Hoe hou je jezelf als afgestudeerd theatermaker straks staande in deze ‘post-apocalyptische theaterwereld’. ‘Gewoon doorbeuken en doorknallen’, adviseerde acteur Vanja Rukavina vanmiddag in zijn inspirational speech op de opening van afstudeerfestival ITS. ‘Laat geen enkele oudere verzuurde acteur die al 10.000 jaar zit vastgeroest jou wijsmaken dat jij niet goed bezig bent. Laat geen enkel fonds, geen enkele programmeur of directeur jou vertellen dat jouw ideeën nergens op slaan.’

Directeur van Het Nationale Theater Cees Debets uitte op dezelfde opening zijn zorgen over de plannen voor het nieuwe cultuurbestel, waarin een betere beloning voor makers gefinancierd wordt ‘uit het budget dat bestemd is om kunst te maken, te tonen en van betekenis te zijn’. Hieronder beide volledige toespraken.

Vanja Rukavina: NEXT LEVEL

Allright. Daar zitten jullie dan.

Ooit, lang geleden dachten jullie allemaal ik moet iets met dat theater’.

De kerstvoorstelling op de middelbare school, de regionale jeugdtheaterschool en nog meer van dat soort toestanden. Dat was easy.

De afgelopen 4 jaar heb je in lokalen lopen kutten en jezelf enorm lopen ontdekken. Dat was al moeilijker. Daar krijg je straks zelfs een papiertje voor als bewijs.

En nu zitten jullie hier en is het tijd om NEXT LEVEL te gaan.

Welkom in de post-apocalyptische theaterwereld.

De productiehuizen zijn vernietigd.
De subsidies verdampen.
De acteurs-ensembles worden ontmanteld.
En ondertussen vermenigvuldigen de toneelopleidingen zich als een kwaadaardige kanker.

 Het is nu tijd voor HARD MODE.

Geen veilige lokaaltjes, geen begripvolle mentoren en geen eindeloze persoonlijke evaluaties.

FREE FOR ALL.

Er is je 4 jaar lang verteld dat je zo bijzonder bent en dat je een uniek talent hebt.
Het resultaat is dat jullie hier nu allemaal lekker uniek staan te wezen.
Met nog 10.000 anderen die allang afgestudeerd zijn.

Jullie staan nu op het punt om in een oververhitte wereld te stappen. Een snelkookpan die overloopt van de recensie-sterren en subsidie-afwijzingen. Een gigantische ruïne van halfvolle zalen.

 Jullie gaan het slagveld op. En gaan strijden voor jullie eigen verhaal.

 Maar hoe hou je jezelf straks staande tussen al die andere dappere krijgers, al die andere unieke kunstenaars?

 Simpel.

 Wapen jezelf metVanja’s 4clichés.

 1. Maak fouten

2. Pas op met vergelijken

3. Wees een beetje lief voor elkaar

4. Gewoon doen

 Clichés die je natuurlijk al een miljoen keer hebt gehoord, maar die op de een of andere manier toch steeds verder uit het zicht raken in die storm van premiere’s, audities en rode lopers.
 Toen ik afstudeerde mocht ik bij Toneelgroep Amsterdam spelen. Yess! Hier gaan we!dacht ik. Maar het lukte Vanja helaas niet om Vanja’s 4clichés te volgen.

Ik stond daar opeens tussen acteurs die ik al zo lang had bewonderd en dacht alleen maar:

 Ik móét goed spelen, ik móét slimme dingen zeggen, ik móét een goede indruk achterlaten. IK MÓÉT OOK LEUK ZIJN IN DE FUCKING KANTINE

Ik had nog nooit zo ruk gespeeld. 

