Actrice Marie-Louise Stheins gaat vanavond niet op. Als gevolg van de coronamaatregelen is de première van de voorstelling De vrouw die de honden eten gaf van het Zuidelijk Toneel en Julie Van den Berghe uitgesteld. In plaats van recensies te publiceren, laat Theaterkrant.nl de komende weken dagelijks theatermakers aan het woord die op die dag in première zou gaan. Regisseur Van den Berghe: ‘We kijken niet goed om ons heen.’

De vrouw die de honden eten gaf vertelt het levensverhaal van Michelle Martin, de vrouw van kindermoordenaar Dutroux. Toen hij vastzat, zorgde ze voor zijn honden, maar ze liet de twee meisjes in de kelder verhongeren. Kristien Hemmerechts schreef in 2014 het gelijknamige boek, waarin ze de vrouw achter deze gruweldaden onderzoekt.

Stheins en regisseur Julie Van den Berghe vonden elkaar in het onderwerp. Een jaar lang werkten ze samen aan de tekst, research en dramaturgie om dit gruwelijke thema goed naar theater te kunnen vertalen. ‘In eerste instantie zijn we allebei emotioneel compleet onderuit gegaan’, vertelt Stheins. Van den Berghe: ‘Toen we de repetitievloer op stapten, waren we al gewapend. Alle heftigheid van het onderwerp, de slapeloze nachten en gewetenswroegingen, die hebben zich eerder afgespeeld. Er was daarom tijdens de repetitie voldoende vrijheid om het werk van de realiteit te kunnen scheiden. Dat maakt het niet minder heftig, maar wel werkbaar.’

Stheins en Van den Berghe repeteerden in Tilburg, het eerste Nederlandse epicentrum van de corona-uitbraak. Al snel werd duidelijk dat het een serieuze situatie was. In het weekend van 20 maart besloot de ploeg om naar huis te gaan, om hun families te zien en even een weekendje niet te werken. Stheins: ‘Sindsdien hebben we elkaar niet meer gezien. Al onze spullen liggen nog in het repetitielokaal. Maar ik ga er nu niet heen om ze op te halen, daar zou ik te verdrietig van worden.’

Twee weken voor de première, midden in de climax van de repetitietijd, werd besloten dat deze niet door kon gaan. Van den Berghe: ‘En dan stopt de locomotief terwijl die in volle spurt gaat.’ Gelukkig was er net besloten om volgend jaar te toeren met deze voorstelling. Waarschijnlijk wordt de première daarom verzet naar april 2021. In de tussentijd laten ze het stuk even rusten. Stheins vertelt: ‘Ik heb een nanoseconde overwogen om online teksten te lezen van deze voorstelling, maar het is zonde om het al prijs te geven. Alle initiatieven van theatermakers zijn heel leuk en ik voel me enorm gesteund door alle theatermakers die ik op Facebook voorbij zie komen, die allemaal in hetzelfde schuitje zitten. Maar deze voorstelling moet je live ervaren, anders krijg je de diepte niet mee. Dat zou ik doodzonde vinden.’

Stheins speelt Martin, die in de voorstelling eenmalig besluit om haar verhaal te doen. Ze heeft één tegenspeelster, die alle andere personages rondom Martin belichaamt. Indy Struik is 19 en heeft volgens Stheins een ontwapenend uiterlijk. Van den Berghe: ‘Wanneer het personage van Marie een klankbord nodig heeft om zich toe te richten, dwingt zij af dat Indy dat personage wordt. Het is opportunistisch machtsmisbruik. Haar aanwezigheid heeft zo een enorme impact, zeker omdat je een kind ziet lopen in deze context.’

De vrouw die de honden eten gaf kreeg als roman veel kritiek, vooral vanuit België, omdat het Martin een menselijkheid toedicht. Van den Berghe: ‘We zijn ons er heel bewust van dat dit bruut kan overkomen naar de nabestaanden van Dutroux’ slachtoffers. Het is helemaal niet de bedoeling om mensen te bruuskeren. We houden absoluut geen verdedingspleidooi voor Michelle Martin.’ Stheins voegt daaraan toe: ‘We laten haar zien, als mens én als monster, en daar moet je als publiek je eigen conclusies uit trekken.’

Volgens Stheins is het juist belangrijk om de menselijkheid van iemand als Martin ook te laten zien. ‘Als we mensen neerzetten als monsters, dan stopt daarmee het gesprek. Terwijl we er juist over moeten praten. Ik zou willen dat we naar aanleiding van de voorstelling blijven nadenken over onze samenleving, over hoe we met elkaar omgaan. Dat zoiets kan gebeuren, betekent toch ook dat wij iets niet goed doen.’ Ze doelt hiermee op de verwaarlozing die Martin zelf in haar opvoeding heeft ervaren. ‘Hoe kan het dat niemand haar eens beter opgevangen heeft? Martin heeft een verschrikkelijke jeugd gehad met haar moeder, en slechts één keer heeft een buurman daar een opmerking over gemaakt. Verder heeft niemand iets gedaan.’

‘We kijken niet goed om ons heen’, stelt Van den Berghe. Maar ook de overheid laat steken vallen. ‘Het systeem is op veel plekken te beperkt. Jeugdrechters die uitspraken moeten doen over kinderen in situaties van huiselijk geweld geven aan dat het systeem tekort schiet om ze goed te kunnen helpen. Er zijn in België niet eens subsidies om kindermishandeling tegen te gaan, terwijl er 250 nieuwe meldingen per dag binnen komen.’

Het is een thema wat nog prangender wordt door het coronavirus. Kinderen die normaal gesproken op school rust vinden van hun thuissituatie, zitten nu vast. Stheins: ‘Er zijn kinderen die maar in de auto gaan zitten om in godsnaam maar even vijf minuten rust te hebben. Daar moeten we toch mee aan de slag? Het zou fijn zijn als de voorstelling hier mensen ook over na laat denken.’

Foto: Bart Grietens