Hoewel De Kiesmannen al vaker in het theater hebben gestaan met hun verkiezingsshows, wordt er in Op zoek naar Europa voor het eerst ook geacteerd. Voor doorgewinterde Kiesman Dylan Ahern is het zelfs zijn acteerdebuut. En hij heeft zichzelf hoge doelen gesteld. In een interview zei hij te hopen dat het publiek met nieuwe inzichten de zaal uitloopt. (meer…)
De verfilming van de musical Grease uit 1978 eindigt met een transformatie. De brave Sandy heeft haar schattige pastelkleurige jurkjes en vlotte pony verruild voor een nauwsluitende, sexy zwarte outfit en getoupeerd haar. ‘You’re the one that I want’, zingt haar geliefde Danny naar haar. Nu ze ogenschijnlijk aan de mannelijke blik is geconformeerd, durft hij daar eindelijk voor uit te komen. Het AVROTROS-programma Op zoek naar leek onlangs een perfecte huwelijkspartner voor deze musical, waarin stereotype man- en vrouwbeelden worden bekrachtigd. Maar je kunt je ook afvragen of het niet anders kan.
Het was de BBC die in 2006 als eerste het medium televisie gebruikte om een hoofdrolspeler voor een musical te casten. Componist Andrew Lloyd Webber en producent David Ian hadden de omroep zelf benaderd met het voorstel voor How Do You Solve a Problem Like Maria?. Op dit format is de Op zoek naar-reeks van AVROTROS gebaseerd, met achtereenvolgens zoektochten naar Evita (2007), Joseph (2008), Mary Poppins (2009), Zorro (2011), Maria (2021) en meest recentelijk Danny en Sandy voor de musical Grease (2023). Net als in Engeland was er in Nederland sprake van een verhouding tussen omroep en producent: eerst Stage Entertainment en nu Albert Verlinde Producties.
De Op zoek naar-reeks geeft de illusie van een transparanter en democratischer castingproces door televisiekijkend Nederland een stem te geven in de uitslag. De realiteit is echter anders. De kandidaten worden niet alleen beoordeeld als uitvoerend artiesten, maar ook als televisiesterren die een camera moeten bespelen en zich moeten verhouden tot de framing van televisiemakers en juryleden. Met het commodificeren van het castingproces versterken dit soort programma’s al doende het imago van de musicals waaraan zij refereren. Zo schuurt het programma van de publieke omroep, al dan niet gewild, tegen de commercie aan. Deze dunne scheidslijn blijkt bijvoorbeeld uit het feit dat de finale van Op zoek naar Danny & Sandy niet is terug te kijken. De winnaars waren na de finale namelijk niet langer kandidaten in het programma, maar Danny en Sandy in de musical Grease en dus werknemers van Albert Verlinde Entertainment, aldus AVROTROS. ‘Om deze activiteiten gescheiden te houden’, stelde de omroep, ‘is mediawettelijk bepaald dat het programma niet terug te kijken is’.
De keuze om de musical Grease (weer) opnieuw op te voeren roept vragen op over de relevantie en urgentie van deze klassieker in de huidige tijdgeest. Grease draait om scherpe verhoudingen tussen de seksen. Het zet de übermannelijke Danny tegenover twee stereotype beelden van vrouwelijkheid: de kwetsbare en onschuldige Sandy én de sexy, gevaarlijke Rizzo. De casting in Op zoek naar Danny & Sandy bekrachtigt deze traditionele rolpatronen. Gelet op de selectie van kandidaten en het jurycommentaar is een ’typische’ Danny een stoere, cisgender man met afgetraind lichaam en bij voorkeur zwart haar. Een ’typische’ Sandy is een slanke cisgender vrouw die moet kunnen afwisselen tussen onschuld en sensualiteit in haar optredens. De outlier, zoals de kandidaat met bril (waarvan de seksloze connotatie in strijd is met het macho-ideaal), wordt gepresenteerd als een alternatieve keuze, een ‘Danny van 2023’ die tot hoorbare verbazing van de jury de finale haalt. Zijn opgelegde finalenummer, ‘A friend like me’, spreekt boekdelen over de beeldvorming die wordt ingezet: beste vriend, maar geen hartenbreker.
De afgelopen edities van Op zoek naar is sprake van meer open casting op het gebied van etniciteit, maar wat betreft gender en seksualiteit is er nog een slag te slaan. De optredens van de Danny’s en Sandy’s leunen veelal op een heteronormatieve performance. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting in een nummer waarin een kandidate bladert door een tijdschrift met halfnaakte fitnesshunks en zichzelf koelte toewuift. Of in de choreografieën, met vaak suggestieve verhoudingen tussen de (altijd heteroseksuele) koppels in duetten, tussen solist en dansensemble van de tegenovergestelde sekse, binnen de all-male of –female groepsnummers (denk: airhumpende mannen) of tussen de groepen mannen en vrouwen.
