In een brief aan cultuurminister Van Engelshoven en de Raad voor Cultuur uiten een veertigtal ontwikkelinstellingen hun kritiek op het subsidieadvies dat de Raad onlangs over hen uitbracht. ‘Tijdsdruk en een te laag budget lijken tot een advies te hebben geleid dat niet overal op even transparante wijze tot stand is gekomen en dat onzorgvuldigheden en onduidelijkheden bevat.’ (meer…)
Minister Bussemaker van Cultuur heeft de invulling van het extra budget voor talentontwikkeling grotendeels aangepast aan de wensen van de sector. In een brief aan de Tweede Kamer van 23 oktober schrijft ze vijf miljoen euro te willen verdelen over de cultuurfondsen voor ontwikkeling op maat. Het plan voor vijf landelijke coaches en onderbrenging van het budget bij Cultuur-Ondernemen is daarmee van de baan. De drie miljoen euro aan laagrentende leningen bij Cultuur-Ondernemen blijft wel overeind.
In haar oorspronkelijke visiebrief wilde minister Bussemaker de extra acht miljoen euro verdelen over vijf landelijke coaches, honderd werkbudgetten van negenduizend euro per jaar en tweehonderd leningen, ondergebracht bij Cultuur-Ondernemen. Dit stuitte op veel kritiek uit de kunstsector, die zich in korte tijd wist te verenigen en een alternatief voorstel indiende. Ook cultuurwoordvoerders Bergkamp (D66) en Van Dijk (SP) spraken zich uit in een motie over de meest effectieve besteding van het budget.
Als gevolg van de aangenomen motie is Bussemaker in gesprek gegaan met de fondsen, bestaande expertisecentra en nieuwe makers. Haar beleid voor talentontwikkeling in 2014-2016 kent drie pijlers.
Allereerst ontwikkelruimte op maat: het budget van vijf miljoen voor talent en coaching wordt gekoppeld aan concrete plekken voor productie en presentatie en verdeeld via de cultuurfondsen (met de huidige fondsbudgetten als verdeelsleutel). De fondsen zullen de bestaande regelingen ophogen of aanpassen of nieuwe maatregelen ontwerpen. Het gaat hier vooral om talent dat niet direct bij het werkveld van een van de fondsen aansluit, bijvoorbeeld vanwege multi- of interdisciplinariteit. De doelgroep is nieuw talent, niet per definitie jong talent.
Ten tweede benadrukt Bussemaker dat de sector zelf haar verantwoordelijkheid zal nemen voor het bieden van een wegwijzer voor talent. De minister laat met een quickscan een beeld schetsen van de bestaande manieren waarop het kunstvakonderwijs momenteel talent op weg naar de beroepspraktijk begeleidt.
Nog dit jaar maakt Bussemaker tot slot drie miljoen euro vrij voor Cultuur-Ondernemen. Hieruit kunnen laagrentende leningen worden verstrekt aan alle kunstenaars, creatieven en culturele instellingen, ongeacht de discipline. Hiermee wil ze ondernemerschap stimuleren en de economische zelfstandigheid vergroten.
Lees hier de volledige Kamerbrief met uitwerking brief talentontwikkeling.