En toen keek ik naar Gijs Scholten van Aschat en ik zag hem brabbelen met zijn tekst, rare keuzes maken met niet kloppende intenties. Ideeën opgooien die de regisseur meteen weer wegwuifde. Ik dacht:hè, is dit nou die fantastische acteur? Waar ik zo lang een voorbeeld aan heb genomen?’Maar toenkeek ik wat beter en ik zag dat hij door al die fouten opeens tot hilarische momenten kwam, ontroerende blikken, spannende mise-enscènes, verassende keuzes en dat allemaal met een vlijmscherpe tekstbehandeling. Die gast is kéihard aan het werk en is niet bezig met onzin. 

Dat onderscheidt de professionals van al het gedoe daar omheen. Dat is NEXT LEVEL.

Ik ga jullie niet vragen om jezelf niet te vergelijken met anderen. Daar kom je niet omheen.
Als iemand tegen je zegt: daar ben ik helemaal niet mee bezigdan geloof ik daar geen reet van. We zijn allemaal gewoon mensen, we willen de sterkste, de leukste, de slimste, de beste en de uniekste zijn.

Ik ook. Ik wil gewoon de beste worden. De beste acteur. De beste theatermaker.
Wat ik nu op dit moment eigenlijk denk is:

Shiiiiiit fokfokfokfokfoooooooooook, vorig jaar bij het ITS festival deed URLAND de speech en ze gebruikten suuuuuuper slimme ingewikkelde woorden. O en fak shit kutzooi, 2 jaar geleden deed Daria Bukvić de speech en zij had allemaal creatieve ingenieuze grapjes ERIIIIIIIINNNN, IK BEN NIET LEUK EN NIET SLIM GENOEG, teringzooi

Het is niet de kunst om niet te vergelijken, maar om er geen aandacht aan te besteden en het daarmee aan de kant te zetten

Herken het. Erken het. En parkeer het.

 Dan kan je doorgaan met waar het echt om gaat. Jouw verhaal dat verteld móét worden.

Je hebt op school geleerd kritisch en scherp te zijn.
Dat is goed. Maar wees alsjeblieft niet contraproductief.
Het heeft geen zin om na een premiere met een lading kritiek te komen aanzetten, alleen om te laten zien dat je het zelf zo veel beter weet.

Niemand maakt een voorstelling met het doel te vervelen. Mensen geven hun ziel en zaligheid op dat podium. Ze stellen zich enorm kwetsbaar op, daar weten jullie alles van. Probeer elkaar daarom alsjeblieft met respect te behandelen. Ook als je de ander niet kent. Ook als het het slechtste is wat je ooit in je korte leventje hebt gezien. Loop niet weg uit een voorstelling om een statement te maken. Blijf niet recalcitrant zitten bij het applaus om een statement te maken. Ja iedereen gaat veel te snel staan, so what? Wees blij dat je niet in Duitsland zit waar de acteurs 1.000 keer terugkomen tijdens het applaus. Met hard oordelen kom je nergens. Wees liever geëngageerd en help elkaar. Ga kijken bij elkaars repetities en kom met opbouwende kritiek om zo daadwerkelijk wat bij te dragen. 

En als het je niet bevalt, laat het sluimeren van binnen, laat het ontwaken en groeien. Knal het op papier of flikker het in je laptop. Je frustratie en ongeloof is de beste brandstof voor je werk. 

Volg, observeer en sla dan toe. Met een killer van een performance, met een vlijmscherpe tekst of met een voorstelling waar niemand omheen kan. 

 Laat met je werk zien hoe het wel moet!

En dat bewerkstellig je maar op één op manier.
Door het te doen.
Niet lullen, maar gewoon doen.

In HARD MODE komt het werk namelijk niet naar je toe maar moet je het zelf gaan creëeren. Ook nadat je 10 keer bent afgewezen.

Gewoon doorbeuken en doorknallen.
The bigger the challenge, the bigger the fulfilment.

