‘Als ik nu mijn dansers wegdoe en robots laat dansen, ben ik veel goedkoper uit.’ Zo vertelt choreograaf Ugo Dehaes al schertsend aan zijn publiek. Robots worden nooit moe en moeten niet vergoed worden. En het wordt financieel nog beter als hij zelf robots kweekt in plaats van ze aan te kopen. Maar of ze echt ooit goed kunnen dansen? Het is een fascinerende ontdekkingstocht. (meer…)
Het programma van het Circusstad Festival noemt Gravity & Other Myths ‘dé festivalhit uit Australië’. Dat kan goed kloppen: geef de groep een kleed van vier bij vijf meter en de acrobaten laten er prachtige kunsten op zien. Sterk in timing, lichaamsbeheersing, presentatie en ook nog sympathiek.
Gravity & Other Myths is een acht man sterke groep, waarvan twee vrouwen en een drummer. Ze beginnen op een rijtje achter op het kleed. Een loopt naar voren en roep ‘falling’. Dan schiet er een of een paar anderen naar voren om degene die valt op te vangen of de val op een andere inventieve manier te breken. Het ziet er allemaal casual uit, maar de timing is heel precies.
Attributen hebben ze nauwelijks nodig. Een houten blok met handstandpaaltjes, wat touwtjes, een paar dozen met ballen die het publiek naar het speelvlak mag gooien. En er is een rekstok, maar die wordt vastgehouden door twee mensen die op de schouders van een collega staan.
Heel slim is de manier waarop de groep de spanning opvoert en het publiek nog meer bij de handeling betrekt: door wedstrijdjes te organiseren. Wie houdt het het langste vol: de man die zijn adem inhoudt, of de vrouw die op haar handen staat? Wie maakt de meeste salto’s achterover uit stand? (De beste haalt er zeker twintig.) Lukt het om een Rubiks kubus op te lossen terwijl je op je hoofd staat? Iets simpels als touwtjespringen wordt spannend als de mannen de snelheid steeds opvoeren en degene die het eerst af is een kledingstuk moet uittrekken.
De uitstekende acrobaten van Gravity & Other Myths bouwen mooie torens, vinden verrassende evenwichten, springen van rug tot rug, kunnen volledig op elkaar aan en komen uitermate sympathiek over. Ze complimenteren elkaar met de prestaties en hebben er zichtbaar plezier in. Misschien heeft dat met de cultuur van het land te maken. Vergelijk Masterchef Australië met Masterchef Amerika: de Australische koks gunnen elkaar hun heerlijke gerechten, die van Amerika steken hun mes desnoods in elkaars rug in plaats van in een aubergine, als ze maar winnen.
Aan het einde van de voorstelling weet je dat de zwaartekracht helemaal geen mythe is – anders zou de voorstelling lang niet zo ingewikkeld en imponerend zijn – maar dat weinig mensen er zulke goede vrienden mee zijn als deze acrobaten.
Foto: Andy Phillipson