In haar nieuwe programma toont Introdans een aantal werken rond de muziek van Johannes Sebastian Bach. Bestaande en bewerkte choreografieën sieren de avond. Speciaal voor dit programma ontwikkelde choreograaf Manuelle Vignoulle het wat illustratieve Anima. Moet je de muziek van Bach wel dramatiseren? (meer…)
‘Oh, u bent er al’, zegt Leny Breederveld tegen het publiek. ‘U bent te vroeg. Ik maak hier schoon.’ De actrice komt gehuld in schort al stofzuigend de vloer op. Natuurlijk is het publiek niet te vroeg, maar is de schoonmaakster van de zaal te laat, want altvioliste Esther Apituley en haar band lopen zich al warm voor Bach & Bleekwater. Dit is een voorstelling in een voorstelling in een voorstelling. Het lijkt een combinatie te worden van muziek en toneel, maar het is een feite een gevarieerd klassiek concert met uitstapjes naar andere muziekgenres, waarop Leny Breederveld geregeld inbreekt met droogkomische scènes.
De anekdote is flinterdun, maar wel geestig. De onverstoorbare schoonmaakster poetst het toneel voor die avond, maar de voorstelling staat op het punt te beginnen. Het publiek zit al op zijn plaats, terwijl de poetsvrouw nog niet weg is. Op voorwaarde dat ze het concert niet zal verstoren, mag de schoonmaakster haar werk afmaken van muzikaal leidster Esther Apituley. Ondertussen beginnen de musici aan hun concert.
Altvioliste Esther Apituley is gefascineerd door Johann Sebastian Bach (1685-1750) in het algemeen en door zijn Chaconne in het bijzonder: een muziekstuk dat leunt op een dans in driekwartsmaat. De altvioliste speelt deels solo en heeft daarnaast de sterke zevenkoppige Locomotive Band bij zich, een klassieke groep met een hang naar jazz. Het ensemble bestaat uit Lisa Jacobs en Tijmen Huisingha op viool, Eilidh Martin cello (en zang), Hermine Deurloo op mondharmonica, Frans van der Hoeven op elektrische contrabas, Arnold Marinissen of Mervyn Groot op slagwerk en Anne Veinberg aan de vleugel. Ze spelen werk van onder andere Bach, Britten, Shostakovich, Purcell, Händel en speciaal voor hen gecomponeerd werk van Bob Zimmerman. In de Toneelschuur krijgen ze tegen het eind gezelschap van het Haarlems Klein Koor. Apituley brengt het geheel als ‘een reizend muziekfestival’.
Ter lering ende vermaak legt Apituley rechtstreeks aan het publiek en indirect via Breederveld uit dat bij ieder mens muziek verschillende beelden, associaties en gedachten losmaakt. Die associaties kunnen hoogdravend zijn, maar ook laag bij de grond. Als luisteraar kun je dat niet goed of fout doen, muziek appelleert aan ieders individuele binnenwereld. Daarmee heeft ze natuurlijk een punt: muziek raakt bij eenieder een andere snaar.
Hoewel een tikkeltje vergezocht, is de combinatie is wel geslaagd: een serieuze optelsom van composities waarbij Leny Breederveld de komische noot is die door de muziek heen klinkt. Breederveld zet de poetsvrouw neer als iemand die in een gedroomd leven liever onderzoek had willen doen naar kwantummechanica, maar het noodloot duwde haar een stofzuiger in de hand. Gelaten accepteert de schoonmaakster haar lot (tekst: Ko van den Bosch). Deze doorgewinterde comédienne is honderd procent naturel in haar toneelspel maar worstelt met de muziek, terwijl Esther Apituley de gedreven en virtuoze musicus is die op haar beurt met voorgeschreven tekst meer moeite heeft.
Resultaat is een vriendelijk theaterconcert van Esther Apituley met een keur aan stukken, gebracht door een sterk ensemble, doorsneden door de droge humor van rascomédienne Breederveld.
Foto: Jochem Jurgens
Geweldige voorstelling in heerhugowaard! Fris en verassend; heerlijke avond gehad!
Wij gaan hem vanavond zien! Groetjes, Lucas & Sybe