In de aankleding blijven diepe V-halzen en tanktops terugkeren bij de mannen, waardoor hun spieren ontbloot worden, terwijl de vrouwen in korte jurken, rokjes of broekjes gekleed gaan en op hoge hakken lopen. Kostumering, liedkeuze, staging en choreografie zijn artistieke keuzes die voor een groot deel niet door de kandidaten zelf gemaakt worden, maar door een creatief team dat een imago van hen wil projecteren naar het televisiekijkend publiek. Degenen die niet passen in dit heteronormatieve kader worden gepresenteerd als de avontuurlijke, maar minder waarschijnlijke keuze voor de hoofdrol.
De framing van de kandidaten wordt vervolgens onderstreept door het commentaar van de juryleden. Een Danny die gepresenteerd wordt als een sexy jongeman wordt niet alleen geholpen door vooraf bepaalde liedkeuze, staging, kostumering en choreografie, maar ook door een jurylid dat herhaaldelijk benadrukt hoe warm ze het van hem krijgt. Een van de weinige vrouwen van kleur onder de kandidaten krijgt van een wit mannelijk jurylid te horen dat ze zo schattig is dat hij haar graag mee naar huis wil nemen, zodat zijn dochters met haar kunnen spelen. Met deze misogynoire opmerking wordt een volwassen professional niet alleen op landelijke televisie gekleineerd, maar effectief ook gediskwalificeerd als de ‘ideale Sandy’ die het programma voor ogen heeft: schattig, maar ook assertief en sexy.
Natuurlijk is dit soort seksualisering precies waar de originele musical Grease over ging. Maar hoe spannend is anno 2023 de zoektocht naar een (in essentie witte) cis man en vrouw die een puberrelatie hebben? Zijn een Danny en Sandy in de context van het hedendaagse discours over identiteit nog interessant, of zouden een Sandy en Aïsha boeiender zijn? Of een Dan en San, bij wie gender, etniciteit en seksuele geaardheid volledig openliggen en die bij voorkeur niet-normatief zijn? Zou een publieke omroep als de AVROTROS haar podium kunnen inzetten om castingpraktijken op deze manier te onderzoeken, en daarmee de verhouding tot straight passing-acteerkunst die onder professionals en performing arts-studenten, al dan niet gewild, de norm is?
Grease gaat tenslotte ook over de giftige kant van mannelijkheid, waaronder mannen zelf lijden. Over de mannelijke blik op en de seksualisering van vrouwen, die zich aan dat beeld conformeren. Over de benauwende beperkingen van deze heteronormatieve hokjes. Literatuurwetenschapper Michael Borgstrom beschouwde in 2011 Sandy’s transformatie aan het slot van Grease als een daad van activisme, waarbij zij actief ingaat tegen een ééndimensionale lezing van haar identiteit. Dit soort nuances krijgen in Op zoek naar geen ruimte.
Een gemiste kans. Als theatermaker ben je je zeer sterk bewust van de manier waarop je je podium gebruikt. Alleszins probeer je een gelaagd concept uit te denken in het besef dat theater een politieke ruimte is, waar je de mogelijkheid en verantwoordelijkheid hebt om zaken aan de kaak te stellen en te bevragen. Zo kan je een theatrale ervaring creëren die naast een entertainment space ook een healing space kan zijn. Het zou mooi zijn als een programma als Op zoek naar dit ook zou kunnen bewerkstelligen, door een dialoog te faciliteren over casting in al zijn facetten: normatief, gender-bent, colourblind, colour-conscious en meer. Door het talent in het programma optimaal te benutten, met kandidaten die klassieke koorstukken zingen, scènes uit het toneelrepertoire spelen en zelf bepalen hoe ze zich kleden en presenteren. Met een Danny die dit keer eens ‘Hopelessly devoted to you’ zingt en een Sandy die gewoon lekker draagt wat ze zelf wil.
Foto: AVROTROS
Ik kan een heel eind meegaan in jullie redenatie, maar is het niet zo dat uitgerekend Grease, toen het begin jaren zeventig (!) op Broadway verscheen, in alles een parodie wilde zijn op de jaren 50?
Juist deze klassieker speelt met het beeld van het onschuldige maagdelijke tutje en de macho met een leren motorjack en doet dat vanuit een perspectief van nà de roemruchte Summer of Love…
Misschien was Grease bij uitstek geen show om een televisie casting over te maken, want juist hier is het clichématige de motor van het succes en kom je, als je die benoemt, al snel in ingewikkelde discussies terecht.
Prachtig artikel. Hoop stof tot nadenken.
Wat ik me afvraag en wat jullie vermoedelijk weten: Heeft Stage Entertainment in Nederland toestemming nodig als ze scriptechnisch grote veranderingen willen maken? Of mag dat allemaal gewoon als je de rechten bemachtigd hebt?
Ik weet dat ze er bij Disney erg streng in zijn, maar geen idee hoe het hier zit.
