Acht dansers in zwarte hoodies dansen strakke lijnen op een vierkant stuk vloer, met achter hen een wand van negen glazen vierkanten. Rechtopstaande tl-balken achter het glas en links bovenin een digitale klok die aftelt, van ruim 68 minuten steeds verder terug. De kaders voor Nicole Beutlers 6: The Square, de openingsvoorstelling van SPRING dit jaar, zijn duidelijk geplaatst.    

6: The Square is het tweede deel in een drieluik dat draait om de drie geometrische vormen waarop de Bauhaus-stroming alle ontwerpen baseerde: de cirkel, het vierkant en de driehoek. Na de cirkel te hebben onderzocht in 5: Echo neemt Beutler nu het vierkant als punt van reflectie, om later nog een deel over de driehoek te brengen. Beutler wil hier de spanning opzoeken tussen de perfectie van het geometrische vierkant en het onregelmatige van het organische, poëtische of menselijke. Bakent het vierkant iets af of schept het ruimte?

6: The Square bevat een aantal mooi uitgewerkte scènes. De openingsdans is er een van. Met het hoofd naar beneden voeren de dansers, geheel in het zwart en in het halfdonker, in verschillende constellaties een patroon van lijnen en hoeken uit op het vierkante vlak. Het heeft soms het effect van een schilderij van Mondriaan, maar dan een waarin de lijnen niet stilliggen maar haaks op elkaar voortschuiven. De bewegingen worden consequent strak uitgevoerd. De gezichten blijven verborgen en de scène is donker. Er is geen oogcontact met het publiek. Heel geleidelijk aan beginnen de bewegingen dan iets ronders te krijgen; bij het keren beweegt een schouder mee naar beneden, een draai krijgt net iets meer zwier mee, er begint iets te golven door de groep en plotseling krijgen die lijnen iets kriebeligs. De groep concentreert zich in een hoek van het veld en doet dan heel even aan een vijver met dikkopjes denken. In combinatie met een donker getoonzet stuk van Beutlers vaste componist Gary Shepherd leidt het tot een prikkelend begin.

Het lijnenwerk wordt opnieuw mooi uitgewerkt in een stuk waarin de dansers, nu gekleed in verschillende ‘etnische’ outfits, in vaste duo’s de lijnen van de vierkante vloer verkennen en voorbijgaan. De duo’s zijn visueel mooi op elkaar afgestemd, qua lengte, aankleding en stijl van bewegen. De mix van gebeurtenissen zit slim in elkaar, er is steeds een beweging om te volgen: nu eens trekt een gestrekte, reikende arm je blik naar rechts, dan weer blijft de blik hangen op twee meisjes die links achteraan plat op hun buik de vloer lijken te kussen. Regelmatig plaatst een duo zich ver buiten het vierkant. Ook de hoeken en de diagonaal worden nu verkend.

Het is jammer dat de spanning in wat verder volgt niet wordt ingelost. Er is een negende performer, actrice Deborah Abrahams, die de dansscènes regelmatig onderbreekt met tekst. Van een abstract bijna-gedicht met de woorden ‘Oh My’ tot een haast nonchalant uitgevoerd deel waarin ze direct met het publiek in gesprek gaat, doorbreekt haar aanwezigheid het stramien van de dans. Wat later neemt zij in een lange squaredance de rol van de caller op zich, de persoon die de vier dansende stellen aanwijzingen geeft. Maar ze doet ook dit met een energie die merkwaardig losjes is, haast alsof ze ook in de toon van haar stem en met een lome timing afstand neemt van alle hoekige beweging en het strakke tellen om haar heen. Het geeft de reeks verbale onderbrekingen een monotonie die het stuk niet vooruithelpt. De slotscène, waarin tekst en dans eigenlijk pas echt met elkaar vechten om aandacht, komt dan al te laat.

Daarnaast is een aantal dansscènes erg lang. Squaredance is vast een plezier om te doen, maar laat zo te zien weinig ruimte voor de persoonlijkheid van een danser. Het is vooral veel tellen en uniformiteit. Die uniformiteit kenmerkt ook flinke delen van de andere dansscènes. Ja, dat maakt deel uit van dit onderzoek naar de spanning tussen de perfectie waar de mens naar streeft en de faalbaarheid van hoe de mens in werkelijkheid is, maar de balans in het dansmateriaal van 6: The Square slaat hierdoor uit naar het geslotene. Dat zit een emotionele verbinding tussen de zaal en het toneel jammer genoeg in de weg.

Foto: Anja Beutler