Sinds 15 december zijn alle theaters in verband met de coronamaatregelen opnieuw gesloten voor publiek. Repeteren mag nog wel, maar in plaats van te gaan try-outen en in première te gaan, gaat een voorstelling nu vanuit de repetitieruimte rechtstreeks ‘de ijskast’ in. Regisseur Celil Toksöz: ‘Theatermaken is geen wijn maken. Als je wacht krijg je niet automatisch meer verdieping.’ (meer…)
Gisteren werd bekend dat alle theaters ten minste tot en met 15 maart gesloten moeten blijven voor publiek. Repeteren mag nog wel, maar in plaats van te gaan try-outen en in première te gaan, gaat een voorstelling nu vanuit de repetitieruimte rechtstreeks ‘de ijskast’ in. Acteur Dic van Duin: ‘Het is heel jammer, maar er zal hier en daar pijn geleden moeten worden.’
Acteur Dic van Duin is een zelfverklaard optimist: twee weken geleden ging hij er voor het gemak gewoon vanuit dat de voorstelling Nederlandse Comedie van De Gemeenschap begin maart in première zou gaan. ‘Nee, het is niet spannender dan anders: we maken gewoon die voorstelling zoals we dat anders ook gedaan zouden hebben. Je kan daar verder geen rekening mee houden.’
Behalve dan, voegt hij er meteen aan toe, dat ze een uitgebreide filmregistratie van de voorstelling gaan maken: niet alleen voor de eigen archieven, maar vooral ook om naar buiten te brengen voor het publiek, mocht dat nodig blijken. ‘Dat we kunnen bewijzen dat we wel iets gedaan hebben deze weken.’
Verder voelt hij ‘geen enkel verschil’ met een regulier repetitieproces, zegt hij desgevraagd. ‘Ik sluit me er misschien voor af. Maar dat doe je in zekere zin altijd als je een voorstelling maakt: afsluiten van de buitenwereld.’ Met het feit dat een voorstelling misschien niet door kan gaan, moet je tijdens het repeteren helemaal niet bezig zijn, vindt hij. ‘Daar heb je niks aan: dat gaat alleen maar de creativiteit enorm in de weg zitten. Je kan zeggen dat het je kop in het zand steken is, maar het gaat anders eenvoudigweg niet.’ Bovendien heb je altijd onvoorziene omstandigheden bij het maken van een voorstelling. ‘Je speelt ook weleens in een voorstelling die niet helemaal goed gelukt is, dat is ook iets waar je tijdens het repeteren niet mee bezig kan zijn.’
Dus zit hij samen met medespelers Debbie Korper, Gerardjan Rijnders, Yara Alink, Sander Plukaard, Milan Boele van Hensbroek en regisseur Roy Peters sinds eind januari in de repetitiestudio. Een verademing, volgens Van Duin. ‘Anders zat ik thuis voor me uit te koekeloeren. Ik heb enorme mazzel vergeleken bij veel collega’s dat ik nu kan werken. Dan gaat het tenminste nog een keer ergens anders over dan over corona.’ Want al dat ‘geouwehoer over corona’ komt hem inmiddels ‘de strot uit’. ‘Misschien is het recalcitrantie, misschien bagatelliseer ik het wel, maar alles wat van bovenaf op wordt gelegd voelt toch al snel als beknotting.’
De coronamaatregelen hebben wel invloed op het repetitieproces. ‘We houden meer afstand van elkaar, en Roy heeft meteen bij aanvang van de repetities aangegeven dat hij wil dat we het aangeven als we iets als niet prettig ervaren. Iedereen staat tenslotte net weer een beetje anders in die maatregelen.’ En ja, het is tijdens het repeteren weleens voorgekomen dat dat onderling niet helemaal strookte. Maar ook dat is weer inherent aan elk maakproces, zegt Van Duin. ‘Repeteren is altijd het uitproberen van allerlei mogelijkheden, dus de omgang met de coronamaatregelen is daar een natuurlijk onderdeel van geworden.’
De première van Nederlandse Comedie stond op 6 maart gepland, met daarna een tournee tot half mei. Zodra de maatregelen het even toelaten, melden ze zich bij het desbetreffende theater, daarvan is Dic van Duin overtuigd. ‘Als we kunnen spelen, spelen we. Je weet niet wat er tot half mei allemaal nog gaat gebeuren, maar ik denk niet dat iemand er rekening meehoudt dat we helemaal niet meer op kunnen.’
De boel later hernemen lijkt hem ingewikkeld. ‘Ikzelf zou misschien volgend jaar nog wel kunnen, maar veel van mijn medespelers hebben dan alweer andere plannen. Er komt straks een tsunami aan voorstellingen aan, ik denk ook dat je zo’n voorstelling bijna niet kwijt kan, al zou je dat willen.’
Volgens hem moet er ook voor gewaakt worden dat er volgend jaar allerlei voorstellingen van dit seizoen hernomen gaan worden, en er dan geen ruimte meer is voor nieuw werk. ‘Dan krijg je een soort stagnatie. Het is heel jammer, maar er zal hier en daar pijn geleden moeten worden.’
Wat doen ze in de tussentijd? ‘Ik kan me voorstellen dat we bijvoorbeeld de dagen dat we zouden spelen toch bij elkaar komen om de boel een beetje fris te houden. Zo lang je niet voor publiek hebt gespeeld, is een voorstelling simpelweg nog niet af. Dus dan ga je niet stil zitten wachten tot we weer door kunnen. Toneel is een levend ding. Als je een tournee van vijftig voorstelling speelt, ontwikkelt een voorstelling zich binnen de vaste lijnen ook. Dingen vallen anders op z’n plek.’ Groot verschil is natuurlijk dat er dan publiek is om de voorstelling aan te toetsen. ‘Dat is een enorm gemis. Dat gaat raar worden: zo’n reactie van de zaal kun je niet verzinnen of faken.’
Maar wie weet, misschien levert een ongewenste periode van stilstand onverwacht tóch leuke dingen op. ‘Soms heb je dat, dat een voorstelling om wat voor reden dan ook even stilligt en je er daarna ineens fris naar kan kijken en allerlei nieuwe invalshoeken ziet. Ik wil maar zeggen: ontregeling kan ook iets opleveren.’
Kijk hier voor meer informatie en (indien beschikbaar) actuele speeldata van Nederlandse Comedie van De Gemeenschap. Foto: Casper Koster