9 jaar geleden heb ik een voorstelling gemaakt die uit de hand is gelopen. Ik wilde een Zuid-Koreaanse disco-dansperformance maken en wat begon met kutten in een lokaal liep uit op een volledig verzorgde tour door Europa en Oost-Azië. Van het Nederlandse Lowlands tot Contemporary Dance-festivals in China, van wedstrijden in Parijs tot universiteiten in Zuid-Korea. 

En ja, je hebt ook geluk nodig. Maar zonder hard werken kom je nergens. Zorg ervoor dat áls die golden opportunity langskomt dat je perfect bent voorbereid en dat je al het mogelijke doet om er de volle 100% uit te halen.

Gewoon doen.

 Laat geen enkele oudere verzuurde acteur die al 10.000 jaar zit vastgeroest jou wijsmaken dat jij niet goed bezig bent.
 Laat geen enkel fonds, geen enkele programmeur of directeur jou vertellen dat jouw ideeën nergens op slaan. 

Wil je Romeo én Julia én alle andere rollen uit dat stuk in je eentje tegelijk spelen?
Doe het gewoon.

Wil je een masterclass geven aan dementerende ouderen?
Doe het gewoon.

Wil je een voorstelling maken over kaas?
Doe het gewoon.

Wil je naar India en een ster worden in Bollywood?
Doe het gewoon

Wil je opeens een dikke roman schrijven?
Doe het gewoon.

Wil je in Bulgarije community art maken in bergdorpen?
Doe. Het. Gewoon.

Steek je middelvinger op naar hen die jou afkraken om hun eigen onzekerheid te camoufleren. Omarm opbouwende kritiek en ga ermee aan de slag. Werk hard, geniet van dit prachtvak en streef altijd naar NEXT LEVEL gaan.

Want straks
ben je dood.

Game over.

No continues.

 

Cees Debets: Breek de poorten open en speel!

Voor degenen die mij niet kennen: Mijn naam is Cees Debets en ik ben directeur theater van Het Nationale Theater. Ik ben gevraagd om een openingswoord tot jullie te richten. Jullie: studenten van de theaterscholen verenigd op dit festival. Het ITS festival.

‘Het ITS Festival is hét theaterfestival waar je de jongste theatermakers van Nederland en België ziet. Zes dagen lang alleen maar rauw talent, net afgestudeerd en klaar om de wereld te bestormen. Tijdens het ITS laten ze voor het eerst aan een groot publiek zien wat hen bezighoudt. Het ITS is het begin van hun carrière en het einde van hun studietijd. Het wordt een feestje!’

Gefeliciteerd.

De inspiratietoespraak voor de derde keer. En vanaf drie keer is het een traditie. Na de inspirerende woorden van Daria Bukvić en Ludwig Bindervoet mag ik dus de derde in de rij zijn en de traditie waarschijnlijk ook weer ten grave dragen want: ALLES IS AL GEZEGD

Ik maak me zorgen.

Eindelijk hebben we weer een minister die zichtbaar onze sector, jullie aanstaande werkveld, een warm hart toedraagt. Ze erkent dat de samenleving verandert, dat de sector mee moet bewegen, dat er te veel vastgeroeste oude regels zijn die vernieuwing tegenhouden.

Tegelijkertijd erkent zij dat in ons vakgebied de beloning vaak niet in de pas loopt met de geleverde prestaties. Dank Anne Breure die het rotte fundament blootlegde waar het hele bouwwerk al jaren op staat. Fair Practice wordt een subsidieverplichting!

Opnieuw gefeliciteerd beste studenten, want dit gaat ook over jullie honorering en jullie toekomst.