J.H. interessant punt wel, alleen is die parodie niet geheel of eerder geheel niet overgewaaid naar deze Op Zoek Naar-reeks. En daardoor straalt het programma juist die oubollige (en schadelijke) rolpatronen uit. Heb verbijsterd zitten kijken hiernaar
Met Sanne Thierens, Timo Tembuyser en Jeroen van Wijhe deel ik het verlangen naar andere verhalen en nieuwe vertellers. Veel theatermakers snakken ernaar.
Maar helaas; een musicaltalentenjacht heeft de ambitie om musicalkaartjes te verkopen, niet om de wereld te verbeteren.
En aangezien de plot van GREASE gebouwd is op stereotiepe man-vrouw verhoudingen, lijkt me de wens niet reëel dat juist deze show ooit voorop zal lopen in de anti-seksualiseringsrevolutie.
De genderwisseltruc toepassen op dit soort verhalen verandert niks aan de hysterische ‘meisjes tegenover de jongens’-clichés. Je vertelt ze hooguit vanuit een ander perspectief. Dat bleek wel uit recente toneelexperimenten waarin vrouwen- en mannenrollen werden omgedraaid. Alleen in shows met een minder schematisch mensbeeld levert de omdraaiing iets op, zoals in de laatste versie van Sondheims’ COMPANY op Broadway en West End.
Hoe komt de term ‘heteronormatief’ toch in de kunstbeschouwing terecht?
Een maatschappij kan heteronormatief zijn. Als bij het maken van reclames, het schrijven van schoolboeken en het verstrekken van horecavergunningen hetero’s als norm gelden. Maar een theatervoorstelling -of welke kunstuiting dan ook- stelt geen norm. Het legt alleen een menselijke eigenschap, of een conflictueuze situatie of een fenomeen of tijdsbeeld onder een vergrootglas. Fictieve personages degraderen tot hun seksualiteit is absurd. Iets heteronormatief noemen omdat alle hoofdrollen hetero zijn, is onzin. GREASE is niet heteronormatief, zoals de WEST SIDE STORY dat ook niet is. De musical STRANGE LOOP is niet homonormatief. INTO THE WOODS is niet sprookjesfigurennormatief.
Een laatste misverstand lijkt me dat theater alleen een ‘healing space’ kan zijn als je op een podium personages ziet die enorm op jou lijken. Alsof cisgender mannen alleen opgetild worden door voorstellingen over cis-gender mannen.
Zeker, als vertaler van bijvoorbeeld de musical THE PROM en schrijver voor Alex Klaasens SHOWPONIES heb ik ervaren hoezeer jongeren die worstelen met hun (seksuele) identiteit geraakt werden omdat eindelijk hun verhaal eens verteld werd. Dat is troostend. En helend op de korte termijn.
Werkelijk heilzaam is het als je je aangesproken voelt door een verhaal dat niet per se letterlijk over jou gaat. Want dan zie je een mens achter de seksuele voorkeur, achter de macho of het tutje, achter de mini-rok en de vetkuif.
Identiteit vorm je niet door alleen te kijken naar mensen die op je lijken. Identiteit vorm je door nieuwsgierig te zijn naar mensen die niet op je lijken.
Theater speelt een cruciale rol in die nieuwsgierigheid.
De opmerkingen over de inzichtelijkheid van een casting en over het begeleiden van kandidaten lijken me zeer zinvol.
Laten we niet wachten tot de AvroTros daar ook de waarde van inziet.
Er moeten andere verhalen en nieuwe perspectieven komen, maar laten we geen energie verspillen aan proberen GREASE te transformeren naar een musical die ze niet wil zijn.
Laten we nieuwe voorstellingen gaan schrijven.
Beste Jurrian,
Ten eerste: groot fan van je werk! Ten tweede: een klassieker opnieuw uitvinden is in mijn optiek zeker wel mogelijk en de moeite waard. Een voorbeeld voor mij is de nieuwe versie van Oklahoma! die nu in de VS tourt en op West End staat. Waar in de originele versie het personage Curly als ‘the handsome rough guy’ werd neergezet neemt de nieuwe regie het standpunt in dat dit personage een toxische man is die iedereen manipuleert, aanzet tot zelfmoord, xenofobie in de handwerkt en uiteindelijk (spoiler) de buitenstaander vermoord.
Waar het personage Jud Fry in het origineel als ‘bad guy’ werd gestaged, is hij in de nieuwe versie de introverte buitenstaander waar de rest van de gemeenschap tegen wordt opgehitst.
Dit alles zonder teksten aan te hoeven passen, maar met een hele duidelijke visie in regie.
Bij deze versie van Grease werd er maar gezegd ‘een versie van 2023’. Terwijl er uiteindelijk nu puur een vorm van nostalgie-beleving lijkt worden nagejaagd. Een gemiste kans als je juist een standpunt in kan nemen als maker bij zo’n klassieker.
Als er nog eens een op zoek naar komt, dan op zoek naar tony en Maria voor West side story of tracy voor hairspray, of Joseph voor Jesus christ superstar,