Geef vier technologie-verslaafden elk een zoon en wat doen ze? Ze filmen hem, nemen op wat hij zegt, knopen een camera om zijn buik. Zo kunnen ze alles registreren wat zoonlief doet, zegt en meemaakt. Ze kijken feitelijk door zijn ogen. De mannen van Pips:lab maken met Aarsvaders opnieuw een voorstelling waarin ze alle technologie die ze bezitten met elkaar verbinden. Dit keer om hun kinderen te laten zien, maar vooral om hun vaderschap aan de kaak te stellen in een combinatie van ernst en zelfspot.
Pips:lab maakt technologie-gestuurd theater, waarin beeld en tekst goeddeels vanaf laptops en smartphones via beamers wordt geprojecteerd en via boxen afgespeeld, tegelijkertijd of één voor één, puur zoals het is opgenomen of juist vervormd, en soms in een loop, een langdurige herhaling van hetzelfde geluid. Inmiddels hebben Pips Keez Duyves, Willem Weemhoff, Daan van West en Thijs de Wit allen een zoon van drie. Dan is het wel heel verleidelijk met dat vaderschap iets te doen in het theater. Veel hedendaagse ouders zijn zo geobsedeerd door hun kind dat ze alles wat het doet vastleggen, of ze houden het wurm in de gaten met behulp van camera’s van allerlei aard. Elke seconde van het prille leven wordt bekeken en bewaard. Aarsvaders levert op een humoristische manier kritiek op die neiging – tegelijkertijd doet Pips:lab er met zijn tech-tic nog een schepje bovenop.
Uitgangspunt is de vraag hoe de ideale opvoeding van hun kinderen eruitziet, maar dan in de omgeving die kenmerkend voor hen is: een steriele laboratoriumruimte. De toeschouwers bij deze voorstelling zitten niet op stoelen maar lopen rond over het speelvlak. De suggestie is dat dit hetzelfde laboratorium is als dat waarin de vier zoontjes worden getoond. Een witte vloer met grijze lijnen en transparante witte wanden staande op wieltjes. Op die verrijdbare wanden verschijnen de beelden, uit de boxen komen de geluiden van voornamelijk de kinderen.
De vier vaders worstelen aanvankelijk met dezelfde pedagogische vragen. ‘Hoe prikkel je zijn creativiteit?’ ‘Mag je een kind slaan als hij stout is geweest?’ ‘Vele vragen, weinig antwoorden.’ Dit ‘experiment’ met hun kinderen is bedoeld om antwoorden te vinden. De kinderen worden zowel vastgelegd met een 360-graden in het rond filmende camera als met een camera van boven, en door hun speelkameraadjes. Die dragen camera’s op het lichaam of in de handen. Vanuit de controlekamer buiten de witte ruimte leveren de vaders vertederd commentaar op de verrichtingen van hun zoons.
Gaandeweg wordt de toon bitterder. Wat begon als een gezamenlijk experiment, mondt uit in een concurrentiestrijd. De vier vaders benadrukken niet langer hun gemeenschappelijk doel, maar juist de verschillen in hun aanpak van opvoedkundige zaken. De rijdende projectie-panelen komen op de toeschouwers af, dreigen hen in te sluiten. Van de gezamenlijkheid en de saamhorigheid blijft niets over. Wat rest is chaos.
‘De vraag is: zijn wij er iets mee opgeschoten?’ De vraag stellen, is hem beantwoorden: nee. Aarsvaders is een kritische en geestige voorstelling die vraagtekens zet bij het hedendaags ouderschap. Sterk zijn de humor, de zelfspot. Het inzicht is dat ouders weliswaar allerlei mooie theorieën mogen hebben, maar dat ze hun kinderen veel te veel op de huid zitten. Daarvan worden ouders noch kinderen gelukkig.
Foto: Ben van Duin