Erik Boddeüs is de grote winnaar geworden van de Comedy Talent Award op het Utrecht International Comedy Festival. Hij behaalde een Grand Slam door niet alleen de Jury- en Publieksprijs, maar tevens de nieuwe Comedians Comedian Award te winnen. De prijzenpot voor Boddeüs liep daardoor op tot twee maal 500 euro en een tournee langs een aantal comedyclubs in Nederland. (meer…)
In haar nieuwste werk A Divine Comedy bouwt Florentina Holzinger door op de lijn van eerdere voorstellingen. Performance, dans, stunts en vormen van entertainment wisselen elkaar af in een twee uur durende show, waar geen einde aan lijkt te komen. In deze vrije bewerking van Dante’s klassieker is de dood een even sensuele als bevrijdende ontsnapping uit een wereld vol duisternis.
Een rollercoaster is deze bewerking van A Divine Comedy. Losjes, heel losjes laat Holzinger zich leiden door het lange gedicht van Dante. Vergeleken met eerdere voorstellingen is de toon wat lichter, minder agressief. Maar misschien heeft dat ook te maken met de ruimte. De Kraftzentrale in het Landschaftspark Duisburg Nord, waar de voorstelling is geprogrammeerd tijdens de Ruhrtriennale, is immers zo groot, dat het onmogelijk is om het publiek dicht te naderen. We blijven op gepaste afstand van het vaak directe theater van Team Holzinger, dat de immense ruimte uitstekend weet te bespelen. Dat op zichzelf is al een hele prestatie.
Als we binnenkomen klinkt een subtiel ‘hemels’ geluid, enkele vrouwen verspreid over het toneel bespelen zachtjes hun instrument, op hun rug is een skelet gebonden. In de lucht hangen twee zwarte auto’s, links en rechts op het podium staan twee immense trappen opgesteld. Op twee schermen verschijnen bij aanvang teksten zoals ook in het vorige stuk van Holzinger Tanz (2019). Later in dit nieuwe stuk vormen de schermen een vergrootglas. Alles wat niet goed te zien is tijdens de voorstelling, wordt via een camera op de schermen geprojecteerd. Tussen de geprojecteerde beelden door zien we steeds het vagevuurtje. Een referentie naar de illustratieve haardvlammetjes op televisies in hotelkamers en dergelijke. Precies in dit soort trashy verwijzingen schuilt de ironie van Holzinger.
De figuur Dante ontspruit uit een lange hypnose-sessie onder leiding van host Miranda van Miltenburg, en zo kadert de voorstelling zowel aan het begin als aan het einde zijn uitgangspunt. Ontdaan van kleren ontpopt hij (Anina Machaz) zich met rood kapje, tot een soort stand-up comedian om na een olijke slapstick te verdwijnen in een wandelende mobiele toiletcabine. Dan volgt een lange reeks scène’s waarin een repetitieve hordeloop wordt geënsceneerd, en een imposante en ritmische houthakkerschoreografie het hoogtepunt vormt. Performers rollen of springen van de trappen en behendig laverend rijdt tussen lichamen en obstakels door de duivel vermomd als motorrijder, soms ook met het skelet op de rug.
Het stuk kent meer dan twintig performers, niet iedereen heeft dit keer een geïntegreerde rol in de voorstelling. Maar de bereidheid van het ensemble is groots. Zoals in alle voorstellingen van Team Holzinger is de dresscode ‘naakt’. Het is geen verrassing meer; in die consequente keuze wordt standvastig de representatie van het vrouwelijke lichaam bekritiseert; in de media, in kunst. Wie Holzingers werk volgt, is ermee bekend. Ook het bekende arsenaal aan provocaties (ontlasting, porno, bloedtransfusies) keert terug, net als kunsthistorische referenties, met name uit de dans (onder andere Rite of Spring) en schilderkunst. Ze vormen een poëtisch contrast met de doorgaans harde en directe taal van work-outs en stunts (al creëren sommige stunts ook prachtige beelden). Je kunt het een truc noemen, het terugkeren van al die elementen, maar dankzij de doorwrochten herhaling wordt Holzingers oeuvre ook steeds gelaagder.
Centraal in het stuk staat de tachtigjarige danseres Beatrice Corduo, wier toepasselijke voornaam naadloos aansluit bij Dante’s epos. Corduo (wat een prestatie!) speelde ook in de voorstelling Tanz. Baarde ze in die voorstelling een rat, ditmaal krijgt de rat het eeuwige leven. Op de schermen volgen we hoe het beest wordt opgezet om later in het stuk te verdwijnen in een mondopening. Hoe hard en schreeuwend de beelden in deze wrange komedie ook lijken, uiteindelijk is er ook ruimte voor zachtheid. Het komt allemaal bij elkaar in het orgastische einde van Beatrice, rond wier ‘dood’ de voorstelling ritueel is opgebouwd. Klaarkomen is een beetje sterven en de dood kan ook een bevrijding zijn. Het wereldbeeld van Holzinger is niet vrolijk, wel realistisch – op de berg ironie die ze schetst kunnen we nog wel een poosje teren.
Foto: Katja Illner