Toneelschrijver Erik-Ward Geerlings (56) heeft projecten uitstaan van Rotterdam tot Amsterdam en van Dordrecht tot Dubai. Bijna alles ziet hij vooruit geschoven worden. Door de huidige restrictie van 30 toeschouwers per voorstelling vreest Geerlings voor de toegankelijkheid van het theater. ‘Het wordt noodgedwongen een exclusief gebeuren.’ Toch voelt hij ook opwinding: ‘Theaters en makers moeten zich heruitvinden. Wild denken wordt weer legitiem. Ik hoop op anarchie.’ Ondertussen doet het bordje op zijn voordeur, van integratief psychotherapeut, gelukkig nog zijn werk.
Over ruim een maand is het precies 25 jaar geleden dat de moslimenclave Screbenica ondanks bescherming van het Nederlandse VN-bataljon Dutchbat in handen viel van de Servische generaal Ratko Mladić. Onder toeziend oog van Nederlandse blauwhelmen liet Mladić vrouwen scheiden van mannen. Met een massamoord tot gevolg. Aan die duizenden doden dankt Mladić de bijnaam ‘Slager van Scebrenica’. In mei zou acteur Helmert Woudenberg tijdens de première van De Lamp gestalte geven aan de figuur van Mladić. Bariton Arnout Lems zou Dutchbat-commandant Thom Karremans vertolken.
Toneelschrijver Erik-Ward Geerlings (1963) zet in zijn libretto de tragedie neer als huiskamerdrama, Het speelt zich af op de dag van de thuiskomst van K., zoals hij in De Lamp heet. Het is een pijnlijk ontwaken voor K., die leeft op de ontkenning van de gruwel waar hij onvrijwillig aan deelnam. Geerlings heeft zich onder meer laten inspireren door de historische ontmoeting tussen beide legeraanvoerders, waarbij Mladić behendig wisselt van joviaal naar intimiderend en een nerveuze, uitgeputte Karremans onder aanbieding van een glas bier pijnlijk wordt afgeblaft (‘Wilt u uw vrouw en kinderen terugzien?’).
Vooralsnog is de première van deze ‘ongemakkelijke opera’ van componiste Huba de Graaff verschoven naar september, tijdens de eveneens verschoven Operadagen Rotterdam. ‘Nu lijkt er toch een eerste voorstelling te gaan plaatsvinden in De Balie, rondom de Srebenica herdenking in juli. Maar die is al uitverkocht nog voor er affiches hangen. Theater dreigt door de coronarestricties weer een exclusief gebeuren te worden. Terwijl de toegankelijkheid de laatste jaren juist voorop stond.’
Niet dat Geerlings iets heeft tegen eigenzinnig theater voor de happy few. Het kan hem niet tegendraads en kritisch genoeg zijn. Als het maar vrij toegankelijk is. ‘Ik heb opperbeste herinneringen aan karig bezochte maar in mijn ogen geniale voorstellingen van Vlamingen als Jan Decorte en Jan Lauwers. Toen een kip op toneel werd geslacht vertrok ook nog de helft van het plukje publiek. Maar doordat het kabinet zich nu alleen sterk maakt voor het redden van topkunst en zich nauwelijks bekommert om het oppositionele theater, de autonome geesten, krijg je een splijting tussen eredivisie en ‘kruimelwerk’. Daarover maak ik mij zorgen. Wordt de solidariteit met dat wat buiten de Basisinfrastructuur valt nog wel opgebracht? Ik vrees het ergste. Terwijl het kunstenveld juist voorop zou moeten gaan in het zoeken naar een alternatief voor de neoliberale strijd van ieder voor zich.’
