Mimer Sue-Ann Bel wint de Top Naeff Prijs 2018. De aanmoedigingsprijs voor veelbelovend talent van de Amsterdamse Academie voor Theater en Dans werd vanmiddag uitgereikt door jurylid Bodil de la Parra, tijdens de wekelijkse talkshow HALf6 van de Academie. Aan de prijs is 1000 euro verbonden. (meer…)
De Erik Vos Prijs 2018 is toegekend aan Suze Milius. Zij kreeg de prijs voor aanstormende regisseurs uit handen van Erik Vos in de Stadsschouwburg Amsterdam, na afloop van een interview met Vos, ter gelegenheid van het vijftigjarig bestaan van de regieopleiding – waarvan Vos de eerste student was.
Milius krijgt de prijs voor haar ‘empathische en rijke visie op de intermenselijke uitwisseling’, die ‘nieuw, overtuigend en belangwekkend’ is, aldus de jury.
Suze Milius (1986) studeerde in 2012 af aan de regieopleiding van de Toneelacademie Maastricht. Samen met Urland won ze in dat jaar de Best of ITS- award 2012 voor de voorstelling TICKLEMEPINK. Sinds 2013 vormt Suze samen met Stefan Jakiela het kunstenhuis House Crying Yellow Tears. Bij Productiehuis Rotterdam maakte ze het opmerkelijke Huis, en eerder dit jaar ging haar voorstelling Talk Show in première bij Het Zuidelijk Toneel.
De jury schrijft: ‘Met een enorm oog voor theatrale details in het alledaagse en voor het absurde, geeft Suze Milius haar toeschouwers een meeslepende en zachtaardige blik op menselijke gedragingen. Door de nauwkeurigheid en rijkdom aan details waarmee haar acteurs de personages en scènes spelen, lijkt het soms alsof ze tijdens de repetitieperiode geconcentreerd als een tekenklas hun modellen hebben bestudeerd.’
De Erik Vos Prijs bestaat sinds 1997, en werd opgericht naar aanleiding van het afscheid van Erik Vos als artistiek leider van Toneelgroep De Appel. De prijs wordt elke twee jaar uitgereikt, de winnaar krijgt vijfduizend euro. Recente winnaars waren Laura van Dolron, Susanne Kennedy, Alexandra Broeder, Sarah Moeremans en Floris van Delft. De jury van de Erik Vos Prijs bestond dit jaar uit Joost de Kleine Beek, Leonie Clement, Eve Hopkins en Tom Helmer.
foto Anna van Kooij