Op een mooie goudkleurige ondergrond schetst een hand een aantal vriendelijke tafereeltjes: een park met jonge bomen, een fontein, wandelende mensen, een stel dat elkaar in de armen valt. Een fascinerend decor, en met fijne muziek eronder. Maar de tonen worden allengs minder lieflijk, en de tekeningetjes ook: er verschijnen zwarte vogels, en uiteindelijk zijn er alleen nog maar vegen te zien. Er heeft zich iets vernietigends voltrokken. (meer…)
Er is weinig mooiers om te zien dan een muzikant die zich overgeeft aan zijn muziek. Zoals percussionist Lander Gyselinck dat doet. Met zijn slungelige jongenslichaam hangt hij soms schuin gebogen vlak boven zijn drumstel, zijn gezicht in een lichte grimas. Dan weer trekken zijn schouders in golven en hoeken als hij schraapt, tikt, rost en brusht op zijn bekkens en zijn drums.
Naast zijn drumstel waagt de oudere acteur Josse De Pauw zich met evenveel overgave aan een dansje. Een stram dansje, misschien, maar toch: een dansje. Daar leent de dwarrelende jazz die Gyselinck met bassist Nicolas Thys, die met hangend hoofd zijn vingers over de snaren laat racen, en pianist Kris Defoort, met zijn rug naar het publiek zowat in zijn vleugel verdwijnend, ten gehore brengt zich prima voor.
De jazzmuzikanten vormen met Josse De Pauw in de muzikale voorstelling An old monk een geweldig kwartet, want De Pauw is in deze voorstelling een muzikant onder muzikanten. Zijn eigen poëtische tekst die hij onder, over, tussen en achter de noten van zijn muzikanten plaatst, is zelf dan ook een zorgvuldige compositie met terugkerende thema’s en refreinen en zelfs een heuse meezinger.
De bedrieglijk eenvoudige monoloog schetst in herkenbare scènes het volwassen leven dat begint met dansen tot het ochtend wordt, maar al snel vastloopt in de repeterende groef van het dagelijkse leven. Een leven waarin door belastingaangiftes en hypotheek geen plaats meer is voor spontane dansjes. Ook omdat het ouder wordende lichaam niet meer dansen wil. Behalve een weemoedige schets van het ouder worden, is de tekst ook een pleidooi om niet te vergeten dat zowel dromen als het leven zelf net zo vluchtig zijn als de klanken van de muziek. En dat de mens daarom moet blijven dansen en zich overgeven aan de muziek en aan het leven.
Het is mooi hoe taal en muziek in An old monk in balans zijn en hoe knap en muzikaal De Pauw zijn woorden plaatst. De muziek van zijn fantastische begeleiders geeft zijn woorden extra (tegen)kleur en vormt een ongrijpbare klankillustratie van de levenslust die onder de voorstelling doorstroomt. De combinatie van De Pauws acteertalent en de vrijwel nergens stilvallende muziek sleurt de toeschouwer de voorstelling binnen en laat hem niet meer los. An old monk is geestig, ontroerend, meeslepend en uitermate muzikaal. Het is, kortom, muziektheater zoals muziektheater moet zijn. En bovendien uitermate dansjeswaardig.
(foto: Kurt van der Elst)