Maar kan iemand mij uitleggen waarom de reparatie aan het fundament bekostigd wordt uit het budget dat bestemd is om kunst te maken, te tonen en van betekenis te zijn. Er zal met veel minder budget, onder andere door het Fonds Podiumkunsten, rigoureuzer gekozen worden zodat het zo zorgvuldig opgebouwde, en nog van de kaalslag herstellende landschap, verder wordt aangetast. En dat gaat ook over jullie toekomst. Volgens mij bedoelt de minister juist een impuls te geven aan een vitalere en innovatieve sector. De vrees lijkt echter gegrond dat het tegendeel het geval zal zijn. Een middenkader dat wegvalt, een verbrokkeld veld, een afname van kwalitatief hoogwaardig aanbod, overal voelbaar en vooral te merken in de vlakke vloeren die toch al onderbelicht zijn. Ik kan me niet voorstellen dat dit de bedoeling is en ben ervan overtuigd dat we de minister en de Kamer daarvan kunnen overtuigen.

Ooit was ik éen van jullie. Ik studeerde af met de voorstelling 7 manieren om een rivier over te steken van Lodewijk de Boer. Een prima cast met onder anderen Marieke Heebink, Johanna ter Steege en Marianne Seine. Dat was natuurlijk een steengoede voorstelling, dat begrijpen jullie.

Ik speelde Marduk, een kermisgast. Androgyn met een nertsbontje om. En dat allemaal in Kampen. We begrepen niet alles van ‘de legpuzzel waar enkele stukken ontbreken’, volgens Lodewijk de Boer. Maar we braken de poorten open en speelden.

Weet je, soms is het beter om maar niks te zien, niks te zeggen.
Niet praten over de dingen die gebeurd zijn, ze zijn weg, over, ver achter je.
Je moet ze niet vergeten, alleen maar achterlaten.

(uit 7 manieren om een rivier over te steken)

Ik twijfel.

Ik heb getwijfeld of ik hier wel moest gaan staan als vertegenwoordiger van een zogenaamd groot instituut. Ik voel me ongemakkelijk om te twijfelen in het openbaar, in een tijd waarin ‘het zeker weten’ bepalend is. Onzekerheid is niet passend. Zelfs hier niet, in het café van Frascati.

Stoerheid, ferme taal, direct met gestrekt been erin. Dat wordt verwacht. Wij gaan de beschaving redden want wij zijn fucking awesome. Zonder twijfel als blinde schapen achter elkaar aan lopen. Zonder twijfel ik heb altijd gelijk. En nog gedetailleerder, we zijn tenslotte in een theater en onder elkaar: ‘ik vind jouw voorstelling ruk’. Of ‘van een gedreven theatermaker zou je eigenlijk iets spannenders verwachten’. Alsof het gaat om wat je verwacht in plaats van wat je ziet en meemaakt.

Geen twijfel als de norm. Ik voel me niet thuis in een wereld die polariseert, die deconstrueert in plaats van verbindt. De wereld is nu eenmaal complex, meerduidig, lastig te vatten. En iedereen die precies weet hoe de toekomst eruitziet, die liegt.

Ik wil daarom bouwen aan een theater waar kwetsbaarheid centraal staat. Waar zelftwijfel mag bestaan en waar gezocht en geoefend kan worden in nieuwsgierigheid en begrip. Waar met elkaar gezocht wordt, makers en publiek, naar het ontbrekende puzzelstukje.

ALLES IS AL GEZEGD, BEHALVE DOOR JULLIE

Laat je vooral niet door dat politieke verhaal afschrikken, afzijdig houden van het bestel.  Want, hoewel ik dan weliswaar directeur ben van Het Nationale Theater, jullie zijn net zoveel bestel als ik. En dat het anders moet is duidelijk. En dat het anders kan ook. En dat we ertoe doen ook.

Wij hebben elkaar nodig om te veranderen. Wij proberen dat in Den Haag en dat lukt soms al best aardig. Ik weet ook niet hoe het er uit moet zien. Jullie misschien wel. Kom op met die ideeën. Bevraag, verander, verbeter.

Negeer ons niet maar twijfel, infiltreer, bestorm, wees eigenwijs.

Dat doen wij ook.

BREEK DE POORTEN OPEN EN SPEEL!

Foto: Vanja Rukavina, Bart Grietens