Verdwalen in het donkere bos alsof je de enige mens bent, verhalen vertellen over de schepping van de wereld en engelen die uit de hemel ter aarde storten: de Route Rood van het Boslab Theaterfestival in het Amsterdams Bostheater toont een verrassende verhaallijn.

Dit jongemakersfestival is een initiatief van artistiek leider Frances Sanders, dramaturg Florian Hellwig en directeur van het Bostheater Ingejan Ligthart Schenk. Behalve de rode is er een gele, blauwe en groene route. Zo doorkruisen op deze zomeravonden groepen toeschouwers het bos naar verborgen locaties, gelegen rondom het hoofdpodium.

Verdwalen
Bij de voorstelling Rebecca door Dagmar Ketelaers en Annabelle Hinam komen de paniek om het verdwalen en verdwalen als geluksgevoel samen. De jonge makers, juist afgestudeerd aan de toneelschool in Utrecht, lieten zich inspireren door de Amerikaanse schrijfster Rebecca Solnit en haar essaybundel A Field Guide of Getting Lost (2006). De voorstelling speelt zich af tussen hoge beukenbomen en lage begroeiing, daar verdwaalt een vrouw (Hinam) gekleed in sportieve jurk. Ze worstelt met een enorme landkaart die telkens dichtwaait in de wind. In haar zouden we de auteur van het boek kunnen herkennen. De andere speelster, Ketelaers, is geheel zwart en ze vertrouwt de toeschouwers toe dat ze ‘onzichtbaar’ is.

Terwijl Rebecca struint en struikelt, geeft de stem van de onzichtbare aanwijzingen: links, rechts, nog eens links, nee, rechts. Het wordt een chaos die ook angst oproept: zo gaat verdwalen dus. Mooi detail is dat de dames opeens verrukt samen koffie drinken. Het slotbeeld is poëtisch: Rebecca legt zich te slapen aan de voet van een boom, beschenen door blauw licht. Ze heeft de grillen van het leven aanvaard, zoals een Engelstalige stem citeert uit Solnits boek.

Verhalen
Overgave beheerst Rebecca. In Wortelschieten door verhalenvertellers van Mezrab, gevestigd aan de Amsterdamse Veemkade, regeert juist de opstandigheid. Samensteller Sahand Sahebdivani, tevens oprichter van Mezrab, kiest twee storytellers die elk een eigen versie geven van het scheppingsverhaal, waarin Eva een veel grotere en interessanter rol toebedeeld krijgt dan Adam.

Het begint met het verhaal van een Amerikaanse zondagsschool in Texas waar de juf schitterend kan vertellen. Het gaat over het paradijs, over Eva die zich laat verleiden door van de verboden appel te eten. God straft haar en dan volgt een prachtige verdediging van Eva en het onrecht haar aangedaan. Interessant detail: slechts 1,1 procent van alle bijbelteksten wordt gesproken door een vrouw en minder dan 10 procent van de bijbelse figuren zijn een vrouw. Dat beluisteren we allemaal in de entourage van het bos, onder de waaiende bomen. Het is prachtig, eerlijk, onopgesmukt, alles op de vleugels van het gesproken woord.

Gevallen engelen
Collectief Blauwdruk met Recht op de Hemel brengt in het intussen donker geworden bos een absurd, humoristisch en in taalkundig opzicht sprankelend stuk over gevallen engelen. Pats! In het openingsbeeld liggen twee engelen op een berg aarde, wit van de kalk. Het collectief, afkomstig van de toneelschool Arnhem, liet zich inspireren door de tragedie Lucifer (1654) van Vondel. Volgens een interview in NRC (27 juli) vinden ze het een ‘verschrikkelijk drakenstuk’ en vervulde het hen met ‘afkeer’. Toch lieten ze zich erdoor inspireren, en terecht: in mijn visie is Lucifer een dynamisch, spannend en schitterend stuk, in 1979 door Publiekstheater in de regie van Hans Croiset onvergetelijk opgevoerd.

Maar goed, afkeer of niet: Collectief Blauwdruk maakt weergaloos toneel met Recht op de hemel. De drie acteurs spelen met barokke taal doorweven met Engels en hedendaagse uitdrukkingen om Vondels tijd én het heden dichtbij te brengen. Aan het begin verklaren zij God dood (vrij naar Nietszche) en de teugelloosheid die hiervan het gevolg is, leidt tot  vrolijke chaos. God heeft de engelen gelijk gesteld aan de mens, tot grote ontsteltenis van het drietal Lucifer, Belzebub en Gabriël.

Lucifer wil de goddelijke heerschappij overnemen maar Belzebub en Gabriël koesteren wel warme gevoelens voor een menselijk bestaan. Al is de mens ‘een kanon van zonde’, ze beschikken ook over genotzuchtige gelukzaligheden, die voor geslachtloze engelen ondenkbaar zijn. De engelen zijn ontdaan van hun vleugels, wat uitbundige valpartijen oplevert in de modder der aarde. Alles wat engelenwit is, raakt besmeurd. Ondertussen raken de toeschouwers begeesterd door een intelligent, slim en trefzeker toneelspel over hoe hemel en aarde zich tot elkaar verhouden. Aan het slot zijn de engelen mens geworden, en Belzebub die herdoopt is tot Benny vraagt zich af, met kleine stem: ‘Wanneer zien we elkaar weer, met Hemelvaart?’

Foto Recht op de hemel: Michiel Landeweerd