Geerlings heeft al schrijvend de laatste jaren de eindjes aan elkaar kunnen knopen. ‘Ik heb nu nog een aantal potjes op het vuur, maar daarmee moeten geen gekke dingen gebeuren.’ Met Chokri Ben Chikha van Action Zoo Humain is hij bezig aan een tekst voor een voorstelling die samen met een film is bedoeld voor de wereldtentoonstelling in Dubai. Deze EXPO 2020 zou eigenlijk eind dit jaar openen maar is verschoven naar eind 2021. Voor het Rotterdamse Theater Babel, een inclusief gezelschap voor allerhande spelers (met o.a. verstandelijke beperking en psychische stoornissen), schrijft hij teksten op basis van improvisaties en interviews. ‘Normaal volg ik het repetitieproces. Maar de meeste van deze kwetsbare mensen zitten nu ook noodgedwongen thuis.’
Ook een project in zijn nieuwe woonplaats Dordrecht is net een jaar uitgesteld. Onder de vlag van productiekern Het Weeshuis is Geerlings bezig met een wandeling met koptelefoons door de Bleijenhoek, een typische wijk in transitie met veel sociale woningbouw. Op basis van veldonderzoek en interviews speelt acteur Mathieu Gütschmidt straks al wandelend een man die overleeft ondanks het feit dat hij altijd alleen maar verliest. ‘Maar nu zit alles en iedereen nog verstopt in zijn eigen huis.’
Toch voelt de 56-jarige toneelschrijver, met meer dan veertig titels op zijn naam, ook opwinding over deze ongewisse tijden. ‘Theaters en makers moeten zich heruitvinden. Theater is in wezen een publieke ruimte die opnieuw moet worden veroverd. Wild denken wordt weer legitiem. Ik hoop op anarchie. Ik weet het, ik kan dat makkelijk zeggen: ik heb weinig tot niks te verliezen.’
Corona, zo ervaart hij, vergroot alles uit. ‘Het gevaar van het virus biedt weer zicht op vragen als: wat is een mensenleven waard? Hoe gaan we met elkaar om? Wat vraagt solidariteit van ons? Er is een honger naar idealisme. Maar wat als de woonlasten niet meer zijn op te brengen? Als zzp-ers failliet gaan?’
Aan deze fascinatie voor existentiële vragen merk je dat Geerlings van huis uit is opgeleid als filosoof. Maar ook dat hij inmiddels actief is als integratief psychotherapeut. Het adjectief betekent dat hij niet vasthoudt aan één specifieke psychotherapie, maar theorieën, methoden en technieken integreert en uitgaat van de hulpbronnen die een cliënt zelf kan aanboren om een oplossing voor zijn of haar psychisch probleem te vinden. In 2008 besloot Geerlings hiervoor een opleiding te volgen. Inmiddels heeft hij een kleine praktijk opgebouwd, deels aan huis.
‘Het is ontstaan vanuit mijn interesse in de psychologie en nieuwsgierigheid naar menselijke processen. Ik houd van drama en tragiek. Daarom vind ik dit enorm fijn om te doen; in tegenstelling tot drama in het theater moet therapie uiteindelijk voor iemand goed aflopen. Het is heel creatief werk. Ik probeer aan te sluiten bij wat mensen nodig hebben. Dat vraagt om taalgevoeligheid, speelsheid en invoelend vermogen. En het heeft ook een rijpende werking op mijzelf.’
Geerlings ziet de onzekerheid, verwarring en angst bij cliënten door corona toenemen. Hij probeert een aantal cliënten online te helpen, maar hij doet het liever face to face. ‘Mensen blijven nu nog op hun plek, bang om naar buiten te gaan, maar ik verwacht dat straks een vloedgolf aan psychisch lijden tevoorschijn komt. In deze fase overheerst nog euforie in de maatschappij, gevoed door hoop. Maar de verwachting is dat die straks gevolgd gaat worden door een depressie. ‘Alles wat zwak en kwetsbaar is, heeft het nu extra zwaar. In het theater mogen we weleens wat meer pijn laten zien. In de spreekkamer wil ik die juist verzachten.’