Pianoconcert Nr. 1 in D mineur wisselen de dansers van partner, van samenstelling en van formatie, al komen bepaalde koppelingen wel vaker terug. Anna Tsygankova is de einzelganger, vrij om te gaan en te staan waar ze wil. Remi Wörtmeyer is het manusje van alles. Als schouwspel is het adembenemend, en onverwacht spannend. Het is verbazingwekkend hoe de dansers het allemaal bijhouden en nooit naar de verkeerde nieuwe partner grijpen.
Ook deze muziek is, zoals Dawson het zelf in het programmaboekje zegt, niet ‘happy happy’ (noch ‘sad sad’). Toch loopt het stuk over van energie en levenslust. Dawson tart Bachs zwaartekracht, maar niet in de hoogte, maar in het tempo, de lengte.
Foto A million kisses to my skin: Angela Sterling